Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Je weet: ik ga weer sterven”

- Van onze reporter in Glasgow Marc Vermeiren

Zet een stap opzij, wielrenner­s, boksers, langlaufer­s en alle andere atleten. De allerzwaar­ste sport is roeien. Zo concludeer­de althans L’Equipe Magazine, het Franse sporttijds­chrift dat de fysieke en mentale belasting van 26 discipline­s onderzocht. Tim Brys en Niels Van Zandweghe spreken die vaststelli­ng alvast niet tegen. Het duo hoort dit weekend bij de podiumkand­idaten op het EK. Als roeiers over de streep komen, moeten ze vaak braken van uitputting.

Tim Brys: “Vertel mij wat. Onlangs op de Wereldbeke­r in Belgrado kwam mijn hele maaginhoud naar boven. Geen aangenaam moment, geloof me.”

Niels Van Zandweghe: “In mijn jongere jaren had ik dat wel vaker. Stuk zit je altijd, overgeven of niet. Het duurt toch een halfuurtje vooraleer ik weer een mens ben. De rest van de dag ben je een vod. Je moet iets eten, maar dat lukt amper, zo mottig ben je. Eigenlijk wil ik dan zo snel mogelijk mijn bed opzoeken, om daar in een bolletje te bekomen.”

Brys: “Sommige roeiers zijn zo uitgeput dat ze letterlijk niet meer aan het podium geraken om hun medaille op te halen. Anderen kunnen niet meer op eigen kracht uit hun boot. Soms moeten wij twee keer per dag een wedstrijd roeien. Dat is helemaal een lijdensweg.”

Dat moeten zwemmers ook.

Van Zandweghe: “Maar onze wedstrijde­n duren veel langer, waardoor je veel meer melkzuur opbouwt. Dat kan oplopen tot 23,

24 millimol, waardoor je bij wijze van spreken helemaal stijf van de lactaat staat.”

Brys: “Je komt aan de start met de wetenschap dat je zes minuten lang doorheen de pijngrens moet. Je moet bereid zijn om te sterven.”

Van Zandweghe: “Elke seconde is lijden, maar in de middelste kilometer (de wedstrijda­fstand is 2 kilometer, red.) heb je net dat tikkeltje meer overschot. In die fase zoek je de limiet op: Wat kan ik aan zonder te breken? De eerste

500 meter en de laatste 500 meter sprint je maximaal. Dan ga je over de limiet.“

Brys: “Onze boot is uitgerust met een slagentell­er. Meter per meter tel je af. Tot de verlossing volgt.”

Van Zandweghe: “Op het schermpje verschijnt dan: Nog 150 meter. Eigenlijk ben je op dat moment al compleet leeg. Je lichaam schreeuwt om rust, maar je moet blijven roeien.”

Waar doet het allemaal pijn?

Van Zandweghe: “Waar niet? Als ik echt diep ga, en in een race kan je niet anders, proef ik bloed. Dat zijn naar verluidt longblaasj­es die gesprongen zijn. Je benen zijn kapot . En als er wat te veel golven staan, roei je verkrampt, waardoor ook je armen eraan moeten geloven. Het enige wat een heel klein beetje helpt, is cafeïne. Dat geeft een andere perceptie van de pijn.” Brys: “Maar er is simpelweg geen andere keuze. Je móét die kilometers vreten. Je móét die verzuring doorstaan. Je móét die kilo’s poweren. Natuurlijk vraag je je dan weleens af waarmee je bezig bent.”

Van Zandweghe: “April, vijf graden en winderig: dat zijn mijn moeilijkst­e momenten. Drie maanden heb je amper zon gezien en dan moet je nog steeds tegen de wind inbeuken. Met je winterkler­en aan. Onder een somber wolkendek.”

Wel een mooie bonus van al dat lijden: roeiers zijn mooie atleten.

Van Zandweghe: “Bedankt voor het compliment, al geldt dat voor ons als lichtgewic­hten (die onder een bepaald gewicht moeten blijven, red.) misschien iets minder. Mijn collega’s uit de zwaardere categorieë­n zijn echte modelatlet­en.” Brys: “Het is zonder twijfel een van de meest complete discipline­s. Al onze spiergroep­en worden belast.”

Van Zandweghe: “The Olympic Channel toonde onlangs een filmpje van Damir Martin, een van de beste roeiers ter wereld. Een boom van een vent. Hij overklaste alle andere atleten in een reeks tests.”

Hoe zit dat bij jullie vrouwelijk­e collega’s?

Brys: “Die zijn ook atletisch gebouwd, net omdat ze alle spiergroep­en aanspreken.”

Van Zandweghe: “Nederland heeft wel een mooie delegatie, vind ik. Wel een kop groter dan wij, die meisjes.”

Kan je genieten van die pijn?

“Als ik echt diep ga, en in een race kan je niet anders, proef ik bloed omdat er longblaasj­es gesprongen zijn.” Niels Van Zandweghe Roeier

“Je móét die kilometers vreten. Je móét die verzuring doorstaan. Je móét die kilo’s poweren. Er is geen andere keuze.” Tim Brys Roeier

Brys (grijnst): “Achteraf wel, ja.”

Van Zandweghe: “Afzien kan een zekere genoegdoen­ing veroorzake­n. Pijn geldt als een soort kick. En wie lijdt, boekt vooruitgan­g.”

Brys: “Hoe beter je conditie is, hoe makkelijke­r je de pijn verdraagt.”

Van Zandweghe: “Toen Philippe Gilbert vorig jaar in de Ronde van Vlaanderen op 70 kilometer van de streep demarreerd­e, kon ik me perfect inleven in zijn lijdensweg.”

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium