Gazet van Antwerpen Stad en Rand
En de jacht op toppostjes, hij duurde vrolijk voort
Politieke benoemingen erfenis van verleden, toen er (meer) verzuiling was
Platte politieke benoemingen van mensen die niet bekwaam zijn voor de functie, die tijd is zo goed als voorbij. Maar toppostjes blijven sowieso voorwerp van politiek gemarchandeer. En de greep van partijen op de overheid is nog altijd zo groot dat raden van bestuur volgestouwd worden met vertrouwelingen. Volgens professor bestuurskunde Filip De Rynck (Ugent) zijn ook die meestal wel bekwaam. Maar af en toe zit er toch nog een gebuisd politicus bij.
Nee, zoals in de jaren zeventig gaat het er niet meer aan toe. Toen werden alle personeelsleden van bijvoorbeeld steden en gemeenten of de NMBS politiek benoemd. Van WC-madam tot directeur. Partijen mochten toen volgens hun grootte meer of minder benoemingen doen. “Maar die tijd is gelukkig voorbij. 80% van alle benoemingen verloopt nu via examens en objectieve procedures waarbij in de jury academici zitten”, zegt professor De Rynck.
Alleen blijft die 20% nog over, de topbenoemingen of zitjes in de raden van bestuur die moeten worden ingevuld. En die verlopen niet altijd via een officieel examen. Kijk naar ex-minister van Financiën Steven Vanackere, die door CD&V werd voorgedragen als directeur van de Nationale Bank (NBB), een riant betaalde topjob. Of de benoeming van ex-minister van Justitie Annemie Turtelboom bij de Europese Reverdeeld kenkamer. Of de omstreden aanstelling van kleinzoon Frère in de regentenraad van de NBB. En zelfs wanneer er wel een assessment is en een selectiebureau een reeks geschikte kandidaten naar voren schuift, moet de politiek finaal de knoop doorhakken. En dan ontstaat er soms heisa, zoals nu met de benoeming van de gouverneur van Oost-Vlaanderen.
Technocraten beter?
Net zoals de politiek is ook de academische wereld verdeeld over de vraag of politieke benoemingen goed zijn of net niet. Studies die aantonen of objectieve of politieke benoemingen beter of slechter zijn, zijn er niet. “Zijn technocraten zo veel beter? Politici moeten ook verantwoording afleggen en worden electoraal afgerekend. Dan is het niet goed dat zij te veel overgeleverd zijn aan een bureaucratische machine,” zegt Annie Hondeghem, directeur van het Instituut voor de Overheid (KULeuven). Het is dus goed dat politici een vertrouwensband hebben met hun topambtenaren. Anders clasht het te veel.
Veel landen doen het overigens op zijn Belgisch. Zuid-Europese landen, Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië. En in de VS worden duizenden toplui ontslagen en weer benoemd wanneer een nieuwe president aantreedt.
Maar omdat de macht van partijen in België zo groot is, is toch ook de greep op raden van bestuur van overheidsinstellingen heel groot. Alle zitjes worden volgens de politieke evenwichten. En dat zijn er bij ons veel: tussen de vele partijen, tussen de zuilen, tussen Vlamingen en Franstaligen. Het levert altijd weer heroïsche politieke gevechten op onder partijen of binnen de regering, zoals ook nu weer het geval is met de regering-Michel, die bij de NBB, de energiewaakhond Creg of bij de Europese Investeringsbank benoemingen moet doen.
“N-VA draait volop mee”
Groen is wel fel gekant tegen de politisering van al die zitjes in besturen en agentschappen. “Er zijn geen politieke benoemingen nodig om die goed te doen draaien,” zegt Vlaams fractieleider Björn Rzoska. “Bovendien is het meestal tegen een stevige vergoeding.”
Hij hekelt dat ook N-VA, vroeger altijd gekant tegen de cultuur van politieke benoemingen, nu volop meedraait in de benoemingscarrousel en ondertussen een flinke inhaalbeweging heeft gemaakt. “In plaats van de kracht van verandering is het nu de kracht van de zelfbediening.”
Maar de Vlaams-nationalisten ontkennen formeel. “Directeurs, managers of secretarissen-generaal zullen wij nooit politiek benoemen, maar raden van bestuur moeten hun aandeelhouders vertegenwoordigen. En dat is de overheid”, stelt Rzoska’s N-VAcollega Matthias Diependaele.