Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Mijn laatste weken in het ziekenhuis zijn mijn intensiefste ooit”
Longarts uit Puurs-Sint-Amands had zich afscheid van AZ Rivierenland anders voorgesteld
Na twintig jaar is longarts AnnMarie Morel bezig aan haar laatste weken in het AZ Rivierenland in Bornem. Maar haar afscheid had ze zich wel anders voorgesteld dan de zwaarste crisis van haar hele carrière. Geen sprake van uitbollen, wel van pompen of verzuipen. “De voorbije weken waren zwaar.”
Dat haar laatste maanden in het AZ Rivierenland zo zwaar zouden zijn, had dokter Morel geenszins zien aankomen. “In december besliste ik om eind juni te stoppen als longarts. Ik heb twintig jaar alles gegeven. Maar daarnaast was ik ook nog bezig met A touch of Rose (het oncologisch welzijnscentrum in Bornem dat vernoemd is naar haar overleden zus, politica Marie-Rose Morel, red.), heb ik nog een privépraktijk in Londerzeel en ben ik schepen in PuursSint-Amands. Het was een zware beslissing, maar ik wou ook nog een beetje ademruimte hebben in het leven”, vertelt Morel. “Maar met de komst van het coronavirus zijn mijn laatste weken in het ziekenhuis ook wel de intensiefste uit mijn loopbaan geweest.”
Met twintig jaar ervaring op de teller werd Ann-Marie Morel al met heel wat longaandoeningen geconfronteerd. Toch is het coronavirus anders dan alles wat ze al meemaakte. “Het is vooral een zeer onvoorspelbaar virus. Als een patiënt pakweg met een chronische bronchitis wordt binnengebracht, dan weet en zie je wanneer het punt bereikt is dat de persoon beter wordt. Met corona is dat anders. Iemand komt ziek binnen en is vaak na twee of drie dagen weer beter. Maar dan kan de situatie nog ineens omslaan, wordt de patiënt ernstig ziek en is zelfs een opname op intensieve zorg een noodzaak. Dat onvoorspelbare en de snelheid waarmee corona toeslaat, maken het zeer lastig.” De schrik om te sterven is bij heel wat patienten aanwezig. Dat ondervond ook dokter Morel al meermaals. “Heel vaak worden patienten met hoge koorts en vooral met acute ademnood binnengebracht. In ademnood zijn geeft op zich al een heel angstig gevoel bij mensen. Dat is logisch. En anderzijds ziet iedereen op televisie ook de beelden van patiënten die op hun buik liggen om kunstmatig beademd te worden. Dan is het normaal dat angst optreedt als de diagnose wordt gesteld. Maar we mogen niet vergeten dat het grootste deel van de patiënten geneest.”
Misdadig
Morel hoopt dat ons geen tweede golf met coronabesmettingen staat te wachten. “Ik kan me enorm kwaad maken als ik die verhalen hoor van mensen die clandestien feestjes organiseren. Ik noem dat zelfs misdadig. Eigenlijk zouden de mensen die lachen met de corona-maatregelen eens een shift moeten meedraaien op de afdeling intensieve zorg. Om te zien hoe ziek de mensen ervan kunnen zijn.”
“Of ik schrik heb om zelf besmet te geraken? We beschermen ons met pakken en maskers, maar de kans bestaat altijd dat je de besmetting oploopt. Bij mij zit de schrik er vooral in dat ik mijn eigen gezin zou besmetten. Dat zou ik vreselijk vinden. Maar ik heb al zo veel meegemaakt op privévlak (Ann-Marie verloor niet alleen haar zus Marie-Rose in 2011 aan kanker, maar ook haar broer Chris in 2013, red.) dat ik niet zo snel angstig ben voor mijn eigen hachje. Ik denk hier vaak filosofisch over na. De mens heeft altijd gedacht dat hij de baas is over alles. Fout, hé. De natuur is de baas.” Dokter Morel is ervan overtuigd dat we ons normale leven over afzienbare tijd gaan kunnen hervatten. “Maar het zal nooit meer zijn wat het geweest is. Elkaar een hand of een goeie knuffel geven? Dat zie ik niet zo direct meer gebeuren. De schrik zal er wel blijven inzitten.”