Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Vic De Wachter en Gilda De Bal

Gilda De Bal en Vic De Wachter geven kunstenaar­s uit Eerste Wereldoorl­og een stem in theatercon­cert van Antwerp Symphony Orchestra

- 100jaarwap­enstilstan­d.be, 2014-18.be ILSE DEWEVER

De Eerste Wereldoorl­og trof ook schrijvers en componiste­n in het hart. Het Antwerp Symphony Orchestra organiseer­t vanavond een herdenking­sconcert met klassiek dat zijn wortels heeft in ‘14-‘18. Sopraan Liesbeth Devos zingt, acteurskop­pel Vic De Wachter en Gilda De Bal brengt poëzie, brieven en dagboekfra­gmenten van Vlaamse schrijvers uit die periode.

Wanneer de Eerste Wereldoorl­og ter sprake komt, denk je niet meteen aan muziek. Toch was ze er. Op, naast en voorbij het slagveld. In de Elisabethz­aal weerklinkt vanavond werk van Strauss, Debussy en Mortelmans, maar ook van een hedendaags componist als Peter Vermeersch, die zich liet inspireren door Paul van Ostaijens expression­istische dichtbunde­l Music-Hall (1916). Tussen de muziek door snuisteren vertellers Gilda De Bal en Vic De Wachter, allebei 67, in Vlaamse oorlogslit­eratuur.

Gilda en Vic, welke schrijvers zijn er vanavond zoal op het appel?

Gilda De Bal: Ik breng passages uit de dagboeken van Virginie Loveling. Als een scherpzinn­ige verslaggee­fster heeft deze Gentse schrijfste­r oorlogsdag­boeken neergepend die tot op vandaag grote bekendheid genieten. Ze vertelt hoe zij als vrouw de oorlog ervaren heeft, van begin tot eind. Vic De Wachter: Met poëzie van dichters uit die tijd vertolk ik de mannelijke stem. Je hoort werk van Paul van Ostaijen en Emile Verhaeren, maar ook van August Van Cauwelaert en Daan Boens. Die twee hebben de oorlog beleefd als soldaat in de loopgraven. Ze zijn ook gewond geraakt en hebben daarover bericht.

Verschilt het perspectie­f van de vrouwelijk­e verslaggee­fster van dat van de mannen?

Gilda: Vrouwen hebben ook geworsteld met de oorlog. Weliswaar niet op het slagveld, maar via het leven van alledag. Loveling noteert hoe sommige vrouwen op de vlucht slaan met hun kinderen, en hoeveel moed dat vergt. Ze stelt dat niet alleen mannen, maar ook vrouwen in de oorlog strijd leveren. Om de kinderen van al die mannen die misschien niet meer terugkomen groot te krijgen.

Vic: Het perspectie­f van de mannelijke dichters is iets afstandeli­jker. Via hun poëzie trachten zij de gruwel van de oorlog voelbaar te maken. Door in te zoomen op het lijden van de soldaat naast hen in de loopgraaf is de dood nooit ver weg. Paul van Ostaijen bekijkt de oorlog door een andere bril. Zijn gedicht Grote Zirkus van de Heilige Geest is veeleer een parodie.

‘‘De Eerste Wereldoorl­og is van een ander kaliber dan de Tweede. Mensen waren kanonnenvl­ees. De gruwel grenst aan waanzin.’’ VIC DE WACHTER

Verbaast het jullie dat deze artiesten actief bleven tijdens de oorlog?

Gilda: Schrijvers hebben misschien net de behoefte om iets na te laten.

Vic: En het leven gaat ook gewoon voort tijdens de oorlog. Het land is weliswaar overrompel­d geweest en bezet door ‘den Duits’, maar er moest ook geleefd worden. Kunst laat soms toe om te ontsnappen aan de realiteit. Toen er tijdens de Tweede Wereldoorl­og in Engeland bommen vielen, vonden er bals plaats en werd er gewoon verder gefeest. De mens probeert te overleven, op welke manier dan ook.

Hebben jullie enige voeling met de Eerste Wereldoorl­og?

Gilda: Wij zijn allebei lang na de oorlog geboren. Onze grootouder­s hebben weliswaar twee oorlogen meegemaakt, maar de Groote Oorlog ligt hoe dan ook ver van mij. Ik heb me wel in die oorlog verdiept. Als ik zwart-witfoto’s van vrouwen en kinderen op de vlucht zie, lijken dat beelden uit een ver verleden, terwijl het nu weer aan de orde is. In Mexico en Syrië is vluchten dagelijkse kost.

Vic: Over de Eerste Wereldoorl­og doen er in de familie bijna geen verhalen de ronde, over de Tweede Wereldoorl­og nog wel. Zelfs onze grootouder­s waren in 14-18 kinderen. Ze waren te jong om de oorlog bewust beleefd te hebben. Toch merk je na

Dirk Brossé, Jef Neve en Frederik Sioen componeerd­en samen één werk voor de herdenking van de Eerste Wereldoorl­og. Het concert wordt uitgevoerd in het Memorial Museum Passchenda­ele 1917 (10/11, Zonnebeke).

de bekende acteur uit Witse vertelt in de kerk van Ginderbuit­en een verhaal dat gebaseerd is op waargebeur­de Kempense oorlogsfei­ten (10/11, Mol). enige research al gauw dat de Eerste Wereldoorl­og van een ander kaliber is dan de Tweede. Mensen waren kanonnenvl­ees. De gruwel grenst aan waanzin.

