Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Niets zal me tegenhouden om te strijden en te schrijven”
Schrijver en performer Tom Lanoye viert 60ste verjaardag en 40 jaar schrijverschap met boek, tournee en groot feest
Tom Lanoye wordt 60 jaar en dat zullen we geweten hebben. Na zijn optreden met stadsdichter Maud Vanhauwaert vandaag op de Cultuurmarkt in Antwerpen, wordt de auteur in een open auto, met een rij jonge turners en een harmonie voorop, naar de Bourla gereden, alwaar het kruim van de Vlaamse acteurs een voorleesmarathon uit zijn werk brengt. “Je mag nooit een kans laten schieten om een groot feest te organiseren”, vindt Lanoye. En gelijk heeft hij. Dit jaar is hij ook precies veertig jaar schrijver. Tijd voor een terugblik en een krachtig statement voor de toekomst.
Lanoye feest niet alleen, hij heeft ook hard gewerkt aan een jubileumboek: Lanoye 60. Groepsportret Met Brilletje. Het is een soort van collage geworden met columns, foto’s, notities, toespraken en brieven die nooit eerder in boekvorm zijn verschenen. Het geheel geeft een wervelende inkijk in zijn indrukwekkende schrijversloopbaan. Een jubileumtournee komt er trouwens ook nog: Jubilee Lanoye. Uiteraard gaat die in première in zijn geboortestad Sint-Niklaas. Het wordt een soort van verzoekprogramma. Het publiek mag zelf fragmenten uit zijn werk kiezen die hij dan, onder begeleiding van zijn eigen band, op de planken brengt.
Het is een indrukwekkend feestprogramma. Is 60 dan zo’n belangrijke verjaardag?
Tom Lanoye: Ja, dat vind ik wel. De aftakeling valt op mijn leeftijd niet meer te ontkennen, dus kun je maar beter een mooi feest organiseren.
En daar hoort een ritje in een open auto bij?
Absoluut, ik wilde wel eens weten hoe het is om als the old queen door de stad gereden te worden. Tenslotte is dat toch wat ik intussen ben: een old queen. De turners die in de parade meelopen zijn lid van turnkring Kracht en Geduld uit Sint-Niklaas. Ik ben daar zelf nog lid van geweest. De al even Sint-Niklase harmonie heet De Toekomst, dat vond ik heel toepasselijk voor een feest dat ook het begin van iets nieuws moet inluiden.
Is dat geen uitzonderlijke uiting van ijdelheid, je zo laten rondrijden? Wat als er mensen je uitjouwen?
Dat gebeurt bij de Queen toch ook? (nadenkend) Misschien had ik dat ook nog even moeten organiseren: een groep mensen die mooi en ritimisch “boe” roepen.
(grijnslacht) Ben ik ijdel? In alles wat ik doe, wil ik mijn Napoleoncomplex larger than life beleven. Zo heb ik het van mijn moeder geleerd. Fotograaf Michiel Hendryckx heeft me eens verteld dat hij zijn zestigste verjaardag ergens ondergedoken in Frankrijk heeft gevierd. Dat is echt niks voor mij. Ik heb altijd in de spotlights gestaan. Dus, als ik jarig ben, sta ik daar ook.
En bovendien, dit feest, het boek, de voorstelling ... Het is voor mij een nieuw begin. Ik wil als schrijver meer dan ooit overal aanwezig zijn: in het theater, op straat, in de politiek, in de boekenwereld, in de media. Overal. Ik weiger me over te geven aan treurzangen over de teloorgang van het boekenvak. Schrijvers moeten het aanpakken zoals muzikanten dat doen. Omdat de verkoop van cd’s terugloopt, treden zij veel meer live op. Nu de uitgeverijen aan belang inboeten, moeten schrijvers dat ook doen: voorlezen, naar hun publiek gaan, in het openbaar een rol spelen. Ik wil me ook niet laten opsluiten in een bepaald genre. Ik wil alles doen: poëzie, theater, romans, optredens … Alles. Maar ik blijf ook geloven in het gedrukte boek. Mijn jubileumboek wordt prachtig uitgegeven en het zal niet als e-book verschijnen. En net als muzikanten Tom Lanoye
Schrijver “Ik weiger me over te geven aan treurzangen over de teloorgang van het boekenvak. Schrijvers moeten het aanpakken zoals muzikanten dat doen. Omdat de verkoop van cd’s terugloopt, treden zij veel meer live op.” Tom Lanoye
Schrijver “Antwerpen speelt zijn culturele troeven niet genoeg uit. Waarom maken we bijvoorbeeld van het MAS – dat nu niet veel meer is dan een bric-à-bracmuseum – geen echt Centre Pompidou, een echt kunstencentrum?”
een groep nodig hebben, heeft een schrijver een team nodig. Ik werk al veertig jaar samen met Anni Van Landeghem (zijn uitgever, red.) en Gerrit Dooreman
(de vormgever van zijn boeken, red.). Ook hun prestaties zet ik met dit boek in de verf.
