Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Blij dat ik op mijn leeftijd deze kans al krijg”
Glenn Vanryckeghem is al langer een Kakker. De amper 28-jarige Antwerpenaar begon zes jaar geleden bij de jeugd. “Ik was net klaar op de hogeschool en mijn docent had gehoord dat ze bij de jeugd van KV met kracht- en conditietraining begonnen. Ze zochten iemand die zich daarop kon storten en ik kreeg dan mijn kans. In plaats van in het weekend op stap te gaan, ben ik mij ook volop beginnen bijscholen.”
Dat hij - na alle categorieën vanaf de U13 te hebben doorlopen - deze zomer Stijn Lintermans bij de A-kern mocht opvolgen, was een droom die uitkwam. “Ik had helaas niet het talent om het als voetballer te maken, maar ik had wel altijd de ambitie om prof te worden. Ik ben heel blij dat dat nu gelukt is, op mijn 28e al. Ik denk niet dat er veel jongere physical coaches in het profcircuit actief zijn. (glimlacht) De voorbije zes jaar was ik overdag sportleerkracht op de lagere school en gaf ik nog de hele avond training. Soms dacht ik: Hoe hou ik dit vol? Gelukkig heb ik volhard. Ik moet ook wel Dennis Henderickx (sportieve cel, red.), Sven Swinnen (assistent, red.) en Stijn bedanken voor het vertrouwen. En Denis van Wijk en Fred Vanderbiest dat ik hun staf mocht vervoegen.”
Vanryckeghem, die in 2016 een jaar naar Antwerp trok maar terugkeerde omdat de academie daar nog niet op punt stond, heeft bij KV drie kerntaken. “Één: periodisering. Het inplannen van alle trainingsmomenten: wanneer werken we op snelheid, uithouding, kracht, coördinatie,… Twee: de opvolging, door te werken met hartslagmeter en gps. Een onmisbare tool, zeker om ervoor zorgen dat je tot het randje gaat en niet erover. Want de spelers moeten fit zijn, maar ook fris. En drie: de laatste stap tussen het revalidatieproces en de groepstraining begeleiden.”
Complotten gesmeed
Over de resultaten tot nog toe is hij zeer tevreden. “Los van Berrier bleef de kern zo goed als volledig fit.” Wel is het wennen, hij werkt voor het eerst met volwassenen. “En als physical ben je toch een beetje een dubbel persoon. Ik kan iets losser omgaan met de spelers dan de coach, maar ik ben wel degene die hen ’s ochtends een uur het bos instuurt en op het einde van de training nog tien versnellingen laat doen. Soms dacht ik dat er al complotten waren gesmeed om mij een kopje kleiner te maken. (grijnst) Nu, bij onze manier van werken horen iets meer kilometers en intensiteit dan vroeger, maar als de resultaten goed zijn, gaan de spelers daar wel in mee. Sommigen kwamen na een match al zeggen dat ze na tachtig minuten nog fris zaten. Dat is toch mooi. Ik zal niet hun beste vriend zijn, maar dat moet ook niet. Ik wil KV gewoon terug naar eerste helpen.”