Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Axel Daeseleire
We noemen hem “de gastarbeider van de Vlaamse televisie”. Axel Daeseleire (50) fronst even de wenkbrauwen, maar is niet beledigd: als er iemand op tv het vuile werk kan doen, is hij het wel. In Trafiek
Axel, donderdag nieuw op Vier, laat hij zien dat álles te koop is. Een dier, een orgaan, een kind, een vrouw. Daeseleire wil ons wakker schudden. “Sta stil bij wat je hebt. En gun die ander ook eens iets, zeg.”
In India legt Axel Daeseleire zijn hand op de buik van een jonge vrouw. Hij wil controleren of ze echt wel zwanger is. Dat recht heeft hij, want Daeseleire is nu eenmaal de koper. Als het kind geboren wordt, is het van hem. Mits de nodige roepies krijgt hij de baby mee naar België, met papieren en al. Want ja, het is dus perfect mogelijk om in India een kind te gaan kopen. “Op het moment dat ik mijn hand op de buik van die vrouw leg, denk ik niet: wat sta ik hier in godsnaam te doen? Ik denk vooral: onwaarschijnlijk dat we dit kunnen filmen. Ik sta daar als geïnteresseerde in koopwaar. Ik gebruik het woord koopwaar, omdat trafikanten en dealers dat ook doen.” Alles is te koop: dat is het uitgangspunt van Trafiek Axel, dat vanaf 21 februari op Vier te zien is. Daeseleire duikt in zes schimmige en controversiële milieus, om te laten zien dat je niet alleen een nieuwe identiteit en anabole steroïden kunt kopen, maar ook vrouwen en kinderen. En het is geen ver-van-mijn-bedshow, want elk onderzoek begint in Vlaanderen. Van een vrouw die na twee mislukte transplantaties wanhopig op zoek gaat naar een nier tot een vrouw van wie de adoptieouders zwaar om de tuin zijn geleid. Opvallend: Daeseleire trekt ook naar Namibië om op groot wild te gaan jagen. “Perfect legaal.”
Heb je daar in Namibië zelf de trekker overgehaald?
Daar ga ik niet op antwoorden.
Waarom niet?
Omdat ik niet alles wil verklappen.
Had je al eerder een dier gedood?
Ik heb ooit gevist. (ziet ons lachen) Je lacht, dat vind ik zó typisch. Een vis is toch een levend dier?
Sorry Axel.
Ik ben onlangs nog in Thailand gaan schieten met de harpoen. Daar heb ik papegaaivis geschoten, een vaak voorkomende vis in exotische wateren. Die voedt zich aan de koralen en heeft daardoor een scherpe bek, vandaar de naam papegaaivis. Dat is zo’n beestje. (maakt een handgebaar) Schrijf maar op: Axel Daeseleire duidt met de handen 30 tot 35 centimeter aan. (lacht) Ik heb onlangs ook ratten en muizen in huis gehad. Die heb ik niet geschoten, maar wel om zeep geholpen. Dat zijn ook zoogdieren met een centraal zenuwstelsel.
Ben je een vleeseter?
Je hebt mij hier tien minuten geleden kalfsworst op mijn boterham zien leggen. Dus ja, ik eet vlees. En niet alleen ‘afvalvlees’. Ik ken vrienden die vegetariër zijn en tegelijk foefelen. Die eten dan wel dingen in de frituur, want ja, dat is afvalvlees. Dan ben je geen vleeseter, maar een aaseter. (lacht)
In Trafiek Axel gaan we zien hoe jij emotioneel reageert op een oude gnoe die is doodgeschoten. Beetje vreemd.
Toch was dat niet gespeeld. Er komt nogal wat bloed bij kijken, dat is één ding. En je hebt die gnoe eerst zien rondlopen en dan ligt hij daar, morsdood. Wat daar gebeurt, is legaal. De vraag is: is het immoreel? Die vraag stellen we aan de kijker. De jagers in Namibië zeggen: iedereen die vlees eet, zou eens een dier moeten doden en zelf moeten slachten. Of het nu een kip is, een koe of een schaap. Om te weten wat het is. Het is niet omdat je iets slacht en dan opeet, dat je geen respect hebt voor dat dier. Wij zeggen nogal snel: dat kan toch niet, zo’n dier afschieten? Mensen die géén dieren eten, mogen dat zeggen. Die mensen begrijp ik, want ik ben ook een dierenliefhebber. Daarom raakte dat doden van die gnoe me. Dat doet toch iets.
Ik waag een gokje: ik denk dat de aflevering over de jacht meer verontwaardiging zal uitlokken dan die over de baby’s in India.
Ik vrees van wel. We leven in een tijd waarin we het leven van een dier vaak hoger inschatten dan dat van een mens.
Wat zou je erger vinden: misplaatst ongenoegen over je programma of onverschilligheid?
Het laatste. Als het kopen van een kind mensen niets meer doet, weet ik niet meer in welke wereld we leven. Een kind blijft een kind, laat ons hopen dat we het daar nog altijd over eens zijn.
Ik moet ineens denken aan Aylan, het 3-jarige Syrische jongetje dat dood op zijn buik lag op een strand in Turkije. Hoe daarop gereageerd is...
(neemt zijn smartphone en bladert door zijn foto’s) Ik heb Aylan geschilderd, liggend op het strand. Mij raakte het, sommige anderen niet. Die zeiden: wie gaat er nu met zo’n klein kind de zee op? Dan zoek je het zelf. (denkt na) Mijn broer heeft het schilderij gekocht.
Vind je het erg dat ik jou de gastarbeider van de Vlaamse televisie noem?
Pardon?
Als er vuil werk opgeknapt moet worden, bellen ze jou. Met thuislozen optrekken: Axel bellen. Naar het buitenland trekken om je te laten oplichten als een argeloze toerist: Axel bellen. Schimmige trafieken blootleggen: Axel bellen.
Ik beschouw het als een compliment.
Waarom vragen ze dat altijd aan jou? Ik kan er geen vijf noemen die doen wat jij doet.
Geen drie. Geen twee! (lacht) Er zijn er nog, hoor. Ik heb geen schrik om te reizen, dat is één ding. Ik ben nieuwsgierig, dat is twee. En ik heb ervaring met undercovercamera’s. Maar soms denk ik ook: waarom ik weer? Ik wist één ding zeker: ik wou geen nieuw seizoen maken van Axel Opgelicht (waarin hij zich laat oplichten in populaire toeristische steden, red.). Dat programma scoorde goed, maar dat verhaal was verteld. Ik wou iets met meer gewicht maken.
Bij Axel Opgelicht had ik het gevoel dat jij niet de enige was die werd opgelicht. Het rook een beetje naar enscenering.
(licht verontwaardigd) Dat was nul kom- ma nul in scène gezet. Ik heb op het strand van Barcelona zeven uur de dronken toerist uitgehangen in de hoop dat zakkenrollers zouden toeslaan. We kunnen die zeven uur natuurlijk niet uitzenden, dat is logisch. Maar ik heb het wel gedaan. Zeven uur lang rondhangen, af en toe een pintje drinkend om het geloofwaardig te houden, laten zien dat ik geld heb wanneer ik mijn pintje betaal. Zeven uur, dat is láng, hoor.
Eén ding uit Axel Opgelicht heb je meegenomen naar Trafiek Axel: je Antwerpse Engels waar de fans van Axel Opgelicht zich zo vrolijk over maakten.
Is dat zo?
Uitdrukkingen als “you’re working on my system” (je werkt op mijn systeem) en “you’re an expensive bird” (jij bent een dure vogel).
Ik ben wie ik ben. Ik ga mezelf niet polijsten, ik ben geen reporter van Pano. Al ben ik in Trafiek Axel wel ernstiger. Als ik in India een kind koop, is er niemand die mij vraagt wat er met dat kind gebeurt. Voor hetzelfde geld doe ik er dingen mee die je niet wilt uitspreken. Dat lach je niet weg.
Hoe kijk je terug op Project Axel, waarin je vijf Antwerpse thuislozen uit de armoede probeerde te halen?
Er is geschreven dat we gefaald hebben. Niet mijn conclusie. Zelfs Graeme, die bijna alle hulp weigerde, heeft nu eindelijk een identiteitskaart. Graeme snauwde ons af, maar hij was wel aan het huilen toen het programma gedaan was. Omdat hij toch aandacht en affectie had gekregen. Dat missen die mensen het meest.
Jullie gaven die vijf mensen ook 10.000 euro, weliswaar gebudgetteerd. Toen de jonge vrouw Sahra met haar dochter naar Disneyland ging, was het kot te klein.
Dat vond ik heel kortzichtig. Ga met mensen met het syndroom van Down naar Disneyland en je krijgt applaus. Laat een vrouw die uit een gebroken gezin komt en die op straat leeft met haar kind hetzelfde doen en het is een schande. Gun die mensen dat toch. Ik herinner me dat ik 18 was en zelf nog niet zo veel geld had. Ik kreeg een beetje zakgeld en ging opdienen in cafés, maar toch. Aan de kathedraal in Antwerpen kwam ik een compleet bezopen man tegen. Hij vroeg of ik geen geld had. Toen ik hem vroeg wat hij met dat geld zou doen, zei hij: pintje pakken, natuurlijk. Ik heb hem 20 frank (een halve euro, red.) gegeven. Omdat hij zo eerlijk was. En omdat ik niet moet beslissen wat iemand anders met dat geld doet. Stel je gewoon eens in de plaats van zo’n man, denk ik dan. Of van zo’n vrouw in India, straatarm. Ik oordeel niet over die vrouw die haar kind afstaat. Ik laat het gewoon zien. Ik toon een venster op de wereld waar nog niet veel mensen hebben doorgekeken. Dat vind ik nu eens een goeie quote van mezelf. (lacht)
Niet slecht voor een gastarbeider.
Die verhakkeld Engels spreekt. (pauzeert)
Vind je mijn Engels echt zo slecht? Ik kán beter, hoor. Ik heb al gedichten geschreven in het Engels. Wacht. (pakt zijn smartphone en begint te bladeren) Kijk, dit heb ik ooit voor een vrouw geschreven:
As sunbeams shiver to a narrow shade And time demands
My hands will wave
As flags that die
Whom once brave
The thrills they felt
Will never fade
Niet slecht, hè?
Een gastarbeider met vele talenten.
“Ik toon een venster op de wereld waar nog niet veel mensen hebben doorgekeken. Kijk, dat vind ik nu eens een goeie quote van mezelf.”