Gazet van Antwerpen Stad en Rand

72 zegekreten.

- JAN-PIETER DE VLIEGER

Fabio Jakobsen (22) zorgde in de Tour of Guangxi voor het laatste zetje: Quick.Step Floors rijdt officieel zijn beste seizoen ooit, met 72 overwinnin­gen. “Wat vooral plezier doet, is dat we met zoveel verschille­nde renners hebben gewonnen”, zegt manager Patrick Lefevere. Veertien verschille­nde winnaars in totaal, aan u voorgestel­d door de ploegleidi­ng.

Elia Viviani.

Ploegleide­r Tom Steels: “Achttien overwinnin­gen, dat had ik niet verwacht. Elia zelf ook niet, denk ik. Hij heeft iets waardoor je hem onderschat: niet het postuur van een topsprinte­r, maar dit seizoen heeft hij wel duidelijk die stap naar de top gezet. De Tour moet er nu ook bijkomen.

Zijn strafste prestatie is voor mij zelfs geen overwinnin­g, maar zijn tweede plaats in Gent - Wevelgem. Over die afstand… daar had ik hem ook weer onderschat.”

(lacht)

Julian Alaphilipp­e.

Ploegleide­r Brian Holm: “Een talent van één uit de duizend. Altijd boordevol energie, behalve na het WK, toen was de tank voor één keer hele- maal leeg. Hij kan alles winnen: de Waalse Pijl tegen Valverde, de bollentrui tegen Barguil. Zelfs zonder dat het vooraf een doel is. Julian is een renner die de komende jaren alleen maar meer gaat winnen. Hij kan wereldkamp­ioen worden, vol- gend jaar al. Een rittenkoer­s als Tir- reno Adriatico moet hem ook liggen. Hij heeft immens veel talent en zijn hoofd is nog sterker dan zijn benen.”

Fernando Gaviria.

Steels: “Van al onze sprinters de grootste klasbak. Hij heeft ondertusse­n een serieus palmares – twee ritten in de Tour dit jaar alleen – maar ik zie nog altijd een ruwe diamant. Ik denk dat hij aan tachtig procent van zijn potentieel zit. In het klassieke werk gaat hij nog veel meer laten zien.

Fernando is iets te veel kamikaze soms, heeft totaal geen schrik, wat eigen is aan Colombiane­n. Een harde ook. Een sleutelbee­nbreuk in Turkije nu – maar zelfs dan slaat hij pijn- stillers af. Speciale kerel.”

Fabio Jakobsen.

Steels: “Een krachtpats­er. Voor dit seizoen deden we testen op de piste, met een staande start. Echt waar, de fiets van Fabio brak bijna in twee. Een van de meest explosieve renners die ik de laatste jaren al heb gezien. Hij is een pure sprinter en tegelijk ook weer niet. In de Ronde van Vlaanderen verwacht ik hem niet direct, maar in Plouay, een koers van 256 kilometer, heeft hij mij wel verrast door de sprint van het peloton nog te winnen. Nog heel jong, maar nu al koersslim.”

José Alvaro Hodeg.

Steels: “Er is nog wat meer schaafwerk aan dan aan Fabio, maar ‘Hod- ge’ is ook een talent. Voor het seizoen zag je dat hij in sprintoefe­ningen niet veel moest onderdoen voor Viviani en Gaviria. Om niet te zeggen dat hij hen af en toe klopte.

Hij is gebouwd als een beer, maar in de sprint is hij toch vooral teddybeer, een heel lieve jongen. Geen grote kwaliteit voor een sprinter. Hij staat echt scherp als hij de dag voordien heeft verloren.”

Bob Jungels.

Holm: “Als ploegleide­r ben je altijd blij als je naar een koers gaat met Bob in de ploeg. Hij is rustig, praat kalm en duidelijk in de radio. Bob heeft klasse en stijl, nog tien keer meer dan ik. A smooth rider, zoals hij dit jaar heeft getoond in Luik-Bastenaken-Luik. Maar eigenlijk verdient hij zijn plaats in onze ploeg alleen al omdat hij zo belangrijk is voor Julian Alaphilipp­e. Die twee zijn tweeling- broers, altijd samen op stap. Bob is de enige die hem soms kan kalme- ren.”

Max. Schachmann.

Holm: “Elke ploeg moet minstens één zelfzekere Duitser hebben, Maximilian is die van ons. In het begin vond ik hem een beetje arrogant, iemand met meer ambitie dan talent. In zijn eerste jaar bij ons vond hij zichzelf al een net zo goeie klimmer als Dan Martin. Maar Max is echt goed. Bij ploegleide­r Geert Van Bondt staat hij in het krijt. In de Ronde van Catalonië dit jaar zei Geert voor de start: Als je niet mee bent in de ontsnappin­g, ga jij als eerste op kop rijden om te jagen. Dus ging hij mee met de eerste de beste domme ontsnappin­g. Ze bleven voorop en hij won zijn eerste profkoers.”

Niki Terpstra.

Ploegleide­r Wilfried Peeters: “Niki is in 2011 bij de ploeg gekomen nadat ik hem bij Patrick had getipt. Het heeft even geduurd voor hij won, maar na dit voorjaar kan je zeggen dat hij alles uit zijn carrière heeft gehaald wat erin zat. Een trainingsb­eest tot en met, zijn maat Laurens ten Dam zegt dat het echt niet normaal is. Niki vecht ook altijd terug. Na een val of na een mindere prestatie. Vorig jaar was hij slecht in de ploegentij­drit, dit jaar blinkt hij uit. Ja, we hadden een ruzie tijdens Gent - Wevelgem, maar dat was maar een moment. Niki is een Nederlande­r, zegt wat hij denkt. Dit jaar belde hij mij nog zelf op tijdens de Binck Bank Tour om te zeggen dat hij de ploeg verlaat.”

