Gazet van Antwerpen Stad en Rand
35 jaar ‘De Afrekening’: deejays StuBru blikken terug
“Het publiek laten bepalen wie airplay kreeg: dat was ongezien”
Gezegend zij de gitaar: De Afrekening van Studio Brussel blaast 35 kaarsen uit. Al sinds 1985 stemmen luisteraars hondstrouw hun favoriete alternatieve platen in de hitlijst. Dat wordt vandaag gevierd met een dag vol gouden platen en De Ultieme
Eindafrekening. De (ex-)presentatoren blikken hier al terug op hun hoogsteigen muziekbijbel. Met trots en een vat vol herinneringen. “Stond ik daar met een roze pluim in mijn gat op de Grote Markt van Brussel. Dankjewel, luisteraars.”
Geen onbekende parels vandaag op Studio Brussel. De Afrekening wordt 35, en dat viert de zender een hele dag met nummers die ooit bovenaan de alternatieve hitparade stonden. Ter uwer info: dat zijn er liefst 419. Ook de luisteraars krijgen inspraak en rangschikken 35 nummers – telkens het best scorende nummer uit elk jaar van De Afrekening – in De Ultieme Eindafrekening, te horen tussen 16 en 19u. Een eresaluut aan het radioprogramma dat doorheen de jaren is uitgegroeid tot een muziekgenre op zich. “Als iemand zegt: ik luister naar
Afrekening-muziek, dan weet je genoeg”, zegt Herbert Bruynseels. Hij hield de hitlijst in de jaren tachtig boven de doopvont. “Radiostations leefden toen in een ivoren toren. Verkoopcijfers en marketingstrategieën bepaalden de lijstjes, niet de luisteraars.”
“De Afrekening begon als een probeersel om het publiek zelf te laten bepalen welke artiesten airplay kregen. Ongezien in die tijd. Eerst ging het heel ruim: zelfs Madonna en Clouseau stonden op één. Nadien nam het jonge en alternatieve volkje over. Zij konden nergens anders terecht, de goegemeente lustte hun muziek niet. Gaandeweg zijn net die alternatievelingen de doelgroep van Studio Brussel geworden.”
Springplank
Met negen zijn ze, de stemmen die De Afrekening al presenteerden. “Dat is nog steeds een ereteken onder radiomakers”, zegt Stefan Ackermans, de man met de meeste jaren op teller. “Ik deed het van 1990 tot 1999, middenin de dagen van de grunge. Ik zag het programma een groepsbelevenis worden. Elke week kreeg ik zakken vol gele briefkaarten binnen. Na verloop van tijd zaten daar pikante foto’s en onderbroeken bij.”
“Het werd zelfs een soort uitgaanscultuur. De platen die ik zondagvoormiddag oplegde in de studio, moest ik de nacht voordien ook draaien op een fuif. Die Afrekening-fuiven en de compilatie-cd’s deden een beweging ontstaan. Tot in Nederland, waar ze ook luisterden. Zo’n programma hadden ze daar simpelweg niet.”
Voor Belgische groepen was De
Afrekening een belangrijke springplank. Gorki en De Mens werden vaste klanten in de lijst, en dEUS stond in 1995 en 1996 twee jaar op rij bovenaan De Eindafrekening. “We dankten er allemaal ons succes aan”, zegt ex-presentatrice Roos Van Acker, die met haar eigen band Eden zelf enkele keren in de lijst stond. “Werd je in die tijd niet op de radio gedraaid, dan kon je het snel vergeten. Er waren amper platformen voor de alternatieve scene.” Buitenlandse artiesten profiteerden net zo goed. “Wij draaiden Smells
like Teen Spirit al maanden voor het een hit was”, zegt Ackermans. “En plots stond Nirvana op Pukkelpop. Festivals hielden onze lijst goed in de gaten, om te weten wat leefde bij hun bezoekers. Dat doen ze nog steeds trouwens.”
Geen hokjesdenken
“De Afrekening is vandaag nog steeds een referentie”, zeggen Fien Germijns en Nelles De Caluwé, de recentste presentatoren. “Groepen als Portland en Equal Idiots blijven hun fans oproepen om te stemmen, omdat ze weten dat managers en concertorganisatoren meekijken. Door streaming is de impact misschien wat veranderd, maar de lijst toont goed aan wat leeft.”
Volgens Peter Van de Veire, de presentator tussen 1999 en 2002, blijft de impact van De Afrekening enorm. “De nieuwe muziekstijlen leven er mooi naast de oude. De nieuwe van Pearl Jam en Tool staan naast The Weeknd en de Songfestival-inzending van IJsland. Er is nooit hokjesdenken geweest. Dat betekent dat je een geëngageerd publiek hebt.”
“Iets té zelfs, heb ik gemerkt. Ik riep ooit dat de Scala-cover van
She Hates Me nooit op één zou geraken. Een verschrikkelijk lied, vond ik. Dus zei ik lachend dat ik met een roze pluim in mijn bloot gat over de Grote Markt van Brussel zou lopen als het toch zou lukken. Roos Van Acker had dat gehoord en daagde haar luisteraars uit. Een paar weken later had ik al prijs. Daar heb ik de macht van het Studio Brussel-publiek leren kennen. Dankjewel, luisteraars.”