Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Belgen verkwanselen dé kans op ritzege.
Thomas De Gendt niet opgezet met aanval van ploegmaat Victor Campenaerts
Thomas De Gendt werd gisteren op het meest noordwestelijke punt van Spanje naar het podium geroepen voor de prijs van de strijdlust. De renner van Lotto Soudal stond er met een lang gezicht. Hij besefte verdomd goed dat hij naast dé kans gegrepen had om voor het tweede opeenvolgende jaar een Vuelta-ritzege te behalen.
Met vier Belgen in een kopgroep van achttien zag het er nochtans lange tijd goed uit voor een Belgische ritzege. Maar het eindresultaat was om te balen: Dylan Teuns werd vierde, Victor Campenaerts vijfde, Dries Devenyns achtste en Thomas De Gendt negende. Devenyns en Campenaerts konden leven met hun dagresultaat. Teuns – die na de finish viel door een onvoorzichtige man van de organisatie – en De Gendt waren ronduit gefrustreerd.
“Met zulke benen win ik altijd, maar nu zat ik gevangen in het ploegenspel met Victor Campenaerts. Dat werkte meer tegen dan met mij. Dat maakt me bokkig. Zo’n goede benen heb ik maar zelden. En zoveel kansen om te winnen, krijg je niet in een grote ronde.”
Wat was er dan gebeurd? Thomas De Gendt reed op zo’n 24 km van de top op een van de ontelbare knikjes op kop en Victor Campenaerts plaatste een aanval. “Dat was niet afgesproken. Da’s jammer”, zei De Gendt. “Dit zijn foutjes die de zege kosten. Ik zat bij Nibali en vroeg hem om een tegenaanval te plaatsen. Ik zei dat ik dan mee zou gaan, maar hij antwoordde me doodeerlijk: Ik zit zo
dood als een pier.”
“Hopelijk is dit het begin van mijn andere carrière. Ik ben meer dan een tijdrijder alleen, al moet ik straks wel even bijpraten met Thomas.” Victor Campenaerts
Restte de strijdlust als troostprijs en een handvol punten voor de bergtrui. “Die Maté staat wel nog ver voor, maar je weet maar nooit.”
Uil op de weg
Wat verder stond Dylan Teuns te balen als een stekker.
“Dit was dé kans. Ik twijfelde een fractie van een seconde te lang. Van Baarle en ritwinnaar Géniez (derde Vueltaritzege al
in zes jaar, red.) kwamen van achteruit, en op die veel te smalle weg zat ik meteen ingesloten. Ik kon mijn kansen niet meer verdedigen. Campenaerts wachtte in de finale iets te lang terwijl Formolo
(de beste man in koers, red.) de bocht verkeerd nam. Daardoor kwam ik ineens aan de leiding met vijf meter voorsprong. Ach, de klok valt niet terug te draaien. En dan staat er na de finish nog een uil op de weg die daar niet moet staan. Geniez reed er los op en Van Baarle vloog erover, net als ik die tegen de dranghekken eindigde. Ik wil die derde, vierde en vijfde plaats inruilen tegen één zege. In vergelijking met een week geleden rijd ik stukken beter. Ik denk dat de Teuns van Parijs - Nice terug is. Maar ik wil winnen.”
Dat was ook de bedoeling van Victor Campenaerts.
“Ik besef wel dat mijn aanval niet zo leuk was voor De Gendt, want ik poefte vanuit zijn gat weg. Ik ga dat wel met Thomas uitpraten, want achteraf gezien had ik mijn aanval beter op een andere moment geplaatst. Nu was het voor De Gendt onmogelijk om mee te zijn. Met twee voorin hadden we wel in een winnende positie gezeten. Al viel het mee, want ook Nibali was niet mee. Hopelijk is dit het begin van mijn andere carrière. Ik ben meer dan alleen maar een tijdrijder.”
“Met deze benen win ik altijd, maar toen viel Victor aan… Dat was niet afgesproken en kost ons de zege.” Thomas De Gendt