Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Missie van de Europese antifraudedienst:
Speuren naar minstens 130 miljoen per jaar
Ten laatste volgend jaar moet het Bureau van de Europese Openbare Aanklager (EPPO) van start gaan. Een team van 22 onderzoeksrechters moet vanaf dan de strijd aangaan met grensoverschrijdende fraude, misbruik van Europees geld en ontduiking van btw.
Tot nu kon de EU enkel administratieve onderzoeken voeren via antifraudebureau OLAF. Dat functioneerde als een soort doorgeefluik. Het speelde informatie over misbruik door naar de verschillende landen, maar kon niet meer doen dan dat. Met 50% van de bevindingen werd vervolgens niets meer gedaan. Tegelijkertijd kunnen de verschillende landen momenteel enkel ingrijpen op hun eigen grondgebied. Criminele netwerken die over de EU-grenzen opereren, doen daar hun voordeel mee.
Voor beide problemen moet EPPO straks een oplossing zijn. Bedoeling is dat het bureau zelf onderzoeken voert, die doorgeeft aan de landen in kwestie, maar daarna ook de gang van zaken blijft opvolgen. Al is er geen sanctiemogelijkheid voor landen die hun werk niet naar behoren doen. Voor Europa – en de Europese belastingbetaler – staat er wel veel op het spel. Drie weken geleden werd nog een Europees onderzoek gepubliceerd waaruit de omvang van de fraude bleek: in tien jaar tijd viel 6 miljard euro in de verkeerde handen. Hoewel de reglementen en controles zijn verstrengd, verdwijnt vandaag nog altijd minstens 130 miljoen per jaar. En er wordt pas een fraudeonderzoek opgestart vanaf 10.000 euro. Bij kleinere bedragen kost het meer dan het opbrengt, is de redenering. Ook EPPO houdt dat minimum aan.