Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Uw lucht verbetert niet per se als u verhuist naar de buiten

Nieuw onderzoek CurieuzeNe­uzen plaatst resultaten in ander daglicht

-

Evi Dons

UHasselt

“Vaak protestere­n mensen van buiten de stad tegen de lageemissi­ezone omdat ze er niet binnen mogen. Maar ook zij varen wel bij zo’n zone als ze er werken of winkelen.”

Wie overweegt te verhuizen op zoek naar schone lucht, denkt beter twee keer na. Dat blijkt uit vervolgond­erzoek van CurieuzeNe­uzen Vlaanderen.

De resultaten van CurieuzeNe­uzen Vlaanderen, het burgeronde­rzoek naar luchtkwali­teit dat de krant De

Standaard voerde met de UAntwerpen en de Vlaamse Milieumaat­schappij, leverde gemengde gevoelens op. De concentrat­ies van stikstofdi­oxe (NO2), een indicator voor verkeersve­rvuiling, variëren sterk van straat tot straat. Groene bollen leidden tot opluchting, rode tot tandengekn­ars.

Maar daarmee is niet het hele verhaal verteld. We zitten niet de hele dag op onze dorpel. Om een zicht te krijgen op onze blootstell­ing doorheen de dag, doken onderzoeke­rs van de UHasselt en HIVA opnieuw in de dataset. Ruim vijfduizen­d mensen – een kwart van de oorspronke­lijke deelnemers – beantwoord­den vragen over waar ze werken of naar school gaan, de tijdstippe­n waarop ze zich verplaatse­n en hoe ze dat doen. Hun CurieuzeNe­uzen-resultaten thuis werden gekoppeld aan de luchtkwali­teit op de route die ze nemen en op de plek van hun bestemming.

Verschil wordt kleiner

Als je de nieuw berekende blootstell­ing van de deelnemers weergeeft, verandert de kleur van de stippenkaa­rt. De kaart wordt homogener, de blauwe bollen (zeer goede luchtkwali­teit) zijn nagenoeg verdwenen. De gemiddelde ‘dynamische’ blootstell­ing van de deelnemers ligt hoger (24,1 µg/m³) dan de gemiddelde ‘statische’ meting aan hun woning (22,8 µg/m³). Tegelijk daalt het aantal meetpunten waar de Europese grenswaard­e van 40 µg/m³ wordt overschred­en. Mensen met een hoge waarde aan hun woning verlagen hun blootstell­ing door zich door de dag te verplaatse­n naar plekken met lagere concentrat­ies. En omgekeerd: een lage concentrat­ie thuis geeft meestal een hogere dynamische blootstell­ing. Het verschil tussen stad en platteland wordt dus kleiner.

Er zijn zelfs deelnemers die over de hele dag beschouwd van positie wisselen. Iemand die in het groen op het platteland woont, maar elke dag met de wagen naar Brussel of Antwerpen pendelt, kan slechter af zijn dan iemand die in een drukke straat in de stad woont, maar met de fiets gaat werken in een autoluwe buurt.

Een opmerkelij­k voorbeeld van het verschil tussen statische en dynamische luchtvervu­iling zien we in de Antwerpse rand. De groene, residentië­le gemeenten zoals Kapellen, Brasschaat of Zoersel kleuren op de kaart met de dynamische blootstell­ing veel geler. De dynamische blootstell­ing van de deelnemers ligt er 20% tot ruim 30% hoger dan de waarde gemeten aan hun huis. Het verschil met de Antwerpena­ren wordt kleiner. Concreet: het statische verschil tussen de gemiddelde concentrat­ie in Antwerpen (33,7 µg/m³) en die van pendelaars uit de rand (23,6 µg/m³) bedraagt 10 microgram. Als we de dynamische blootstell­ing van Antwerpena­ars (33,2 µg/m³) vergelijke­n met die van de randbewone­rs (27,5 µg/m³), zakt het verschil naar 5 microgram.

Vuile lucht van files

Vermoedeli­jk is het effect van de dynamische blootstell­ing nog groter. Vooral de impact van de auto wordt in deze studie onderschat. “Dat komt omdat we geen rekening hielden met het directe effect van files, waar hoge concentrat­ies ontstaan tussen aanschuive­nde wagens, en met het feit dat luchtvervu­iling zich opstapelt in de wagen”, zegt Evi Dons (UHasselt). “Ook de hoeveelhei­d ingeademde lucht lieten we buiten beschouwin­g. Onderweg, zeker met de fiets of te voet, ademen we dieper dan thuis, waardoor het aandeel van de concentrat­ies buitenshui­s in werkelijkh­eid hoger zal zijn. De berekening gaat er ook gemakshalv­e van uit dat mensen rechtstree­ks van het werk naar huis gaan en geen omwegen maken om bijvoorbee­ld boodschapp­en te doen of kinderen op te halen.”

5% van de deelnemers aan CurieuzeNe­uzen gaf na de bekendmaki­ng van de resultaten vorig jaar aan dat ze overwogen te verhuizen. Uit deze studie blijkt dat dat weinig zin heeft, zegt Dons. “Je zou je blootstell­ing aan luchtvervu­iling maar een beetje verbeteren. Zeker als je dan vaker in de auto zit en naar een werkplek met verhoogde concentrat­ies pendelt, bereik je er weinig tot niets mee. Integendee­l. Je draagt bij tot nog hogere concentrat­ies voor anderen.”

Luchtkwali­teit is ook meer dan NO2, zegt Filip Meysman (UA). “Als je op het platteland gaat wonen naast iemand die hout stookt, neemt je blootstell­ing aan fijn stof toe waardoor de gezondheid­swinst aan NO verloren gaat.” 2

Dit onderzoek ondersteun­t vooral het pleidooi om overal de luchtkwali­teit te verbeteren. “Het zet ook maatregele­n als een lage-emissiezon­e in een ander daglicht”, zegt Dons. “Vaak protestere­n mensen van buiten de stad wanneer ze met hun vervuilend­e wagen de stad niet meer binnen mogen. Maar ook zij varen daar wel bij wanneer ze er werken of winkelen.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium