“Ik weet ook wel dat ik beter kan”

Eind augustus kwam Abdoulaye Seck over van het Noorse Sandefjord, maar dolle

pret heeft het Senegalese eenmansfort nog niet beleefd op de Bosuil. De voorbije weken was er voor de verdediger geen plaats in de kern, laat staan in

de basis. Woensdagavond in Mechelen mocht hij uit het niets opdraven in het experimentele elftal dat Laszlo Bölöni

op poten had gezet.

Het zou niet de avond van Antwerp - ook niet die van Abdoulaye Seck - worden Achter de Kazerne. “Ach, het was voor iedereen een moeilijke match, al hebben we nog getracht om het tij te keren. Maar 3-1 verliezen, en al zeker tegen een team uit 1B, dat is wel erg zwaar”, zegt de robuuste Senegalees, die ons eigenlijk wel een beetje aan de reeds vertrokken Moustapha Sall doet denken. Een rots, letterlijk. Maar (nog) geen rots in de branding. Al zijn er wel verzachtende omstandigheden. “Ik speelde voor het eerst, dat deed wel deugd. Nee, het liep nog niet echt zoals het moest, maar ik heb net als iedereen mijn best gedaan. Weet je, het is niet aan mij om mijn eigen prestatie te beoordelen. Dat is iets voor de coach. Ik weet zelf ook wel dat ik beter kan.”

“Toen ik in augustus op Antwerp arriveerde, wist ik dat het lastig zou worden. De ploeg draaide al. Maar als ik een nieuwe kans krijg, ga ik opnieuw proberen die te grijpen. Snel de déclic maken, is nu de boodschap. Maar thuis tegen AA Gent wordt het wéér lastig, zeker na onze twee verliesmatchen. Antwerp moet vol voor de zege gaan. Als God het wil, dan komen we er wel. Nu zondag al, laten we dat vooral hopen”, besluit de diepgelovige Seck.