Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Ook in de bestuurskamers wordt afgeteld naar spannend competitieslot maar...
Gedelegeerd bestuurder WIM VAN HOVE leeft ontspannen toe naar topper tegen Virton
“Als deze formule nog vijf jaar blijft bestaan, zijn alle clubs in 1B financieel dood”
NOG TWEE SPEELDAGEN TE GAAN IN 1B EN DAN WETEN WE WIE DE TEGENSTANDER WORDT VAN OH LEUVEN IN DE ALLESBESLISSENDE PROMOTIEFINALES. MET Z’N DRIEËN STAAN ZE OP KOP IN DE TWEEDE PERIODE, MAAR DAAR KOMT DIT WEEKEND AL ZÉKER VERANDERING IN. WESTERLO ONTVANGT NAMELIJK VIRTON, BIJ BEERSCHOT LIGGEN ZE OP DE LOER.
Een jaar na de Turkse overname heeft Westerlo een gedaanteverwisseling ondergaan. Sportief strijden de Kemphanen voor de promotie, extrasportief hebben ze eindelijk de overlevingsmodus achter zich kunnen laten. “De structuur die hier nu staat, is beter dan die van drie jaar geleden in eerste klasse”, zegt Wim Van Hove, gedelegeerd bestuurder in ’t Kuipje.
Hoe blikt u terug op dit seizoen?
“Sportief is het een succes. We zijn het seizoen aangevat met twee specifieke versterkingen: Igor Vetokele en Berke Özer. De eerste was een hele tijd geblesseerd, de tweede was geen prioriteit. Met Koen Van Langendonck hadden we al een goede doelman. Daarnaast haalden we enkele jongens met het oog op de toekomst, onder wie Kader Keita. Een jaar geleden konden we met de hakken over de sloot de playdowns vermijden, nu doen we nog mee voor de periodetitel en staan we in het algemeen klassement op één punt van de eerste plaats.”
In de eerste periode gaf u toe dat Westerlo nog naar onder keek.
“Dat zit in onze natuur. Na de laatste promotie naar eerste klasse hebben we ieder jaar moeten spelen om erin te blijven. We moesten altijd naar onder kijken. Bevestigen na onze vierde plaats van vorig seizoen was onze eerste ambitie. Maar zelfs na de aanpassing van de competitieformule
(waarbij alleen de laatste twee
ploegen kunnen zakken, red.) hebben we in de tweede periode nog lang naar onder gekeken. Aan de andere kant moeten we ook niet zeggen dat onze prestatie ver boven de verwachtingen is. Daarvoor zit alles te kort bij elkaar.”
Wanneer was u er echt gerust op?
“Na onze 1-3-overwinning in Leuven. Voor de wedstrijd hadden ze bij OHL berekend dat de winnaar zeker was van het behoud. Zo zie je maar dat ze ook in Leuven de ervaring van vorig seizoen nog niet vergeten zijn.”
Niet alleen de cijfers zijn goed. Jullie worden de best voetballende ploeg van 1B genoemd.
“Dat compliment hebben we al regelmatig gekregen en we aanvaarden dat met plezier. Wat kan er nog beter? In thuiswedstrijden hadden we het vaak moeilijk. Wil je meer volk naar het stadion lokken, dan zou het aangenaam zijn om voor meer spektakel te zorgen. Neem die wedstrijd tegen Lokeren (3-2-zege,
red.), daar komen de toeschouwedstrijd wers voor naar het stadion. Dat het op het einde nog spannend wordt, nemen ze er wel bij. Ze hebben vijf doelpunten gezien. Een supporter wil winnen, maar ook leuke wedstrijden zien. Dan aanvaarden ze zelfs eens een 3-4-nederlaag. Helemaal tevreden kunnen we dus niet zijn, al is het in een reeks als 1B niet zo evident.”
Extrasportief is er ook veel veranderd.
“De overname door de Turken was een serieuze uitdaging. Ze is goed verlopen, maar heeft veel tijd gevraagd. We komen van een minimale organisatie, maar de overnemers hadden respect voor het Westelse DNA. Niemand moest vertrekken en het team is verder uitgebreid. Financieel is er nog wel wat opkuiswerk. Logisch, er moest een gat van drie miljoen euro gevuld worden. In de jaarrekening dragen we dat verleden nog steeds met ons mee. Het huidige verlies van 2,9 miljoen euro wordt wel gecompenseerd door de kapitaalsverhoging. Gecumuleerd zullen we volgend seizoen allicht nog iets dieper in de rode cijfers gaan, maar dat is te verklaren door de extra investeringen die we hebben gedaan. Wil je sportief vooruit gaan, dan kan je dat niet doen door winst te maken. Dat is de economische realiteit: in 1B is dat niet mogelijk.”
Op welke manier leef je als bestuurder naar de wedstrijd toe?
“Sportief moeten we 300 procent voor de promotie gaan, maar we spelen niet met het mes op de keel. Vroeger was de inzet veel groter. Toen wisten we: als we deze wedstrijd verliezen, dan kunnen we morgen de boeken sluiten. Er is een leven buiten het voetbal, maar op zo’n moment maak je je wel zorgen. Dan draait het om het voortbestaan van de club. Die stress is na een tijd niet meer gezond. Op de dag van de was ik dan toch een minder aangename mens. Thuis weten ze dat ze me dan met rust moeten laten.”
Tegen Virton zal u veel meer ontspannen zijn?
“Sportief gezien ben ik zenuwachtiger, maar het is nu veel positiever. We moeten niet meer bang zijn, het is veel leuker.”
Hoe leven de Turkse overnemers naar de wedstrijd toe? Zij hadden een project voor drie jaar opgesteld, maar het kan na één jaar al lukken.
“Voor en na de wedstrijd zijn ze uiterlijk altijd heel rustig, tijdens de wedstrijd zijn ze iets heviger. Het Turkse temperament, zeker? In hun analyses achteraf hebben ze wel een nuchtere blik, ze gaan dan geen gekke dingen beslissen. Na de wedstrijd is er ook altijd contact met Oktay Ercan, de voorzitter. Hij probeert alle wedstrijden live via internet te volgen en zaterdag zal hij in het stadion aanwezig zijn.”
Is Westerlo klaar voor 1A?
“Als je de promotie kan afdwingen, dan moet je klaar zijn. Er is een financiële structuur uitgewerkt en op voorhand is er voor dit scenario een plan uitgewerkt. In deze competitievorm mag je een promotie niet laten liggen. Misschien hebben we volgend jaar een betere ploeg en een betere structuur, maar is er geen kans om te promoveren. Dan sta je daar met een project op lange termijn. De structuur die er nu staat, is beter dan die van drie jaar geleden in eerste klasse. Deze ploeg komt uit een overlevingsmodus, die zeven jaar heeft geduurd. Al die jaren hebben we eigenlijk niet over voetbal gepraat. Hoe kunnen we morgen overleven? Dat was op vergaderingen het enige agendapunt. Jaar na jaar brokkelt de structuur dan automatisch verder af. Eigenlijk is het een wonder dat we het nog zo lang gered hebben. Nu mogen we, onafhankelijk van het resultaat, wél denken aan we uitbouw van de club.”
Welke financiële inspanning is er nodig bij een promotie?
“Dan moet er een nieuwe kapitaalsinjectie komen, maar die scenario’s zijn vooraf allemaal doorgenomen met de voorzitter. Ondanks de extra financiële middelen die we ter beschikking hebben, gaan we op de transfermarkt geen gekke dingen doen. 500.000 euro voor een transfer, dat is voor een club als Westerlo niet gezond.”
Moeten de fans bij een promotie vrezen dat er plots meer Turkse spelers naar Westerlo zullen komen?
“Nee! We gaan voor de opportuniteiten die zich voordoen. Intussen is onze scoutingcel uitgebreid van één naar vier personen. Dat doe je niet om spelers aan te trekken die je ook via een andere weg naar hier kan halen. Bij veel clubs is die cel de voorbije jaren te veel afgebrokkeld. Jammer genoeg was dat ook het geval bij Westerlo.”
Hoe groot is voor Westerlo de noodzaak om te promoveren?
“Als je een project uitstippelt, moet je daar de tijd voor nemen. Maar in deze competitie moet je iedere kans met twee handen grijpen. Is de noodzaak bij de andere ploegen groter? Als je blijft investeren, wordt de honger naar het hoogste niveau groter. Over het algemeen is in 1B de noodzaak om te promoveren té groot geworden. Dat besef dringt nu ook door bij de andere clubs. Zeker nu, met de situatie van Lokeren. Ik kijk er niet van op, maar voor de ploegen in 1A is het wel een waarschuwing. Die denken nu: oei, dat kan ook bij
ons gebeuren... KV Mechelen is erin geslaagd om in één jaar terug te keren, maar je ziet wat hen dat gekost heeft (Malinwa had vorig seizoen een verlies van 8 miljoen euro, red.) In eerste klasse hebben wij nooit een budget van 8 miljoen euro gehad.”
Hoe lang is deze competitieformule houdbaar? Westerlo en Beerschot speelden in drie jaar al veertien keer tegen elkaar.
“De supporters zijn het beu en ook voor ons mag het veranderen. Hoe sneller, hoe liever. Sommige wedstrijden worden nu doodgeanalyseerd. Dat kan je niemand verwijten, maar het maakt de competitie er niet spectaculairder op. Ik hoor dat het niveau gestegen is. Misschien klopt dat wel, maar dat wil niet zeggen dat ze aantrekkelijker is geworden. Het verbaast me dat de voorzitter van de voetbalbond (Mehdi Bayat,
red.) zich al uitgesproken heeft tegen een aanpassing van de competitieformule.”
Is het voorstel van Herman Wijnants - twee reeksen met tien of twaalf ploegen - voor jullie dan nog de heilige graal?
“Ik denk dat veel clubs nu spijt hebben dat die formule het niet heeft gehaald. Hoe groter de communicerende vaten tussen twee reeksen zijn, hoe beter voor alle clubs. Tot nu was de redenering: we houden de deur zo veel mogelijk dicht, dan kunnen we de ploegen die in 1A zitten zoveel mogelijk helpen. Een foute redenering. Zoiets gaat één of twee jaar goed, maar na vijf jaar gaan er een paar clubs kapot. Gaat de deur dicht, dan ontneem je andere clubs alle zuurstof. Wij hebben allemaal niet zelf gekozen voor een buitenlandse investeerder. Je gaat de markt op en hoopt een Belgische partner te vinden. Maar die zijn er niet. Blijft deze formule nog vijf jaar bestaan, dan zijn alle clubs in 1B financieel dood. Is dat het scenario dat ze voor ogen hebben? Ja, dan is er geen concurrentie meer. Maar op termijn zullen ook de andere clubs blijven doodgaan.”