Gazet van Antwerpen Stad en Rand
De Koe viert 30 jaar met herneming ‘Krenz’
Walter Baele en Koen Van Impe staan (weer) samen op de planken ENE GAST, TWEE BAZEN VANAF VR 09/11 | THEATER ELCKERLYC | ANTWERPEN | WWW.DEKOMEDIECOMPAGNIE.BE
Sven De Ridder danst naar de vier pijpen van twee bazen. De hilarische Broadwayhit Ene Gast, Twee Bazen strijkt neer in Theater Elckerlyc in Antwerpen. Het mag dus niet verbazen dat we enkele bazige vragen indienden bij acteurs Koen Van Impe en Walter Baele.
Koen Van Impe en Walter Baele staan in
Ene Gast, Twee Bazen samen op de planken, maar niet voor het eerst. “Zeker niet, we speelden zeven seizoenen geleden samen
Spamalot, ook in een regie van Stany Crets. Binnenkort wordt die hilarische musical trouwens tot ieders grote vreugde hernomen”, promoot Walter.
“Onze samenwerking gaat al verder terug, Walter. Nota bene naar 2002 en jouw programma Brussel Nieuwstraat.”
“Jaaaa, juist”, herinnert Walter zich. “Ik was het niet vergeten, ik dacht er alleen even niet aan omdat ik jou steeds weer in die Spamalotkousenbroek voor me zie. In Brussel Nieuwstraat speelde Koen de heerlijke doodernstige reporter Werner. IJzig kalm deed hij liveverslaggeving van een bankoverval terwijl de kogels hem om de oren vlogen.
Ene gast en twee bazen. Wie spelen jullie?
Koen Van Impe: Noch de gast, noch de bazen. Sven De Ridder is de gast en hij doet dat ronduit fantastisch. Deze hoofdrol is geknipt voor Sven. De jonge talenten Anouck Luyten en Kevin Bellemans zijn de bazen van dienst. Het verhaal gaat over een gast die wil bijverdienen, daarom gaat hij aan de slag voor twee bazen. Het lijkt ogenschijnlijk simpel, maar dan gaan de poppen aan het dansen. Het is een voorstelling vol hilarische misverstanden. Het originele One Man, Two Guvnors was een megasucces op Broadway en West-End en dat zal niet anders zijn op de Frankrijklei.
Walter Baele: Ik bekeek enkele fragmenten van eerdere opvoeringen, dit stuk is een tijdloze klassieker met wortels tot in de 18de eeuw. Ik speel een zeer verwarde en zeer bejaarde kelner. Het is een tamelijk fysieke rol, dus ik deel rijkelijk in de klappen. Denk aan de Spaanse ober Manuel uit maar dan in het kwadraat.
Wie was jullie slechtste baas ooit?
Walter Baele: “Een musical is voor mij steeds een beetje sterven.” Fawlty Towers,
Kunnen jullie vlak voor de première jullie zenuwen behoorlijk de baas?
Koen: Ik heb weinig last van wat in ons vak ‘den track’ heet. De eerste twee minuten sterf ik een beetje, en als ik die overleef, dan komt alles goed.
Walter: Een musical is voor mij steeds een beetje sterven. Iedereen zegt wel dat ik goed zing, maar dan nog voel ik me al zingend niet 100% in mijn sas. Zo speelde ik afgelopen zomer in Doornroosje. Backstage stond ik dan voor een gesloten kasteelpoort te wachten tot die openzwaaide om mijn solo te zingen. Die seconden leken eeuwen te duren. In de binnenkant van mijn schoen plakte ik dan mijn liedjestekst. Slechts één keer trok ik vlak voor ik op moest nog eens vlug mijn schoen uit om te spieken. Wat bleek? De inkt was volledig verlopen door mijn angstzweet.
