Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Natuurlijk ben ik bang, iedereen kan het krijgen”
Justine (98) naait mondmaskers voor familie
Met haar 98 jaar behoort Justine Van Assche uit Lint tot de risicogroep van het coronavirus. Dit belette haar niet gedreven aan de slag te gaan om mondmaskers te maken voor haar familie en vrienden.
Veertig mondmaskers maakte Justine ondertussen.
“Dit begon met het maken van enkele maskers voor mijn kinderen en kleinkinderen. Daarna vroegen vrienden en kennissen ook aan mij om er enkele te maken en zo maakte ik er twaalf in een dag”, licht Justine toe. Voorlopig houdt ze er wel even mee op.
Naar boven
“Ik heb vroeger veel genaaid en op zich is het niet moeilijk om een mondmasker te stikken. Ik had het geprobeerd nadat ik een artikel in de krant had gelezen. Nu ga ik wel even stoppen want ik moet altijd naar boven voor mijn naaimachine en dat wordt vermoeiend. Trouwens, ik heb ook nog ander werk in huis. Ik heb nu een aantal maskers in reserve. Ik hoop dat ik deze nooit zal moeten gebruiken en dat men snel een oplossing vindt voor dit virus.” Justine past de maatregelen van de overheid dan ook strikt toe. “Ik blijf binnen en mijn dochter komt mijn boodschappen afleveren want ik moet toch verzorgd worden. Ze houdt steeds goed afstand van mij. Ik ben echt heel voorzichtig want ik ben natuurlijk ook bang. Iedereen kan dit virus oplopen. Hopelijk kan ik deze periode goed doorkomen, net als mijn kinderen en kleinkinderen.”
Wereldoorlog III
Sommige mensen vergelijken de huidige strijd tegen het coronavirus met het uitbreken van de Derde Wereldoorlog, maar dan tegen een onzichtbare vijand. Justine die de Tweede Wereldoorlog bewust meemaakte, is erg voorzichtig als ze deze vergelijking moet maken. “De oorlogsperiode was voor mij wel anders. Ik was nog jong en woonde in bij mijn ouders. Gelukkig hebben we toen niet veel honger moeten lijden. Uiteraard was het horen vallen van bommen niet plezant.” Toch lijkt ze meer angst te hebben voor deze coronacrisis. “Tijdens de oorlog woonden we in een gebied waar eigenlijk niet veel bommen vielen. Dat zorgde enigszins voor een beetje geruststelling. Nu weet je niet wie wel of niet is besmet en vooral het treft ons allemaal, ook onze kinderen en kleinkinderen. We moeten zo hard oppassen en heel erg voorzichtig zijn.”