Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Bij mij is het alles of niets”
Uitstel van Spelen naar 2021 fataal: olympische vicekampioen 100m vrije slag laat nieuwe olympische droom los
Zou er een Belgische atleet (m/v) harder zijn getroffen door het olympische uitstel dan Pieter Timmers? Allicht niet. Dat Tokio 2020 door de coronacrisis Tokio 2021 wordt, blijkt fataal voor de plannen van de zilveren medaillist uit Rio 2016. Hij verzaakt definitief aan zijn derde olympische selectie. Wrange ironie: een van de eerste Belgische atleten die zich (al in mei 2019) gekwalificeerd had voor Tokio is meteen ook de eerste die afmeldt voor dat evenement.
Een complete verrassing is dit besluit niet. Timmers had een maand geleden al publiekelijk verklaard dat een olympisch uitstel van een jaar hem heel zwaar zou vallen. Qua fysieke en mentale belasting hoort het zwemmen met zijn vroegochtendlijke, lange en monotone trainingen bij de zwaarste disciplines.
“Het is doodzonde, maar ik heb er vrede mee”, verklaart Timmers op de website van de Vlaamse Zwemfederatie. “Het uitstel van de Olympische Spelen dwarsboomt mijn al jaren geleden uitgestippeld plan: nog één keer alles geven op de Spelen, en dan een nieuw hoofdstuk starten. Ik geef mezelf al jaren 100%. Ik zeg neen tegen heel veel zaken om zo goed mogelijk te kunnen zijn in de strijd om honderdsten. Ik vraag veel van mijn omgeving en van mezelf en zie mijn vrienden en familie amper."
Bovendien wilde Timmers als jonge vader zijn gezin meer aandacht geven, wat door een verhuis naar de buurt van Brussel moeilijk wordt. Voorheen woonde hij op het Antwerpse Kiel, tien minuten fietsen van het Wezenbergzwembad.
“Zou er nog een jaar bij kunnen? Als ik dat echt zou willen wel, én als het op praktisch gebied mogelijk is. Dat laatste zit alvast niet mee, omdat mijn plannen vanaf augustus 2020 al vast uitgestippeld waren. Nog eens alles omgooien is moeilijk haalbaar, maar vooral: daar zou ik me niet goed bij voelen. En ik doe alleen maar iets als ik er 100% achter sta. Bij mij is het alles of niets.”
Echt stoppen wil hij pas in november van dit jaar. Hij hoopt nog iets moois neer te zetten op het EK in augustus, al is de kans klein dat die datum overeind blijft. Allicht wordt dat evenement verschoven naar het voorjaar 2021. Dan zou het sportieve afscheid volgen in het najaar, tijdens de International Swimming League.
Buitengewoon lijf
Timmers was een laatbloeier, die slechts via a long and winding
road de top haalde. Zijn merkhouvast waardige traject bracht hem via onder meer het Nederlandse Eindhoven pas als twintiger bij coach Ronald Gaastra in Antwerpen. Voorheen had hij lang aangemodderd in de marge van de Belgische zwemsport, een universum verwijderd van olympische perspectieven. Op zijn achttiende zwom hij nog bij de Beringse Tuimelaars, die opereerden in een plonsbad met capsones – 20 meter lengte, vier banen, krakkemikkige startblokken. Veel van zijn leeftijdsgenoten trainden meer dan twintig uur per week, Timmers haalde met moeite een derde van dat volume.
Maar de tiener bezat wel twee gigantische troeven: een forse portie ambitie en een uitzonderlijk lijf. Hij was twee meter groot, met een spanwijdte van 2m16, grote handen en voeten, brede schouders en smalle heupen. Wat zou al dat potentieel kunnen opleveren met meer en deskundiger training, vroeg hij zich af. Die ambitie bracht hem in 2009 naar Eindhoven, de Nederlandse talentfabriek waar coach Jacco Verhaeren al jarenlang toppers als Pieter van den Hoogenband, Ranomi Kromowidjojo en Inge Dekker naar olympisch succes kneedde. Een groot succes was die Nederlandse passage niet. Timmers verloor een jaar aan klierkoorts en was niet goed genoeg om bij de elitegroep te geraken. Mama en papa betaalden alle onkosten – een appartement in Eindhoven, auto, lidgelden, stages – en stelden een ultimatum. Als zoonlief niet binnen het jaar zou doorbreken, zouden hun fondsen opdrogen. Toen hij even later op een tiende van de olympische limiet geraakte, keerden de kansen. Een contract bij de Vlaamse overheid bood financieel
“Het is doodzonde, maar ik heb er vrede mee.”
en sportief belandde hij in het Antwerpse Wezenbergzwembad, waar coach Ronald Gaastra met centen van het plaatselijke Topsportfonds een professionele structuur uitbouwde.
Who the hell is...
Vanaf dan ging het razendsnel. Onder de voormalige coach van Fred Deburghgraeve begon Timmers aan zijn opmars naar de mondiale top. In een jaar tijd schaafde hij meer dan een seconde van zijn piektijd op de 100m vrije slag af, wat hem een eerste olympische selectie bezorgde. Ook bijna tien jaar later knaagt de vraag wat Timmers had kunnen bereiken als hij vier, vijf jaar eerder onder de hoede van
Pieter Timmers