Je had wel lef als beginnend performer en schrijver. Je bent als prille twintiger zelf naar de redactie van De Morgen gestapt om te zeggen dat je geïnterviewd wilde worden. En je kreeg nog je zin ook.
Inderdaad. Soms word ik wel eens overvallen door bijna moederlijke gevoelens voor mezelf als 18-jarige, toen ik het dappere besluit nam om van mijn pen en mijn optredens te leven. Dat ik daar uiteindelijk in geslaagd ben, vervult me met enige trots.
Het meest opvallende in je boek is toch wel de aandacht die uitgaat naar je familie, je ouders, je broers.
Met ouder worden besef ik steeds beter dat mijn familie wezenlijk deel uitmaakt van mijn werk. Dat is van in het begin zo geweest, van Een Slagerszoon Met een Brilletje
over Kartonnen Dozen tot Sprakeloos. Mijn eerste gepubliceerde gedicht ging trouwens over mijn moeder, over hoe ze zich klaarmaakt om aan de slag te gaan in de slagerswinkel waarin ze haar hele leven zo hard heeft gewerkt. Ik besef nu ook ten volle hoe de dood van mijn broer in 1980 als een splinterbom ons gezin uit elkaar heeft geslagen. In het boek staat trouwens een interview met mijn vader, waar mijn moeder natuurlijk voortdurend in tussenkomt. Zo ging dat altijd met die twee (glimlacht).
Blijf je ook bij het voornemen waarmee je Sprakeloos afsluit, dat je zo overvloedig en breedvoerig mogelijk zal blijven schrijven?
Absoluut.
Met ouder worden komt er niet enige versobering in je taal?
Nee, nee, nee, alsjeblieft zeg! We hebben al genoeg tweets en we zien wat ze aanrichten. Je kan niet de tragiek van het leven, de verhalen en emoties van mensen in een tweet stoppen. We maken onszelf wijs dat het kan, maar dat is flauwekul. We hebben net veel méér taal nodig, nog meer nuance. De literaire vorm blijft de belangrijkste en de meest waardevolle manier om alle mechanismen en emoties van het leven te vatten. Als Shakespeare zijn toneelstukken niet in verzen zou hebben geschreven, zouden we ze dan nog lezen? Om het verhaaltje zouden we het alvast niet doen. Het is omdat hij die verhalen en personages in schitterende poëzie heeft gegoten, dat zijn teksten tot vandaag een rol blijven spelen.
Wat ook blijkt uit het boek: je hebt je als schrijver heel vaak sociaal geëngageerd, in je boeken en theaterstukken maar ook in het publieke leven. Je was de eerste die een samenlevingscontract afsloot, je bent opgekomen voor homorechten, je hebt een roman geschreven over de bankencrisis, over de vluchtelingenproblematiek. Blijf je dat doen?
Heel zeker. Als je ziet wat nu mogelijk is voor homoparen, als je kijkt naar de Antwerp Pride, dan kun je zeggen dat verandering mogelijk is. Ik ben er trots op dat mijn boek Kartonnen Dozen als liefdesboek een grote emancipatorische kracht heeft. Nog altijd. Als ik op scholen ga voorlezen, komen er altijd wel jonge mensen naar me toe om me te vertellen dat het boek heel belangrijk is geweest voor hen. Al zijn er ook nog altijd leerlingen die van hun ouders niet naar school mogen ko- men op de dag dat ik er kom optreden. Onder het motto: als we erover zwijgen, bestaat het niet. Zoals we onszelf ook wijs maken dat homoseksualiteit in het voetbal niet bestaat. We vinden het volstrekt normaal dat van al die duizenden voetballers die we elke week op de televisie zien, niemand, maar dan ook niemand, homo is. We weten dat dat niet kan, maar we vinden het normaal dat de homoseksuele voetballers die er zijn, zich verbergen. Dat is toch onvoorstelbaar! We zijn er nog lang niet. De wereld is maakbaar, maar je moet hem wel voortdurend blijven maken.
Wat is de volgende strijd die je wil voeren?
Ik heb nog geen concrete plannen, maar ik kan je wel zeggen dat ik somber gestemd ben over de staat van de wereld. Als je weet dat handelsoorlogen vaak echte oorlogen voorafgaan, als je ziet dat nationalisme – waar op zich niets mis mee is – steeds meer evolueert naar extreem nationalisme, als je weet dat woorden de eerste wapens zijn, dan kun je alleen maar concluderen dat we op een oorlog afstevenen. Intussen doen de Europeanen niets liever dan hun eigen verworvenheden bezingen, terwijl de Europese Unie gewoon uit elkaar valt. Europa had twintig jaar geleden zelf een referendum over het lidmaatschap van de Britten moeten organiseren. Dan hadden we ze er toen al kunnen uitgooien. De Britten hebben Europa altijd beschouwd als een regulator van een marktplaats. Mede door hen hebben we nagelaten om er ook een sociale, politieke en culturele eenheid van te maken. En wat hebben we nu? Een Europa op zijn oud-Afrikaans, een verzameling van stammen die elk hun chef de arena insturen. Ik maak me de grootste zorgen. Is Europa ooit uit dit soort crisissen geraakt zonder een oorlog?
Ben je even pessimistisch over je eigen stad? Vijf jaar geleden besloot je een interview in Gazet van Antwerpen met de woorden: “Als het dan toch een rechts bestuur moet worden, dan hoop ik dat het een goed bestuur wordt.” Is je wens uitgekomen?
Nee. De war on drugs is mislukt, de politie is gemilitariseerd maar heeft geen sensoren meer op het terrein, de mobiliteit is een ramp, de verkeerssituatie is zowel voor fietsers als automobilisten gevaarlijker geworden, de knip in de Leien duurt een jaar langer dan gepland, er zijn te veel werklozen en te veel vacatures en het stadsbestuur houdt er een bijna vijandige houding tegenover artiesten op na. In onze aloude cultuurstad: minder accenten op kunst en cultuur dan op wielerkoersen! Overigens, als je een war on drugs voert, zou ik niet constant zo veel renners in huis halen (grijnst).
Heb je iets tegen wielerkoersen?
Helemaal niet, al blijf ik vinden dat de Ronde van Vlaanderen in Vlaanderen thuishoort. Sint-Niklaas was de perfecte startplaats. Ik begrijp best dat De Wever die koersen naar Antwerpen wil halen, maar is het nu zo moeilijk om gewoon evenveel aandacht aan cultuur te besteden? Antwerpen speelt zijn culturele troeven niet genoeg uit. Neem nu de Elisabethzaal. Waarom trekken we daar nu niet eens een budget voor uit als voor het Concertgebouw in Amsterdam, zodat we echt met een verbluffend en vernieuwend programma kunnen uitpakken? We hebben nu een prachtige zaal, maar we doen er te weinig mee. Waarom maken we van het MAS – dat nu niet veel meer is dan een bric-à-bracmuseum – geen echt Centre Pompidou, een echt kunstencentrum? Het geld gaat nu te gemakkelijk naar sport en evenementen, naar brood en spelen zeg maar. Cultuur blijft in de kou staan, terwijl wij daarin de top van het hele land zijn.
Maar het ergste vind ik nog altijd dat Antwerpen het met een parttime burgemeester moet stellen. Ik blijf het on-voor-stel-baar vinden dat de burgemeester van de grootste stad van Vlaanderen ook partijvoorzitter is van de grootste partij van het land. Kun jij je voorstellen dat de burgemeester van Rotterdam ook nog even een partij zou leiden? Dat zie je nergens anders. Nergens.
Lijdt Antwerpen daaronder?
Dat vind ik wel. De Wever moet bij het besturen van de stad voortdurend rekening houden met de ideologie van zijn partij. Die heeft het cultuurflamingantisme, waaruit ze is ontstaan, vervangen door een puur rechts-liberaal economisch programma. Dankzij deze economische strategie zal het vanzelf goedkomen met Vlaanderen, luidt de boodschap van N-VA. Bovendien is De Wever door die dubbele rol zo belangrijk voor zijn partij dat er nauwelijks kritiek op hem mag worden gegeven. Dat vind ik erg. Ik wil een burgemeester met wie je kan discussiëren. En een burgemeester die mensen verenigt en niet verdeelt, zoals hij veel te vaak doet. Ik ben ervan overtuigd dat hij een even grote hekel heeft aan Filip Dewinter als ik, maar toch wil hij zich voortdurend profileren als de voorzitter van een law-and-orderpartij. Komaan, we hebben in Antwerpen toch geen Boris Johnson nodig? De Wever kan toch beter dan dat?
En toch ziet het ernaar uit dat hij als overwinnaar uit de verkiezingen zal komen.
Ja, de linkerzijde is uit elkaar gevallen. René (zijn echtgenoot, red.) en ik zijn triest over het mislukken van Samen, en teleurgesteld in het leiderschap van Wouter Van Besien (van Groen, red.). Ik blijf met het gevoel zitten dat hij langer had moeten vechten voor dat project. Maar goed, als de samenwerking zo snel uiteenspat, zal het echt niet mogelijk geweest zijn om samen verder te gaan. Verder ben ik onder de indruk van het talent van Jinnih Beels. Dat ze geen partijkaart heeft, vind ik hoegenaamd geen probleem. Maar of zij de sp.a een overwinning kan bezorgen? En Kris Peeters (CD&V, red.) zal wel schepen van Haven worden, zeker? Ook als hij verliest, wint hij in de gegeven omstandigheden altijd.
Je klinkt bitter op je verjaardag. Heb je geen positieve noot om mee af te sluiten?
(denkt lang na en recht zijn rug) Dat niets me zal tegenhouden om te strijden en te schrijven. Niet op Facebook of Twitter, maar op het podium en in mijn boeken.