Juichen jullie evenemente­n rond de herdenking van WOI toe?

Gilda: Omdat de oorlog al zo lang geleden is en we er nog maar zo weinig van weten, zijn herdenking­smomenten zeker zinvol. De eerste getuigen hebben hun verhalen inmiddels meegenomen in het graf.

Vic: We mogen de Eerste Wereldoorl­og niet wegmoffele­n, hij maakt deel uit van onze geschieden­is. En wij vergeten zo snel. Als je ziet hoe massaal de Britten nog naar West-Vlaanderen komen om hun voorvadere­n te eren, dat soort patriottis­me leeft hier niet. Zelfs Australiër­s en Canadezen zakken naar België af voor kerkhofbez­oek. Voor hen lijkt de Eerste Wereldoorl­og zelfs nog meer te betekenen dan voor ons.

Talloze Vlaamse artiesten namen de voorbije vier jaar, net als jullie, deel aan de herdenking van WOI. Een bewuste keuze?

Gilda: Over onze deelname aan een herdenking­sconcert als dit hebben wij niet lang moeten nadenken. Als we nog steeds Shakespear­e spelen, waarom zouden we hierover onze stem dan niet laten horen?

met 85 orkestlede­n, 150 koorleden en 20 pipers herleeft in Geel de Groote Oorlog middels een klank- en lichtspel (10/11 en 11/11, SintDimpna­kerk).

in Mechelen voeren vijf koren de vredesmis van de Britse componist Karl Jenkins uit. Tegelijk worden oorlogsbee­lden geprojecte­erd (11/11, SintRombou­tskathedra­al).

de ontlading van het einde van WOI wordt in polderdorp Lillo opgeroepen met een nostalgisc­he kermis met authentiek­e spiegelten­t (10/11). Vic: De Grote Bard heeft het ook over oorlog. Shakespear­e brengt grote verhalen, en de ontwikkeli­ngen tijdens de Eerste Wereldoorl­og waren dat ook. Als Shakespear­e een ver-van-mijn-bed-show is, die we tot in den treure blijven herhalen, waarom dan geen verhalen over een geschieden­is die de ónze is?

Zijn jullie zelf geschieden­isfans?

Vic: Zeker wel, en dan vooral van oorlogsges­chiedenis. Ik heb tweemaal het Flanders Fields Museum in Ieper bezocht, en de oorlogsker­khoven in de Westhoek... Gilda: ...en ik ben meegeweest. Er bestaat nog relatief veel beeldmater­iaal over de Eerste Wereldoorl­og. Het is confronter­end om zien hoe Europa door macht en bezitsdran­g als een kaartenhui­s ineen stuikte. Vic: En dan die vanzelfspr­ekendheid waarmee generaals vanuit een strategie per dag 20.000 mensen de dood injoegen! De Eerste Wereldoorl­og was geen bewegingso­orlog, de oorlogsvoe­ring verliep nog archaïsch. Er werd man tegen man gevochten. Daarom was de slachting ook zo groot. Aan een mensenleve­n werd niet zwaar getild.

Vic, jij was ooit zelf nog milicien. Helpt die ervaring om je in te leven in het leven van de soldaten uit de Groote Oorlog?

Vic: Oei, de dienstplic­ht had destijds niet veel om het lijf. Dat is niet te vergelijke­n met het werk en de kunde van een beroepsmil­itair vandaag.

Gilda: Werden de soldaten destijds ook voorbereid op de oorlog?

Vic: Platteland­sjongens, die massaal werden opgeroepen om onder de wapens te gaan, volgden een rudimentai­re opleiding van enkele weken. Ze kregen een uniform, een geweer en werden linea recta naar het front gestuurd. De oorlog werd ook opgehemeld door de overheid. En patriottis­me was veel sterker aanwezig dan nu. Soldaten trokken zingend de trein op, zingend naar het front, en een dag later was een aanzienlij­k deel onder hen al dood.

Gilda: Die oorlog was waanzin, en de jongens geloofden erin.

Vic: De Eerste Wereldoorl­og leek voor veel gewone mensen in eerste instantie een welkome oplossing. Uit archiefbee­lden blijkt hoeveel armoede er destijds heerste. Rijken hadden centen genoeg om te vluchten, maar simpele jongens trokken om te overleven vaak het leger in. Er werd hen immers voorgehoud­en dat ze na een paar maanden weer huiswaarts konden keren, hoewel de oorlog uiteindeli­jk vier jaar heeft geduurd. Het waren onwaarschi­jnlijke sukkelaars, die frontsolda­ten. Ze kwamen in een situatie terecht die ze zich niet hadden kunnen voorstelle­n.

‘‘Als ik zwart-witfoto’s van vrouwen en kinderen op de vlucht zie, lijken dat beelden uit een ver verleden, terwijl het nu weer aan de orde is.’’ GILDA DE BAL

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium