Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Marc Brys (STVV):
“Er zijn dingen waar ik bang van ben, maar niet van Antwerp”
OVER BEERSCHOT WILRIJK. “Mijn liefde voor de club zal nooit verdwijnen, maar het was onmogelijk voor mij om er nog langer te functioneren”
Praat je met Marc Brys over Beerschot Wilrijk, dan duurt het niet lang voor de Antwerpenaar het over die verloren promotiefinale tegen Cercle Brugge heeft. Het is een van de redenen voor zijn verhuis naar STVV, ondanks zijn handtekening onder een contractverlenging van vijf jaar in oktober vorig jaar. “Om verschillende redenen was het voor mij onmogelijk om nog langer te functioneren bij Beerschot Wilrijk”, bekent Brys. “In eerste instantie voor mezelf. Het missen van de promotie was een enorme dreun. Dat was mijn ‘kindje’. Ik was er zo hard van overtuigd dat we die droom zouden realiseren. Ik kon me niet meer opladen om nog een seizoen in 1B te werken. Om opnieuw vier keer dezelfde ploegen te ontmoeten.”
“Door net naast de promotie te grijpen, zou er ook meer druk komen. De verwachting was dat we sowieso terug zouden meedoen voor de promotie. Dat was niet realistisch. Lukt het dan niet, dan is de kans groot dat je op straat wordt gezet. In 1B is er geen middenmoot. Dat verhaal zag ik niet zitten. Word je dan ontslagen, dan staan de clubs uit 1A niet klaar om je een nieuwe kans te geven.”
En laat Brys vorig seizoen nu net twee eersteklassers - KV Mechelen en Kortrijk - hebben weggestuurd. Een derde keer wilde hij de trein niet laten passeren. “Tijdens het seizoen was ik rond met die twee clubs, maar ten opzichte van de spelers die voor mij naar het Kiel waren gekomen, kon ik het niet maken om zomaar te vertrekken. Na het seizoen was de situatie anders. Dan krijgt iedereen de kans om iets anders te doen. Ik vind ook dat ik als trainer in eerste klasse thuishoor. Al wil dat niet zeggen dat ik overhaast een beslissing heb genomen. Het aanbod van Sint-Truiden heb ik drie keer geweigerd.”
Brys haalt ook extrasportieve redenen aan voor zijn vertrek op het Kiel. Zo voelde hij zich niet door iedereen binnen de club even hard gewaardeerd. “Er is iets opgestart om mensen in een fout daglicht te stellen”, haalt Brys aan. “Ondanks ons fantastisch parcours was er veel negativisme. Ik voelde geen behoefte om daar tegen te vechten. Er werden leugens verteld. Dat ik geld had verdiend door spelers naar de club te halen, bijvoorbeeld. Belachelijk. Als er één makelaar kan aantonen dat ik ooit één cent heb verdiend aan een speler, dan stop ik onmiddellijk. Dat is nooit gebeurd en zal nooit gebeuren. Ik laat mij niet manipuleren, daar ben ik veel te fier voor.”
Ondanks het negatieve blijft Brys ook na zijn verhuis naar Limburg zijn ex-club volgen. “Als er één club in mijn hart zit, dan is het Beerschot. Mijn liefde voor die club zal nooit verdwijnen. Vinden de supporters dat er nu minder goed wordt gevoetbald? Ik vind niet dat mijn opvolger
(Stijn Vreven, red.) zich aangesproken moet voelen. De cultuur van Beerschot is frivool en academisch voetbal. Als trainer moet je de flexibiliteit hebben om daarin mee te gaan, maar je kan ook niet iedere week carnaval brengen. Hij speelt nu naar wat hij in handen heeft.”
OVER SINT-TRUIDEN
“Het is allemaal nog wat voorzichtig, het is nu aan ons om voor dat vonkje te zorgen”
Na zeven speeldagen kan STVV een aardige balans voorleggen. Brys parkeerde zijn team op een fraaie achtste plaats, bovendien verloren de Kanaries nog maar één keer. Alleen Club Brugge, Genk en Antwerp doen beter. Toch is de Truiense coach niet helemaal tevreden. “We hebben goed tot heel goed voetbal gebracht, maar zijn niet bedeeld met de punten die we verdienden. Op Genk hadden we zeker kunnen verliezen, maar we hebben het ook aangedurfd om individuele dekking te spelen en twee mensen voorin te houden. Genk heeft zich moeten aanpassen omdat wij te gevaarlijk werden op de counter. Op Standard speelden we dan weer onze beste wedstrijd, maar gingen we ongelukkig onderuit.” Haalt Brys zijn rekenmachine boven, dan had zijn team minstens vier punten meer verdiend. Dat zou STVV net onder Antwerp brengen, op de vierde plaats. Maar ook: boven Anderlecht, AA Gent én Standard. Het probleem? In zijn team zit geen echte killer. Yohan Boli is veruit de gevaarlijkste speler, maar de 24-jarige Fransman kon dit seizoen slechts één keer scoren. Brys neemt zijn aanvaller in bescherming. “Iedereen ziet dat we geen sluipschutter hebben, maar Boli is een fantastische spits. Hij weegt op de verdediging, heeft goede looplijnen en creëert iedere wedstrijd twee à drie gevaarlijke situaties. Bovendien is hij balvaster dan ik had verwacht en cijfert hij zich volledig weg voor de ploeg. Natuurlijk is het jammer dat hij niet scoort, maar we mogen hem daar niet op afrekenen. Ook hij lijdt daar onder. Hij is zelf komen vragen om extra te trainen op zijn scorend vermogen. Ik vond het ongepast om hem dat op te dringen, maar hij neemt zelf zijn verantwoordelijkheid.”
De Japanner Takehiro Tomiyasu is een andere speler die indruk heeft gemaakt. Vorig seizoen kwam hij slechts één minuut in actie, vandaag is hij een vaste waarde in het team van Brys en schopte hij het tot Japans international. “Die Japanners zijn heel bereidwillige spelers. Ik had hem tijdens de voorbereiding gezegd dat hij bij zijn korte passing niet goed in balans stond. Na twee trainingen van ruim twee uur begon hij op het oefencomplex balletjes te trappen tegen een muur. Binnenkant voet, binnenkant voet... Toen ik naar huis vertrok - en ik ben iemand die altijd lang op de club blijft - stond hij daar nog steeds. Die instelling is voor mij de wil om te slagen.” Met de komst van Antwerp zakt er straks een vurige supportersschare af naar Stayen. Die vurigheid in de tribunes mist Brys in Limburg toch een beetje. “Omdat de eigenheid van STVV is veranderd. Vroeger gingen hier veel ploegen onderuit door de overgave en de gedrevenheid die hier hing. Het kunstgrasveld leent zich niet meer tot dat typische strijdersvoetbal. Daardoor is een aantal mensen afgehaakt. Daar ligt nu onze grote uitdaging. We moeten onze fans stimuleren en ervoor zorgen dat we weer een vol huis krijgen. Er moet opnieuw positief naar de club gekeken worden. Nu is het allemaal nog wat voorzichtig, die tendens moeten we doorbreken. Dat kan alleen door goede resultaten neer te zetten. Het is nu aan ons om voor dat vonkje te zorgen.”
OVER ANTWERP “Genk is de beste ploeg, maar bij Antwerp is er meer stabiliteit”
Na Genk, Standard en AA Gent is Antwerp zaterdag de vierde topclub die STVV dit seizoen ontmoet. Zo ziet Brys het toch. “De statistieken zeggen alles: het staat derde, heeft nog niet verloren en slikte slechts drie doelpunten. Dan heb je gewoon een heel goede ploeg. Genk heeft op dit moment allicht de beste ploeg, maar Antwerp kan dit seizoen wel dé verrassing worden. Het moet al heel gek draaien willen ze naast Play-off 1 grijpen.”
Brys ziet bij de Great Old zelfs enkele troeven ten opzichte van de andere topploegen. “Als ploeg zijn ze veel minder onderhevig aan individuen. Haal bij Genk de dragende spelers weg, en het zal zich even moeten aanpassen. Bij Antwerp draait het meer om het collectief. Iedereen kent zijn taken. Ze zijn ook niet afhankelijk van een topschutter die twintig doelpunten maakt. Dat zorgt voor meer stabiliteit. Valt er iemand weg, dan zullen ze minder diep vallen. Bovendien hebben ze met jongens als Rodrigues en Refaelov spelers die creativiteit toevoegen aan het viriele spel. Bij Refaelov zie je dat hij verlost is van de druk. De combinatie van dat rudimentaire met die twee artiesten, dat is heel gevaarlijk.”
Gevaarlijk, maar het schrikt Brys niet af. Ook de vijf goals tegen Zulte Waregem niet. “Er zijn andere dingen waar ik bang van ben, maar niet van Antwerp”, grijnst Brys. “Aan de wedstrijden tegen Antwerp bewaar ik trouwens veel goede herinneringen. Wij zullen de match gewoon aanvatten om te winnen. Maar als Antwerp op het einde de beste ploeg is, dan zal ik hen proficiat wensen.”
“Antwerp kan dé verrassing worden. Het staat derde, heeft nog niet verloren en slikte slechts drie doelpunten. Dan heb je gewoon een heel goeie ploeg.” “Beerschot staat voor frivool en academisch voetbal. Als trainer moet je daarin kunnen meegaan, maar je kan niet elke week carnaval brengen.”