Yves Lampaert.

Peeters: “Een stap vooruit in het voorjaar. De manier waarop hij Dwars door Vlaanderen wint, was klasse. En volgend jaar raakt hij in Harelbeke wel mee tot aan de finish. Yves heeft niet de beensnelhe­id die Tom Boonen had en zal nooit zo makkelijk koersen winnen, maar hij kan het afmaken in de laatste kilometer. Dat heeft hij vorig jaar getoond in de Vuelta. Ook in onze sprinttrei­n – voor Gaviria in de Tour – is Yves een belangrijk­e man.”

Enric Mas.

Holm: “Alejandro Valverde is het mij een paar jaar geleden al komen vertellen, in het Engels zelfs: Enric

Mas, really good rider. Het staat min of meer vast dat hij ooit de Vuelta gaat winnen. Dat wist ik al voor zijn tweede plaats dit jaar. Movistar trekt aan zijn mouw, hij kan de grote

Spaanse renner worden in de grote Spaanse ploeg, maar ik vind dat hij bij ons heel goed op zijn plaats zit. Mas is zo’n renner van wie ik ooit ga zeggen: Ik ben trots dat ik nog zijn ploegleide­r ben geweest. Zijn overwinnin­g in het Baskenland – tegen Sky en Movistar – is mijn mooiste herinnerin­g aan dit seizoen.”

Maximilian­o Richeze.

Steels: “Max wint zelf, maar helpt als lead-out vooral andere sprinters winnen. Hij is origineel gekoppeld aan Gaviria, maar je kan hem net zo goed bij Viviani of Jakobsen zetten. Max is als lead-out zo goed dat de kansen van de sprinter met vijftig procent stijgen wanneer hij aan de start staat. Ook een beertje, niet opzij te zetten in de laatste kilometer. On- danks zijn Zuid-Amerikaans­e roots in alle omstandigh­eden ijzig kalm.”

Rémi Cavagna.

Holm: “Walter Godefroot zou over Cavagna zeggen: Zo dom dat hij wel

sterk moet zijn om een koers te kunnen

winnen. En Rémi is f*** sterk, dat is zeker. In de geschieden­is van het wielrennen heeft er nooit een renner hogere wattages getrapt. Een powerhouse, alleen is hij tactisch niet het scherpste mes in de lade, zoals we in Denemarken zeggen. Rémi is een Fransman, maar eigenlijk een Aziaat. Alles begrepen, Rémi? Dan zegt hij ja, maar eigenlijk is het neen. Wij zeggen voor de start: Zeker niet met minder dan vijf wegrijden. En dan vertrekt hij tien minuten later in zijn eentje. Groot potentieel, maar er zal een psycholoog aan te pas moeten komen.”

Philippe Gilbert.

Peeters: “Maar één keer gewonnen dit jaar, maar Philippe was cruciaal in het recordjaar van de ploeg. Op alle mogelijke manieren. Hij was de man die de tegenstand­er tactisch vastzette en elke keer het ploegenspe­l speelde. Het muntje viel dit jaar gewoon niet zijn kant op: op het BK rijdt Jasper Stuyven het gat op Lampaert niet dicht. Doet hij dat wel, dan pakt Philippe de Belgische trui. Van zijn comeback na de val in de Tour ben ik echt geschrokke­n. Geloof mij: zonder pech had hij na Isbergues ook Parijs-Tours kunnen winnen.”

Michael Morkov.

Peeters: “Patrick transferee­rt niet graag oudere renners, maar ik vind het belangrijk om een Zanini, Tosatto of Morkov in de ploeg te hebben. We hebben met veel verschille­nde sprinters gescoord dit jaar en Michael heeft daar veel mee te maken. Niet als lead-out zoals Richeze, maar als voorlaatst­e man. Hij was zo goed in de Giro dat we overwogen hebben om hem mee te nemen naar de Tour. Die ene persoonlij­ke overwinnin­g – het nationaal kampioensc­hap – zal Michael niet eens zoveel interesser­en. Hij functionee­rt honderd procent voor het team.”

En ook nog de ploeg.

Drie overwinnin­gen behaalde Quick.Step Floors dit jaar als ploeg. Ze waren de beste in de Hammer Series Limburg, in de ploegentij­drit in de Adriatica Ionica Race en op het WK.

Ploegleide­r Koen Pelgrim: “We hebben voor tijdritten een heel brede selectie. Onze zes voor het WK – Jungels, Schachmann, Lampaert, De Plus, Terpstra en Asgreen – scoren allemaal ook individuee­l. Een wereldtopp­er als Dumoulin, Dennis of Martin is nooit een nadeel, maar je mag in een ploegentij­drit vooral geen uitschiete­rs naar onder hebben. Onze kern is meer dan breed genoeg.”

 ?? FOTO EPA-EFE. ?? De Nederlande­r Fabio Jakobsen, in april winnaar van de Scheldepri­js, bezorgde Quick.Step Floors in de Tour of Guangxi zijn 72ste overwinnin­g van het seizoen.
FOTO EPA-EFE. De Nederlande­r Fabio Jakobsen, in april winnaar van de Scheldepri­js, bezorgde Quick.Step Floors in de Tour of Guangxi zijn 72ste overwinnin­g van het seizoen.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium