Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Noorse nieuwkomer Simen Juklerod meteen vaste waarde

Nieuwe linksback SIMEN JUKLEROD miste nog geen minuut bij Antwerp

- GERT GYSEN

“Juk-le-reut.” Zo hoor je zijn achternaam uit te spreken. “Ik krijg vaak de vraag hoe het moet”, zegt de nieuwe linksback van Antwerp. “Want zelfs in Noorwegen is het geen alledaagse naam en hebben sommigen moeite met de uitspraak. De ‘o’ is eigenlijk ook met een streepje erdoor: ø. Maar ik heb gemerkt dat die letter niet eens op een Belgische toetsenbor­d staat.

(lacht) Nu blijkt dat een Noors klavier drie letters meer heeft.”

En daarom heeft uw krant beslist om steevast Juklerod te schrijven, niet Juklerød. “Het is jullie vergeven”, zegt hij. “Ik kan moeilijk verwachten dat jullie speciaal voor mij een Noors toetsenbor­d gaan kopen.” (knipoogt)

Simen, we weten nu hoe je je achternaam uitspreekt, maar verder ben je voor veel volgers van het Belgische voetbal nog tamelijk onbekend. Ook al miste je dit seizoen nog geen minuut. Vertel eens: ben je beginnen te voetballen omdat je niet goed genoeg kon langlaufen, dé nationale sport in Noorwegen?

“Haha, neen. Zoals elke Noor heb ik aan langlaufen gedaan, maar ik vond dat niet zo leuk. Ik deed ook even aan biatlon

(langlaufen met schietproe­ven, red.). Maar laten we zeggen dat ik beter bij schot ben op een voetbalvel­d dan in een biatlonwed­strijd. (lacht) Als kind deed ik naast voetbal ook nog aan handbal, een enorm populaire sport in Noorwegen. Mijn moeder speelde handbal, dus combineerd­e ik dat met voetbal. Ik was best goed, hoor. Ik ben er zelfs vrij zeker van dat ik het als handballer ook tot prof zou geschopt hebben. Maar goed, ik vond voetbal gewoon leuker.”

Je brak al op jonge leeftijd door in de Noorse eerste klasse.

“Ik was zeventien toen ik mijn debuut maakte bij Baerum, de eersteklas­ser waar ik heel mijn jeugd had doorgebrac­ht. Drie jaar geleden trok ik naar Valerengen.”

Waar je vooral op de rechterfla­nk, in een aanvallend­ere rol speelde. Maar bij Antwerp sta je linksachte­r.

“Maar dat is ook mijn beste positie, hoor. Alleen was de winger bij Valerengen niet zo goed, waardoor ik zei: ‘Laat mij dat

eens proberen’. Kjetil Rekdal (ex-Lierse, red.) was toen mijn trainer. Maar voor alle duidelijkh­eid: ik speel het liefst als linksback.”

Waarom koos je voor Antwerp?

“Ik wilde vertrekken bij Valerengen. Er waren twee clubs uit Noorwegen en Denemarken geïnteress­eerd, maar Antwerp leek me de beste optie. Het is toen plots heel snel gegaan. Ik had amper iets bij toen ik hier arriveerde. Heel mijn familie was met vakantie in Spanje en ik had geen koffers. Dus reisde ik naar België met een kleine tas met één broek, vier T-shirts, twee truien en twee shorts. En sindsdien ben ik niet meer terug in Noorwegen geweest. Mijn ouders zijn gelukkig snel langsgekom­en met twee koffers vol kleren. En mijn PlayStatio­n.” (lacht)

Maar waarom koos je voor België?

“Als je het hier kan maken, kan je het overal maken. Het is een competitie van een stevig niveau. Ik had niet verwacht om onmiddelli­jk in de ploeg te staan. Ik had het normaal gevonden dat ik in het eerste half jaar nog als invaller gebruikt zou worden.

Om te wennen aan alles.”

Met een assist in de wedstrijd tegen Moeskroen was je zelfs al bepalend.

“Zoals ik zei, ik speelde in Noorwegen vaak in een meer aanvallend­e rol. Eén tegen één aan de bal ben ik sterk. En zo kwam die assist er ook.”

Ik las in een Noorse krant dat je het hier profession­eler vindt dan in Noorwegen. Waar zit het verschil?

“In de details. Er wordt veel nadruk gelegd op inspelen naar de juiste voet, voor elke tegenstand­er is er een ander tactisch plan… Terwijl wij in Noorwegen gewoon altijd op dezelfde manier voetbalden. De staf is hier ook groter. Dubbel zo veel fysio’s. Maar ik vond het wel raar dat de rest van de ploeg plots cakejes begon te eten voor de wedstrijd. Tussen de wedstrijdm­aaltijd en de wedstrijd zelf is er een moment waarop we koffie drinken en cake eten. Ik dacht dat het ongezond was. Maar het geeft energie. Dus ik ben er aan gewend en vind het nu een goede gewoonte.”

Begrijp je al wat Nederlands?

“Frans, zal je bedoelen. Want dat is de voertaal in de kleedkamer. Toen ik dat vertelde aan mijn Noorse vrienden Sander Berge (Genk, red.) en Sigurd Rosted (Gent, red.) waren ze heel verrast. Voor mij zou het makkelijke­r zijn om Nederlands

te leren. Ik kan al een beetje Duits en als ik Nederlands lees, begrijp ik het voor zeventig procent. Maar goed, de voertaal in de kleedkamer is Frans. Dus heb ik een app geïnstalle­erd op mijn telefoon waarmee ik Franse woordjes leer. Dan krijg ik een Frans woord voorgescho­teld en vijf opties van de Engelse vertaling. Zo leer ik het toch een beetje. Maar op die manier gaat het moeizaam. De jongens praten hier zeer snel. Dus ik ga via het internet een taalcursus volgen.”

Dat routiniers als Haroun en Arslanagic nog geen enkele minuut misten bij Antwerp, verbaast niemand. Maar dat de Noorse linksback Simen Juklerod (24) meteen alles zou spelen - op de positie van Jelle Van Damme dan nog - is toch een verrassing. De ‘Viking van de Bosuil’ lijkt al na vijf weken een vaste waarde.

 ?? FOTO TOM GOYVAERTS / GMAX AGENCY ??
FOTO TOM GOYVAERTS / GMAX AGENCY

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium