Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Nooit meer oorlog

-

Honderd jaar na de wapenstils­tand in 1918 vindt morgen de laatste officiële herdenking van de Eerste Wereldoorl­og plaats. Voortaan ligt de bal in het kamp van privé-initiatiev­en. “We blijven in middelen voorzien, maar voortaan is het vooral aan lokale organisati­es om met tentoonste­llingen, lezingen en evenemente­n WO I blijvend onder de aandacht te brengen”, aldus Vlaams minister-president Geert Bourgeois.

Zo worden er morgen in Antwerpen voor de laatste keer plechtig kransen neergelegd aan het oorlogsmon­ument in het Stadspark. Vandaag kunt u dan weer naar het bevrijding­sfeest. Al werd Antwerpen destijds niet echt bevrijd. De stad lag in november 1918 nog achter de frontlinie en het keizerlijk­e leger moest na de wapenstils­tand, samen met zo’n 10.000 Duitse Antwerpena­ars, in allerijl richting het oosten marcheren. Onze stad speelde een cruciale rol tijdens de Eerste Wereldoorl­og. Dat begon al in 1914, toen de Duitsers zo snel mogelijk Parijs wilden veroveren. Antwerpen lieten ze als het ware rechts liggen. Maar het bleef een hardnekkig­e stekel in hun flank, inclusief verschille­nde uitvallen van het Belgische leger. Koning Albert voerde vanuit het paleis op de Meir persoonlij­k het bevel. De Duitsers waren behoorlijk nijdig en stuurden meer troepen, zeppelins en zwaar geschut, zoals de beruchte Dikke Bertha, onze richting uit.

Begin oktober gooide Antwerpen uiteindeli­jk, na zware gevechten, de handdoek in de ring. Maar onze inspanning­en waren niet voor niks geweest: de Duitsers moesten voor de aanval troepen gebruiken die ze amper konden missen, waardoor hun offensieve­n aan de Marne en de IJzer werden verzwakt.

Ook tijdens de bezetting bleef ’t Stad lastig doen (van passief tot behoorlijk actief verzet), zodat de Duitsers hier altijd heel wat soldaten paraat moesten houden. De sinjoren hebben dus, uit overtuigin­g of gewoon omdat we nu eenmaal graag contrair zijn en geen gezever pikken, het Duitse leger heel wat koppijn bezorgd. En daar mogen we best trots op zijn.

Enfin, het is niet onlogisch dat herdenking­en op een gegeven moment moeten stoppen. WO I ligt tenslotte alweer een hele tijd achter ons. De laatste veteraan van de Eerste Wereldoorl­og is jaren geleden gestorven, al herinner ik me nog goed dat ik als jonge gast nog heel wat overlijden­sberichten in uw krant zag met de vermelding ‘oudstrijde­r 14-18’.

Maar we kunnen ons dus niet eeuwig blijven wentelen in heroïsche nostalgie. Wordt de Vrede van Utrecht nog herdacht? De afgang van Napoleon in Waterloo? Of die relatief onbelangri­jke veldslag aan de Groeningeb­eek in 1302? Oh, wacht...

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium