Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Kwart van sector wil bouwverlof “herbekijken”
Bouwbedrijven vragen toestemming om meer te mogen werken
Twee op de drie bouwbedrijven zijn deels of volledig aan de slag, een pak meer dan de 40% van ruim twee weken geleden. Dat blijkt uit een bevraging van Bouwunie. Om de geleden schade te beperken en de opgelopen achterstand in te halen, wil een kwart het bouwverlof in juli herbekijken. Maar de vakbonden zijn waakzaam.
De coronacrisis hakt zwaar in op de bouwsector. Zeven op de tien bedrijven spreken van een fors omzetverlies, bijna een op de twee van een daling met minstens 60%. Nochtans is er aan werk geen gebrek.
“Maar in bewoonde panden zijn binnenshuis alleen hoogdringende interventies toegelaten, zoals een boiler herstellen of een lek in het dak dichten”, zegt Bouwunie-topman JeanPierre Waeytens. “Meteen de hoofdreden waarom nog altijd een derde van de sector stilligt. En intussen lopen de vertragingen op. De bouwsector wil werken, laat dat dan ook toe. Als het veilig kan, waarom zou er dan niet gewerkt kunnen worden?”
Geen vrijgeleide
De sector kampt naast het omzetverlies trouwens met nog een probleem: hoe langer het duurt vooraleer de bouw weer op volle toeren draait, hoe dichter het bouwverlof komt. Dat leidt tot groeiende ongerustheid. “Een kwart van de bedrijven geeft aan de vakantieperiode te willen herbekijken”, klinkt het bij Bouwunie. “Bijna vier op de tien pleiten er dan weer voor het aantal overuren op te trekken en die ook fiscaal gunstig te behandelen, zodat het voor alle partijen haal- en betaalbaar blijft.”
Maar de vakbonden zijn op hun hoede. “Alle begrip dat de werkgevers de economie weer willen aanzwengelen, maar de coronacrisis mag geen vrijgeleide geven om gemaakte afspraken van tafel te vegen”, zegt Patrick Vandenberghe van het ACV. Zijn ABVVcollega Gianni De Vlaminck pleit vooral voor gezond verstand. “Vakantie is nu nog niet aan de orde. Laten we vooral focussen op mensen weer snel én veilig aan de slag te krijgen, want ik vang meer en meer signalen op dat de tijdelijke werkloosheid voor financiële problemen begint te zorgen.”