Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Wekelijks tot tien fietsers op spoed door tramsporen
Niet alleen in Gent, maar ook in Antwerpen is het opletten geblazen
Het was een opmerkelijke uitspraak van de Gentse N-VA-lijsttrekker Anneleen Van Bossuyt: ze wil haar stad op termijn tramvrij maken. “Want iedereen die in Gent met de fiets rijdt, weet dat het levensgevaarlijk is.” Een voorstel dat nergens steun vond, en al helemaal niet in Antwerpen, waar men het tramnet net verder wil uitbouwen. Maar spoedartsen geven wel toe dat er vaak gewonden vallen door de tramsporen.
“Wij krijgen elke week fietsers op de spoeddienst binnen door een ongeluk dat op de tramsporen gebeurd is”, vertelt spoedarts Kevin Verreecken van ZNA Stuivenberg in Antwerpen-Noord. Exacte cijfers zijn er niet, maar Verreecken kan een beredeneerde schatting maken. “In de zomer is het er ongeveer een per week. In de winter twee of drie per week. Bij neerslag en als het sneller donker wordt, komt zo’n ongeval vaker voor. In regen, kou en donker willen de mensen sneller thuis zijn en letten ze minder op het wegdek, zodat ze sneller uitschuiven.”
Op de spoeddienst van Campus Sint-Vincentius van het ziekenhuisnetwerk GZA, dat in de buurt van het stadscentrum ligt, krijgen ze nog vaker slachtoffers van dit soort ongevallen binnen. “Tot tien per week, het hele jaar door”, vertelt een spoedarts. “Een fietsband kan altijd vast komen te zitten in de sporen, of het nu regent of niet.” Het ZNA Middelheim dat wat verder van het stadscentrum af ligt en minder tramlijnen in de buurt heeft, krijgt volgens spoedarts Jan Stroobants heel wat minder ‘tramslachtoffers’ binnen. “Geregeld, maar niet wekelijks”, zegt hij.
De gevolgen variëren van schaafwonden tot breuken: vooral polsen, ellebogen of sleutelbenen. “Maar het kan ook om trauma’s in het aangezicht of hoofd gaan”, zegt de arts van Sint-Vincentius. “Gezichtsbeenderen die breken, tanden die uitvallen.”
Opvulrubber
Kan De Lijn niets ondernemen om tramsporen veiliger te maken voor fietsers? “We volgen zulke technieken op”, vertelt Astrid Hulhoven, woordvoerster van De Lijn. “Maar we hebben nog niets gevonden dat kan helpen. In Zürich zijn de tramsporen een tijdje opgevuld met rubber. Als er een tram over rijdt, zakt het rubber in. Als er een fiets over rijdt niet. Maar dat proefproject kostte 334.000 euro voor 90 meter sporen: veel te duur dus. En het rubber verslijt nog snel ook. We wachten op een ander initiatief dat wel kan helpen. Maar wij gaan zelf geen onderzoek doen, dat is niet onze taak.”
Tanden kwijt
En de fietsers zelf? Die weten dat ze maar beter alert zijn als er trams opdoemen. Fietskoerier Justin Hameleers (31) van Deliveroo moet tijdens zijn diensten in het centrum van Antwerpen laveren tussen de tramsporen, zoals aan de Meirbrug. Zeker met de dunne bandjes van zijn koersfiets kan hij makkelijk uitglijden of in de sporen vast geraken. “Mijn vrouw is zo al eens lelijk gevallen. Maar je moet leren samenleven en als fietser rekening houden met de tramsporen en gewoon oplettend zijn. Ik vind het belachelijk dat de tram zou moeten verdwijnen voor de fietser.”
“Ik probeer de sporen loodrecht te kruisen of ik ga even te voet, zodat ik niet val”, vertelt Drika Hermans (34), met zoontje Camilo (7) achterop de fiets. “Ik ken veel mensen die al op de sporen gevallen zijn. Zelfs iemand die lang in het ziekenhuis heeft moeten liggen: ze had tanden verloren en haar gezicht moest gereconstrueerd worden.” Camilo heeft alvast een fietshelm op. Maar ook voor voetgangers is het soms oppassen voor de tramsporen, zeker voor wie al een gezegende leeftijd heeft bereikt. “Ik zie heel slecht en verlies mijn evenwicht”, zegt Florence Janssens (83). “Als het regent en er liggen bladeren, kun je makkelijk uitglijden of je wandelstok vastzetten tussen de sporen.”
Jan Stroobants Spoedarts Campus Sint-Vincentius GZA ‘‘Schaafwonden, gebroken polsen en sleutelbenen, maar ook gezichtstrauma’s.’’