Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Antwerpse parels
Ik heb het onlangs aan de toog van een kroeg, waar alle filosofische gesprekken hun oorsprong kennen, nog gezegd: ‘waarom wordt er niet meer esthetica of kunstgeschiedenis gegeven op school?’ Mijn medetooghangers hadden weinig gehoor naar mijn uiteenzetting. Maar ik blijf erbij: kunst wordt nog te vaak ondergewaardeerd. Niet dat ik mijzelf beschouw als ervaren kunstkenner, maar dat hoeft ook niet. Want je hoeft geen hedendaagse Dali of Kahlo te zijn, om het te appreciëren. Schilderkunst, literatuur, beeldhouwkunst, muziek, het zijn allemaal kunstvormen waar ik mezelf met alle plezier in verdiep. Architectuur, dat was lang een ander verhaal. En vooral in Antwerpen, helaas. Het heeft een tijdje geduurd voor ik een gebouw zag in de stad dat ik oprecht mooi vond. Maar dan, plots, was daar het nieuwe Havenhuis. Net onder de neus van het gebouw staan, en kijken hoe het Scheldewater schittert en glinstert, jongens toch, dat ontroert mij bijna. Er heeft zelfs ooit een ongeduldige autobestuurder hevig geclaxonneerd, omdat het verkeerslicht al op groen was gesprongen en ik nog aan het wegdromen was bij de prachtige fonkelingen. En dankzij Zaha Hadid en haar Antwerpse parel, ben ik eindelijk ook andere Antwerpse parels gaan appreciëren. De Oude Beurs bijvoorbeeld, een plek met enorm veel charme. Maar ook het Felixpakhuis, het M HKA en de Sint Joris-kerk krijgen mijn aandacht. Zelfs de Boerentoren is eigenlijk zo lelijk nog niet.
Dat de Open Monumentendag dit jaar in het teken staat van architectuur, juich ik met veel enthousiasme toe. Want er zijn ongetwijfeld nog heel wat prachtige gebouwen die ik nog niet heb leren kennen. En bovendien was de Open Monumentendag twee jaar geleden mijn allereerste uitje als inwoner van 2000. Of die zondag dit jaar opnieuw eindigt met een filosofisch gesprek aan een toog? Het zou zomaar eens kunnen.