Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Onze luisteraars willen hoopvolle liedjes horen”
Radio Minerva blijft uitzenden
Meer dan ooit willen alle senioren hem horen. Radio Minerva, al sinds 1982 een vaste waarde bij de iets oudere Antwerpenaar, blijft ook in deze moeilijke en bovenal bizarre tijden uitzenden. Ze bieden zij die thuis ‘opgesloten’ zitten troost en hoop. “We draaien Leef van André Hazes Jr. iedere dag. De mensen willen liedjes horen waar ze zich aan kunnen optrekken”, vertelt Frank Boekhoff (63), voorzitter van de Sinjorenradio.
Dat de gemiddelde luisteraar van Radio Minerva al heel wat levenservaring heeft, is algemeen geweten. De zender, die al sinds jaar en dag uitzendt vanop de dijk van het strand van Sint-Anneke, draait plaatjes uit de tijd van toen en biedt een luisterend oor. Nu meer dan ooit. Het zijn eenzame tijden, zeker voor wie thuiszit en iedere vorm van sociaal contact door het virus ziet wegvallen.
“Alleen zijn is vreselijk”, zegt Frank Boekhoff. “De mensen mogen niet meer buitenkomen en zien hun familie, vrienden en buren niet meer. Ze zijn ook bang voor het virus, want de meeste van onze luisteraars behoren tot de risicogroep. We krijgen meer telefoontjes dan vroeger, en niet alleen van ouderen. Ook een kleindochter die voor haar grootouders een plaatje aanvraagt en even laat weten dat ze aan hen denkt. De gesprekken duren ook langer dan anders. De mensen willen een klapke doen. De mensen zijn eenzaam.”
Om iedereen zijn of haar zegje te laten doen, worden veel telefoontjes doorgeschakeld naar de twintig telefonistes die vrijwillig – zoals iedereen die bij Radio Minerva werkt, trouwens – tijd maken en een praatje slaan. Bij Minerva doen ze heel wat meer dan radio maken. “Die gesprekken komen heel vaak niet op de radio”, zegt Frank, die de radio ‘erfde’ toen zijn vader en oprichter het tijdelijke voor het eeuwige ruilde. “We doen dit puur om de mensen bij te staan in deze moeilijke tijd. Iedereen heeft recht op sociaal contact en naar iedereen moet geluisterd worden. We horen jammer genoeg veel schrijnende verhalen. Wat ook opvalt: de oudere generatie heeft ontzettend veel respect en appreciatie voor zij die nu nog aan het werk zijn. Niet alleen voor het zorgpersoneel, maar bijvoorbeeld ook voor de man of vrouw die ’s ochtends toch nog hun gazetje komt brengen. Iedereen die helpt ligt bij onze luisteraars in de bovenste schuif.”
Thuiswerkende radiomakers
We mogen natuurlijk ook niet vergeten dat zij die Radio Minerva draaiende houden, zelf óók tot die risicogroep behoren. Gelukkig is iedereen nog gezond, maar de gemiddelde leeftijd van de presentatoren is wel 68 jaar. “We hebben veertig mensen die radio maken”, vertelt Frank. “De jongste is 52, de oudste 85. Alle 65plussers moeten nu thuisblijven en mogen eventjes niet meer naar de studio komen. We willen geen risico’s nemen. Er zijn tien medewerkers die de juiste apparatuur hebben om van thuis uit radio te maken. Zij nemen hun programma op en sturen dat dan door naar zij die jonger dan 65 zijn en nog wel vanop Sint-Anneke werken. Het is behelpen, maar we moeten blijven uitzenden. We willen er zijn voor onze luiste
raars. De voorbije dagen alleen al kregen we meer dan tweehonderd oproepen en verzoekjes. Dan weet je dat de mensen op je rekenen.”
Het zijn niet alleen mentaal en fysiek barre tijden, ook financieel zien vele organisaties en zelfstandigen de donkere wolken samenpakken. “Onze reclame-inkomsten zijn helemaal weggevallen”, vertelt Frank. “Lopende campagnes zijn stopgezet en nieuwe komen er uiteraard niet meer bij.
Een opendeurdag van een meubelzaak? Afgelast. Optredens of theatergezelschappen die hun ding doen? Allemaal noppes. Gelukkig zijn we een gezond radiostation en kunnen we financieel tegen een stootje. We hopen dat iedereen deze crisis overleeft, ook economisch.” Ondertussen wordt My sweet
lord van Ray Conniff and The Singers opgelegd. Want muziek, daar kan een virus nu eens niets tegen beginnen.
Frank Boekhoff
Voorzitter
“We doen dit puur om de mensen bij te staan in deze moeilijke tijd. Iedereen heeft recht op sociaal contact en naar iedereen moet geluisterd worden.”