Van revolutie tot oorlog

2004 De Houthi’s, een sjiitische rebellenbeweging, strijden voor meer autonomie in het noorden, het gebied waar ze eeuwenlang de macht hadden. In 2004 vechten ze tegen de regering van de autocratische leider Ali Abdullah Saleh.

2010 De strijdende partijen komen tot een staakt-hetvuren.

2011 Tijdens de Arabische Revolutie komen honderdduizenden mensen op straat. Hun eis: het aftreden van president Saleh, die dan 33 jaar aan de macht is. Saleh wordt vervangen door Abd Rabbuh Mansur AlHadi. De Jemenitische revolutie is geslaagd.

2015 De nieuwe president wordt – net als Saleh – gewantrouwd door de Houthi’s. Hij vlucht naar Saudi-Arabië en commandeert van daaruit zijn troepen.

Op 19 maart begint de burgeroorlog officieel, met een veldslag om de luchthaven van Aden tussen de regeringstroepen van de regering-Hadi en loyalisten van Saleh.

Op 25 maart starten Saudi-Arabië en andere soennitische landen uit Noord-Afrika, Zuid-Azië en het Midden-Oosten een militaire campagne tegen de Houthi’s.

2016 Volgens de VN werden in augustus 2016 minstens 41 keer scholen of gezondheidscentra, markten, gebedshuizen, vliegvelden en woningen aangevallen. Een vredesvoorstel van de Verenigde Staten mislukt.

2017 Drie miljoen van de 24 miljoen inwoners zijn op de vlucht geslagen. Volgens Unicef worden gemiddeld zes kinderen per dag gedood of verwond.

Op 4 december komt ex-president Saleh om. De strijd gaat voort, het dodental blijft oplopen.

2018 De patstelling is compleet. De Houthi’s bezetten het noorden, de regering-Hadi – met steun van SaudiArabië – het zuiden. Rien ne va plus.

Met twee derde van de bevolking afhankelijk van hulp heerst er de grootste humanitaire crisis ter wereld.