Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Een droomjob”
Guy Muya debuteert bij Telenet Giants Antwerp als sportief manager
“Ik moet nog veel leren en word elke dag met iets nieuws geconfronteerd, maar dit is een droomjob.” Aan het woord is Guy Muya, de nieuwe sportief manager van Telenet Giants Antwerp en de opvolger van de naar Bamberg vertrokken Leo De Rycke.
Negentien jaar speelde Guy Muya op het hoogste niveau. Hij debuteerde als zeventienjarige met generatiegenoot Axel Hervelle bij Pepinster en was aan de slag bij Luik, Oostende, Bergen en de laatste vier jaar bij Brussels. De Luikenaar met Congolese roots was ook een vaste waarde bij de Belgian Lions en was actief op de EK’s van 2011 en 2013.
“De bedoeling was dat ik volgend seizoen nog een jaar als speler bij Brussels zou doorgaan. Toen coach Beghin me polste voor de taak van sportief manager bij Telenet Giants Antwerp, heb ik eventjes bedenktijd gevraagd. Exact vier dagen heb ik alles overwogen. Stoppen als speler, dat doe je niet in een vingerknip. Maar het voorstel van de Giants kon ik niet laten liggen. Zeker omdat ik al een tijdje bezig ben met de omschakeling van speler naar een andere rol.”
Nu de voorbereiding van Telenet Giants Antwerp bezig is, kijkt Guy Muya vanaf de zijlijn toe. “Als ik wedstrijdjes zie, doet het pijn dat ik geen speler meer ben. Maar als ik de jongens zie lopen op de piste of zie zweten in de fitness, heb ik dat gevoel niet meer (lacht).”
Over zijn nieuwe functie van sportief manager leert Muya nog elke dag bij. “Gelukkig is hier een goed team, met het secretariaat, voorzitter Roger Roels en zijn bestuursploeg. De dagelijkse planning van een profteam, de kalenderperikelen met de Europese matchen, contracten opstellen, de Europese trips ... ik ontdek het allemaal. Het zijn zaken waar je als speler niet echt bij stilstaat.”
Over de ambitie van Telenet Giants Antwerp is Guy Muya realistisch. “Coach Roel Moors en zijn staf konden na drie jaar met een jonge kern oogsten. Dat is ook onze uitdaging. Onze selectie is bijzonder jong, we willen op alle vlakken zo lang mogelijk meedraaien, maar beseffen dat we opnieuw moeten bouwen.”