Walter: In een vorig leven was ik leerkracht. Met mijn leerlingen trok ik op zondagnamiddag al eens naar voorstellingen in de Beursschouwburg. Via een formele brief liet de directeur aan de ouders weten dat de school zich distantieerde van dergelijke buitenlesactiviteiten. Zielig en kortzichtig, ik hoop dat zulke directeurs niet meer bestaan. Koen: Als jobstudent onderhield ik de tuinen van sociale woningen. Er was een ploegbaas waarmee niemand wilde samenwerken. Zomer of winter, die kerel droeg steevast een korte broek die hij combineerde met zo’n baardje zonder snor. Met een schaartje moest ik de gazonboorden bijknippen terwijl hij rondhotste op zijn zitmaaier. Hij stond niet toe dat ik op mijn knieën ging zitten, ik moest hurken. Uren aan een stuk, waarom weet ik nog altijd niet. Ik weet alleen dat ik hem toen een klootzak vond, en vandaag nog steeds.
Hoe bazig zijn jullie zelf, schuilt er een diva in jullie?
Koen: Toch wel. Ik durf grif te bekennen dat ik een diva ben. Ik stel mijn eisen, één daarvan is een deftige pré (lacht). Ik sta dus wel op mijn strepen. Maar als het resultaat deugt, lijkt me dat gepermitteerd.
Walter: Voor opnames durf ik mijn eisen te stellen qua pruiken. Een degelijke pruik bepaalt mee de geloofwaardigheid van een personage. Met een synthetische pruik uit de carnavalswinkel haal je veel onderuit, dus vraag ik verzorgde haarstukken met echt haar. Ik herinner me dat ik destijds een punt maakte van de make-up voor mijn personage Rosa. Ik wilde een overtuigende oude dame neerzetten, dat lukt niet door alleen wat rimpels te tekenen. De schminksters van de VRT voelden zich gepasseerd, maar ik hield het been stijf. Er kwam een externe special effects-grimeur aan te pas, maar Rosa mocht gezien worden.
Wie is er thuis de baas?
Koen: Ik natuurlijk! (lacht) Mijn vriendin en ik ruziën zelden, behalve nu we doorheen alle goede series op Netflix zitten. Dan durven we wel eens argumenteren over welke brol we dan bekijken.
Walter: Mijn vrouw, sowieso. Onlangs kwam ik thuis en trof ik een vreemde man aan. ‘Wie bent u’, vroeg ik. ‘De loodgieter’, antwoordde hij, waarop hij vroeg wie ik dan wel wezen mocht. ‘De eigenaar van dit huis’. Om maar te zeggen, mijn vrouw regelt zulke zaken. Zij is afdelingshoofd van het bureau praktische aangelegenheden.
Onder ons gezegd en gezwegen: is Stany Crets een goede baas?
Walter: Stany is streng, maar rechtvaardig. Als ik een suggestie heb om een mop te verbeteren, dan speel ik ze op mijn manier tijdens de repetitie. Als Stany lacht, dan weet ik dat ik goed zit. Als hij niet lacht, dan… tja. Koen: Stany is inderdaad een heel goede baas. Echt waar, het is heerlijk om met hem te werken. Zeker in een productie als deze, waarin we alle registers mogen opentrekken. Hij houdt rekening met al onze opmerkingen, zolang we geen flauwekul vertellen. ZA 03/11 - ZO 04/11 WWW.DEKOE.BE
De Koe, het Antwerpse gezelschap van Peter Van den Eede, bestaat dertig jaar. Om dat te vieren worden dit seizoen enkele uitzonderlijke stukken hernomen, zoals Krenz. In deze tekst verbindt Willem de Wolf zijn eigen communistische jeugd met die van Egon Krenz, de kortstondige politieke leider van DDR ten tijde van de val van de Muur. Hoewel hij al na anderhalve maand werd afgezet, werd Krenz als een van de weinigen verantwoordelijk gehouden voor de misdaden van het voormalige regime. Voor De Wolf belichaamt Krenz een leven dat er maar niet uit wil zien als dat je dacht dat het er bij je voorganger uitzag. GUNTER JACOBS MUZIEK