Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Rare vogels
Ha, Batman en Robin! Waddist? Pakke we z’in of ete we z’ier oep?’ Beste Vlaamse filmquote ever. Uit – denk ik – Blueberry Hill. ‘Rare vogels’. Beste nummer twee. Dat was Chris Cauwenberghs, toen die nog niet Kabouter Lui heette. Ik weet zelfs niet meer welke film het was, maar hij ziet de hoofdrolspelers net niet over elkaar vallen van de slapstick, legt zijn gezicht in de juiste plooi, trekt zijn wenkbrauw op en het komt eruit: ‘Rare vogels.’ Met een ‘o’ van den Unic en een ‘r’ die halverwege zijn keel is blijven steken. Echt, als het internet, de smartphone, gifs en sociale media al hadden bestaan, het was de beste Vlaamse gif ever. ‘Rare vogels.’ (*) Ik heb ook een rare vogel gezien: een buizerd boven ’t Stad.
Ik weet het wel: het gaat goed met de buizerd sinds DDT gestopt is – de insecticide, niet De Kampioen. Op de Parking smijten ze ermee naar uwe kop. In het Rivierenhof zitten er. Op Linkeroever ook. Daar heb ik zelfs al eens een vos gezien. Mocht ook wel, ik was er speciaal om half vijf voor opgestaan. Maar een buizerd boven – wat zal het geweest zijn – het Stadspark? Cool toch?
Dacht ik.
Tot ik het in de (WhatsApp)groep gooide. Want ja, wij werken ook van thuis uit dezer dagen, en via WhatsApp. Blijkt dat Gaston en Leo daar tegenwoordig wonen, in WhatsApp.
‘Ik heb een buizerd boven ’t Stad zien cirkelen!’ glunderde ik, uitroepteken en al. Ik kon nog net mijn kapitalen inhouden.
‘Heb net een panda zien rijden.’ Dat was Leo.
‘Ingehaald door een jaguar.’ Gaston.
Zware jongens.
Ik heb mijn gezicht eens goed in de juiste plooi gelegd en mijn wenkbrauw opgetrokken.
De buizerd was intussen gaan vliegen. De overbuurvrouw was aan die mop begonnen van die vrouw die bezoek kreeg van een vriendin met twee kindjes die niet binnen mochten en allemaal op anderhalve meter van elkaar moesten blijven staan aan de voordeur. En Gaston en Leo, die waren er een halve zoölogie aan het doorjagen. Echt, hilarisch.
Ik dacht: als er straks een paard op de Meir staat, moeten ze ook niet meer afkomen.
Ja ja, een paard op de Meir.
(*) Niet kwaad zijn als ik die hele scène fout heb. Ik heb het geheugen van een goudvis. Het schijnt dat dat trouwens niet klopt, van die goudvissen.