Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Laat mij op training maar met de bakken drank zeulen”

17-jarig toptalent ASTER VRANCKX blijft rustig onder alle aandacht

- DIEDERIK GEYPEN

Je kon er deze week niet naast kijken. Werkelijk overal werd de glansprest­atie van de jonge Aster Vranckx tegen Anderlecht onder het vergrootgl­as gelegd. Van zijn roze schoenen tot parallelle­n met Dembélé en Witsel, alle thema’s kwamen aan bod. De groeibrilj­ant geniet ervan, maar denkt vooral aan wat nog komt. “Tegen Waasland-Beveren moet het minstens even goed zijn.”

Vranckx is hot sinds de winst tegen Anderlecht. Zijn Instagrama­ccount begaf het bijna onder de felicitati­es. “Het was onbegonnen werk om op alle compliment­jes te antwoorden. Ik heb iets teruggestu­urd naar de mensen die het dichtst bij mij staan.” Ondertusse­n ging het gewone leven verder zijn gang. Tussen de trainingen door moest de 17-jarige Vranckx weer naar school. Ook daar ‘ontsnapte’ de jonge parel niet aan de gelukwense­n. “Mijn vrienden maakten er flauwe mopjes over. ‘Mogen wij voortaan nog wel met jou praten?’ Ze zeveren graag. Da’s tof.”

Je was deze week overal talk of the town.

“Ik hoop dat dat nog even blijft duren. (lacht) Dan zal mijn prestatie tegen Waasland-Beveren minstens even goed moeten zijn.”

In Extra Time was het analistenp­anel lovend over jou. Mo Messoudi zei dat het van Mousa Dembélé geleden was dat hij nog een jongen van zeventien met zo een lichaam had gezien.

“Ik had het via via opgevangen. Het was raar om plots het gesprekson­derwerp te zijn in een praatprogr­amma waar zo veel mensen naar kijken. Ikzelf was maandagavo­nd naar de wedstrijd van onze beloften tegen Anderlecht gaan kijken, waardoor ik Extra Time heb gemist.”

Heb je ook daar felicitati­es in ontvangst moeten nemen?

“Neen, ik had me bewust in een hoekje gezet, op de achtergron­d. Ik ken veel spelers bij beide teams. Altijd leuk om je vrienden aan het werk te zien.”

Wat doet zo een vergelijki­ng met Dembélé met je?

“Da’s tof om te horen. En toevallig ook iemand naar wie ik opkijk. Maar ik ben Mousa Dembélé niet. (grijnst) Op zich verandert er voor mij weinig na vorige zaterdag. Ik moet me gewoon blijven amuseren. In die zin voel ik geen extra druk.”

Je amuseren en volop ontdekken.

“Ja. En niet te veel denken. Anders loopt het mis.”

Is jou dat al overkomen?

“Absoluut. In de jeugd speelde ik wedstrijde­n waarin ik me te hard wilde bewijzen, omdat er familie langs de zijlijn stond die zelden kwam kijken. Dan wilde ik speciaal doen.”

Van stress was tegen Anderlecht helemaal geen sprake.

“Sinds ik met volwassene­n de kleedkamer deel, weet ik beter met die spanning om te gaan. Ook bij mijn debuut óp Anderlecht (0-0-gelijkspel, begin augustus, red.) had ik eigenlijk geen stress. Misschien omdat ik toen onverwacht moest invallen. De wedstrijde­n in Gent en Kortrijk waren wat dat betreft lastiger.”

Twee duels waarin je het moeilijk had. In Kortrijk werd je na 45 minuten naar de kant gehaald.

(Eerlijk) “Kortrijk was een mindere match van mij. Het draaide vierkant en ik voelde me ook niet zo goed. We kwamen op achterstan­d door miscommuni­catie tussen mij en een ploegmaat. Nadien had ik het moeilijk om de knop om te draaien.”

Die wissel halfweg was een nieuw gegeven voor jou.

“Het was toen wel een goeie beslissing om me eraf te halen.”

Vervolgens duurde het dertien matchen vooraleer we jou opnieuw aan het werk zagen. Hoe ben je daarmee omgegaan?

“Die periode heeft mij geholpen. Er waren absoluut nog punten waaraan ik moest werken, zoals mijn kopduels. Of aanvoelen wanneer ik wel of niet moet infiltrere­n. Het heeft me mentaal sterker gemaakt.”

Anderen zouden in jouw plaats misschien hun hoofd laten hangen.

“Da’s waar. Ook toen ik op de achtergron­d verzeild raakte, bleef ik het vertrouwen krijgen van de coach. Hij gelooft in mij. Ik had niet het gevoel dat hij mij vergeten was.”

Ondertusse­n sta je vast in de ploeg, net als Issa Kabore. Jullie lijken fris te zitten?

“We hebben vooral veel goesting. Dan denk je niet aan de vermoeidhe­id. Ook al heb je ergens pijn, je moet doorbijten.”

Over pijn gesproken: die trap van Jérémy Doku op jouw enkel was er niet naast...

“Tijdens de rust had ik er behoorlijk veel last van, maar het zit ook tussen de oren. De manier waarop je er zelf mee omgaat, bepaalt of je verder kunt of niet.”

Je scoorde met... roze schoenen. Onur Kaya zei daarover in Sport/ Voetbalmag­azine: “Voor zijn bestwil zou ik hem willen zeggen: Aster, je bent 17. Het is beter dat je die schoenen opbergt.

Na een paar slechte matchen zullen de mensen hem niet sparen.”

“Toen ik die schoenen net gekregen had, heeft Onur me er effectief over aangesprok­en.

(lacht) Maar ik kies de kleur niet. Ik heb een driejarig contract met Nike. Ik draag de collectie die zij mij aanbieden.”

Begrijp je de achterligg­ende boodschap van jullie kapitein?

“Ja, toch wel. Het is een schoen die opvalt. En die kan een negatieve reactie uitlokken. Ik besef dat ouderen er niet van houden dat jongeren ‘show verkopen’, hoewel ik het zelf niet zo zie. Ik speel al sinds mijn vijftiende met gekleurde schoenen.”

Is het niet gewoon een modetrend? Bij Malinwa spelen wel meer jongens met roze schoenen.

“Klopt. Ook Hairemans scoorde met zijn roze schoenen. En Kaya voetbalt er ook mee.” (lacht)

Nog een compliment: “Vranckx heeft meer diepte in zijn spel dan Witsel”, zei analist Johan Boskamp.

“Dat weet ik niet. Iedereen heeft Witsel altijd op ‘de zes’ zien spelen. Misschien kan hij een rij hoger ook wel uit de voeten. Hij is alleszins een interessan­te speler.”

Tegen Anderlecht stond je hoger op het veld dan gebruikeli­jk.

“Weet je dat ik me vooraf afvroeg waar ik zou moeten lopen? En bij de jeugd heb ik er zó vaak gespeeld... Ook thuis zagen ze dat ik wat begon te twijfelen. Mijn mama kan het dan niet laten om mij te plagen. ‘Je bent toch niet aan het stressen?’, vraagt ze dan uitdagend. Zo maakt ze het alleen maar erger natuurlijk.” (lacht)

Het infiltrere­n ging prima tegen Anderlecht. Je dwong verschille­nde kansen af.

“En toch maar eentje binnen getrapt.”

Ben je nu kritisch voor jezelf?

“Ik was tevreden, maar ik weet van mezelf dat ik meer had kunnen scoren.”

Slotvraagj­e: moet je op training nog steeds de ballen verzamelen, ook nu jouw status binnen de kleedkamer stilaan verandert?

(Lacht) “Dat heb ik bijna nooit moeten doen. Maar ik zorg wél voor de drankbakke­n! En dat hoeft voor mij niet te veranderen. Zolang ik de jongste ben, blijf ik met de drank zeulen.”

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium