Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Ex-nummer één van de wereld Andy Murray vanavond in Lotto Arena
Terugkeren na blessure, schipperen tussen familie en toptennis: ex-nummer één van de wereld Andy Murray op dezelfde missie als Kim Clijsters
Ze delen dezelfde ups: beiden gewezen nummer één van de wereld, beiden grandslamwinnaars. Ze delen dezelfde downs: beiden timmeren ze aan de weg terug na veel blessureleed, beiden schipperen ze tussen een gezin en toptennis en hebben hun leeftijd niet mee. Sir Andy Murray (32), vandaag absolute superster in Antwerpen, over de parallel tussen hem en Kim Clijsters (36) en hoe moeilijk (maar niet onmogelijk) een comeback op leeftijd is. “Die eerste wedstrijden doen je lijf echt pijn.”
Andy Murray is en blijft een gentleman, doodeerlijk. Waarom hij, een man die met zijn status in het mannentennis van de voorbije jaren wildcards kan krijgen bij zowat elk tornooi, in Antwerpen aan de slag is? Ja, natuurlijk ook omdat hij van andere spelers hoorde dat Antwerpen een fijn, leuk tornooi is.
“Maar de hoofdreden is dat Antwerpen niet ver van Engeland is. Mijn vrouw is redelijk hoogzwanger. Bij de vorige zwangerschap zat ik in Australië. Dat wil ik niet meer meemaken.”
En zo ontvangt Antwerpen Andy Murray, excuseer: Sir Andy Murray. Jarenlang lid van The Big
Four – Novak Djokovic, Rafael Nadal, Roger Federer en hij. Tweevoudig olympisch kampioen. Drievoudig grandslamwinnaar, 45 ATP-titels. Gewezen nummer één van de wereld. En bijna back in business nadat hij twee jaar geleden op de sukkel was geraakt met een heupblessure en daarvoor een operatie heeft ondergaan.
Kim Clijsters
Een dertiger die ooit nummer één van de wereld was en probeert terug te keren nadat blessurelast hem had gedwongen te stoppen. Dat heeft Murray gemeenschappelijk met Kim Clijsters. Alleen: Murray mag dan wel lang geen competitietennis gespeeld hebben, Clijsters (36) was er liefst zeven jaar uit.
“En toch is haar comeback niet onmogelijk. Eerlijk, ik ben benieuwd hoe ze het zal doen. Ik zag haar dit seizoen ballen kloppen op Wimbledon, onder meer bij de officiële inhuldiging van het uitschuifbare dak. Wat raakt ze die bal nog altijd goed. Ik weet niet hoe intensief ze de laatste zes, zeven jaar heeft getennist of hoezeer ze al die jaren is blijven sporten, maar dat tennisgevoel verlies je nooit. En de slagen en het ritme, die komen automatisch terug zodra je deftiger begint te trainen. Als ze fysiek heel blijft, zal ze het heel goed doen.”
Maar dat is het nu net. Hoe verdraagt een tennislichaam-opleeftijd weer de opeenvolging van wedstrijden zonder kleerscheuren?
“Ik geef toe: dát was en is nog altijd het moeilijkste voor mij. Eén match spelen lukt, drie matchen lukt nu ook al, maar die opeenvolging is een aanslag op het lichaam. Want trainen en competitiewedstrijden spelen kun je echt niet vergelijken. Die eerste wedstrijden heb je pijn, en voor je het weet, riskeer je weer een blessure. Daar moet je dus in het begin voorzichtig mee zijn. Na een paar maanden went je lichaam daar weer aan, en dat zal ook zo zijn bij Kim. Kijk, Kim werd nummer één van de wereld. Dat doe je niet zonder grote werkethiek hebt. Wees maar gerust: ze zal zich met dezelfde ijver klaarstomen om goed voor de dag te komen.”
Kinderen
Er is meer dan een gehavend lijf dat beiden bindt. Ten huize Murray wachten twee kinderen op de papa des huizes terwijl zijn vrouw een derde kindje verwacht. Ten huize Clijsters zien drie kinderen hun mama binnenkort weer tennissen. Dat hoeft
geen nadeel te zijn, zegt Murray. “Integendeel, een gezin maakt de dingen gemakkelijker.” Excuseer?
“Ja, op psychologisch vlak. Toen ik jonger was, draaide mijn leven rond win ik of verlies mijn wedstrijden? Won ik, voelde ik mij geweldig. Verloor ik, voelde ik mij, euh, shit, althans, ik dacht dat ik shit was. Maar dat is niet de realiteit. Er is meer in het leven, alleen besef je dat dan niet.
Sinds ik papa ben en een gezin op mij wacht, is mijn emotionele balans veel evenwichtiger. Die verloopt niet meer met hoge pieken en diepe dalen die gelijklopen met een match winnen of verliezen. Uiteraard ben ik nog ontgoocheld als ik verlies en blij als ik win. Maar ik denk ook: hoe
kan ik een goede vader zijn? Want alleen aan tennis denken is behoorlijk stresserend. Het is geen toeval dat, veel meer dan vroeger, speelsters terugkomen als mama of spelers nog altijd spelen terwijl ze ook een gezin hebben, net omdat de balans in hun leven evenwichtiger is dan vroeger.”
Dictatuur
Hij noemt het onomwonden de dictatuur van de wereldranglijst.
“Toen ik nummer één van de wereld was, dicteerde de wereldranglijst hoeveel tornooien ik speelde en hoe hard ik trainde om aan die top blijven, daarom ook kreeg ik heupproblemen. Ik focus niet meer op de wereldranglijst, dat is niet meer superbelangrijk. Zo pakken Roger Federer en Rafael Nadal het ook aan en kunnen ze langer blijven spelen. Nadal bijvoorbeeld zou nog kunnen blijven spelen en zo weer nummer één worden, maar dat is voor hem geen prioriteit, wel genoeg rust inbouwen.”
Wat hem dan nog drijft?
“Ik wil gewoon gelukkig zijn, voel mij ook gelukkig. Ik speel misschien niet meer zoals toen ik een twintiger was, maar nog altijd goed genoeg om het de meeste spelers moeilijk te maken. Want ik wil opnieuw in grote tornooien kampen tegen de besten van de wereld, en ik zit er niet meer ver af.”
‘‘De slagen en het ritme, die komen automatisch terug zodra je deftiger begint te trainen. Als Kim fysiek heel blijft, zal ze het heel goed doen.’’
“Niet toevallig komen steeds meer speelsters terug als mama of hebben spelers een gezin. De balans in hun leven is evenwichtiger.”
“De opeenvolging van wedstrijden is een aanslag op het lichaam. Want trainen en competitiewedstrijden spelen kun je echt niet vergelijken.” Andy Murray