Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Een Franse garagehouder heeft vader aan de Duitsers verraden”
Postume hulde aan Lucien Storme: winnaar Parijs-Roubaix 1938, slachtoffer WO II
Lucien Storme won in 1938 Parijs-Roubaix. Tachtig jaar later kreeg zoon Jacques de bekende winnaarskassei, eigen aan deze Franse wielerklassieker. In 1942 werd Lucien gevangengenomen. In 1945 werd hij in Duitsland doodgeschoten.
Een van de Kalmthoutse stopplaatsen in het kader van het herdenkingsweekend van de Eerste Wereldoorlog was een caravan vlak bij de bib. Daarin zat Jacques Storme (78) met zijn zoon Jess (51) en kleinzoon Vladis (12). Op een klein tafeltje voor hen stond een opvallende kassei. Die kreeg Jacques eerder dit jaar van de
Franse vereniging Les Amis de
Paris-Roubaix.
Alhoewel deze dagen het einde van de Eerste Wereldoorlog wordt gevierd, hoort Lucien Storme, als slachtoffer van WO II, daar symbolisch toch een beetje bij. Historici halen immers vaak aan dat de kiemen voor die tweede wereldbrand werden gelegd in het vredesverdrag van 1919. Lucien Storme uit Nieuwkerke was een begenadigd wielrenner. Hij was een echte flandrien die de top van zijn carrière beleefde in 1938, toen hij Parijs-Roubaix won. Pas sedert 1977 krijgen de winnaars een kassei mee naar huis. Maar de vereniging Les Amis
de Paris-Roubaix vindt dat ook de winnaars van vóór 1977, of hun erfgenamen, recht hebben op zulk een kassei. Zo kwam de vereniging terecht bij Jacques Storme.
Smokkelaar
“Mijn vader was zeker geen slechte coureur, maar de oorlog maakte een abrupt einde aan zijn carrière. Door de omstandigheden gedwongen, begon hij tabak en graan te smokkelen. Maar eind 1942 liep dat mis. Zijn vrachtwagen stond in panne in Armentiers. De garagehouder bij wie hij aanklopte, heeft mijn vader toen verraden, waarna hij in handen viel van de Duitsers. Bij het verlaten van de gevangenis probeerde hij geboeid te ontsnappen en sloeg daarbij een Duitse officier neer. Daarop werd hij overgebracht naar de gevangenis van Sint-Gillis. In maart 1943 werd hij samen met vele anderen in een beestenwagon gestopt met bestemming Siegburg, een werkkamp. Om de zes weken mocht hij een briefje naar huis zenden. Het laatste bericht dateert van 23 mei 1944, enkele weken voor D-Day, de landing van de geallieerden in Normandië”, vertelt zoon Jacques. “Voorjaar 1945 rukten de geallieerden Duitsland binnen. Op 10 april werd het werkkamp in Siegburg bevrijd. Toen liep het fataal mis voor mijn vader. Het moet er een complete chaos zijn geweest. Deed mijn vader op een bepaald moment een verkeerde beweging? Niemand die het met zekerheid kan zeggen. Maar een Amerikaanse soldaat loste een schot dat mijn vader in de hals trof. Twee uur later was hij dood. Hij was amper 29 jaar.”
Hier stopt Jacques, die al jaren in Kalmthout woont, even met zijn verhaal en staart samen met zijn zoon en kleinzoon naar de kassei op het tafeltje. Twee jaar later werd Lucien Storme herbegraven in zijn thuisdorp Nieuwkerke.