Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Het is toch onwennig aan de lift”
De blokken van de Luchtbal, waar afstand houden niet altijd even makkelijk is
In een groot appartementsgebouw is de coronacrisis een aparte beleving. De vier Langblokken op de Luchtbal zijn gevuld met heel uiteenlopende huishoudens, alleenstaande senioren tot jonge gezinnen. Ze gaan elk op hun eigen manier om met de crisis, maar wonen wel dicht bij elkaar. “Normaal zeggen we minstens goeiendag aan de lift, nu is het wel wat onwennig.”
De Langblokken, zoals ze worden genoemd, zijn de vier aanzienlijke bouwwerken op een perceel aan de Groenendaallaan. Daarop heeft Woonhaven in het totaal 689 sociale appartementen ondergebracht, waarvan 90% met twee slaapkamers. Het geheel ligt tussen de Noorderlaan en de E19, tegenover Kinepolis, met enkele groene buurtpleintjes en een sportveld in de buurt.
“Met de kinderen is het een beetje moeilijk”, geeft Benyam Mussie
(35) toe. Samen met zijn vrouw Yodit Zemichaeal (36) heeft hij twee kinderen, Diana (4) en Senay
(3). Benyam kan tijdens deze crisis als schoolbuschauffeur niet werken en Yodit ook niet als poetshulp. “De hele dag op zo’n kleine oppervlakte is niet zo plezant. Je moet ze elke minuut van elke dag bezighouden van 6 tot 19u.” En in een appartementsgebouw zijn de buren nooit veraf, beseft Benyam schuldbewust. “Misschien storen we onze buren met het geluid dat de kinderen maken, hier wonen veel oudere mensen. Gelukkig tonen ze begrip.”
“Een bijkomend probleem is dat onze kinderen nog klein zijn. Ze willen alles dat ze zien, aanraken of proeven. Ook in de gemeenschappelijke gang en lift”, zegt Benyam. “Je kan hen niet uitleggen wat een virus is. Het is dus wat moeilijk in een groot appartementsgebouw met een gemeenschappelijke lift en trap.”
Elk nadeel heeft zijn voordeel, Benyam ziet de positieve kant van het verhaal. De familieband wordt versterkt. “We spelen spelletjes, we tekenen, we ruimen samen op of we leren iets zoals het alfabet. We kunnen ook twee of drie uur gaan fietsen in de parken hier in de buurt. We laten hen zo weinig mogelijk naar tv en de gsm kijken. Het is een nieuw soort leven dat ook eens deugd doet. We gaan nooit meer de kans krijgen om zo intens samen te leven.”
(Lat)relatie
Niet iedereen in de Langblokken woont er met een levensgezel of kinderen. Gilberte Douws (68) heeft op de valreep voor gezelschap gezorgd. “Mijn vriend Walter en ik hebben eigenlijk een latrelatie”, vertelt ze. “We hadden schrik dat door de maatregelen niemand meer naar buiten zou mogen, dus is hij snel bij me ingetrokken. Dat leek de beste oplossing.” Walter Crevals (68) komt mee aan de deuropening staan en knikt. “Anders had ik alleen via WhatsApp contact met mijn familie. Op deze manier zijn we samen en houden we ons zeker aan de regels.”
Het sociale leven in hun appartementsgebouw is er volgens Gilberte niet op vooruitgegaan. “Normaal zeggen we minstens een goeiendag aan de lift. Nu is het heel onwennig als die open gaat en er iemand in wil stappen. We springen zowat weg van elkaar”, vertelt Gilberte. Er mag maar één iemand tegelijk de lift nemen trouwens. Er is meer dat wegvalt. “Gewoonlijk houdt een groep bewoners elke maandag een opruimactie rond het gebouw. Daar hoort een moment met koffie en broodjes bij, maar dat gaat nu allemaal niet door. Ook de lentepoets en een etentje met de bewoners zijn geannuleerd.”
Je zou kunnen verwachten dat er meer conflicten zijn omdat iedereen thuis is, maar zo ervaart Gilberte het zeker niet. Het leven in de vier gebouwen gaat er nogal gezapig aan toe deze zonnige dagen.
“Het is veel stiller en rustiger in het gebouw dan gewoonlijk. Je zou het kunnen vergelijken met een vakantieperiode, ook al is iedereen thuis”, zegt ze. Dat er minder verkeer is, merkt ze ook. “Zalig. De autostrade, de Noorderlaan en de Groenendaallaan zorgen normaal voor veel lawaai. Het doet deugd dat het eens wat stiller is.”
Camping
Er zijn ook bewoners van deze appartementen die zonder coronacrisis in andere oorden hadden gezeten. “We gaan ieder jaar van maart tot oktober op het recreatiedomein Campinastrand in Dessel. Nu zitten we hier met twee thuis. Ik ben dat gewoon, maar mijn man is normaal altijd uit huis. Voor mij mag het snel gedaan zijn”, zegt Maria Van Den Bosch (73) lachend. “We zitten in Dessel op vijf meter van het water”, mijmert haar man Marcel Van Wesenbeeck (75). “Ik kan er een hele dag vissen.” Mohamed El Mannouti (40) kan wel nog gaan werken in de vleesfabriek in Ter Beke in Wommelgem. Met zijn vrouw Fatima Sahla heeft hij drie kinderen: Sarah (7), Basma (5) en Yussuf (2,5). “Soms is het een beetje saai”, zegt Sarah. “En af en toe maken we ruzie.” De kinderen zouden liever terug naar school gaan. Die opmerking is een constante doorheen de gesprekken met alle gezinnen van de Langblokken. Ouders beseffen dat hun kinderen op school meer bijleren.
Deze familie probeert heel strikt in het ‘kot’ te blijven en komt bijna niet buiten. “Het is beter voor de algemene gezondheid om geen risico’s te nemen.” De El Mannouti’s houden zich dus binnenshuis bezig. “We puzzelen, kijken een film of kijken naar de computer. We kunnen op het terras met een klein voetballetje spelen. Ik drink dan een kop koffie. Ze maken inderdaad soms een beetje ruzie. Maar ik denk dat het goed is dat ze elkaar hebben. Dat is beter dan enig kind zijn.”
Met negen in één appartement
Eén welbepaalde familie zit met wel heel veel dicht op elkaar gepakt. Wanneer we Tamia (27) en Celestino (19) Santiago vragen voor een groepsfoto, verschijnen Monica (17), Rosineide (16), Queitana (14), Maria (12), Carla (8) en Rafael (3) aan de deur. Ze vertellen broers en zussen en neven en nichten te zijn. De mama, of tante, van de familie komt liever niet in de krant en blijft verder in het appartement, maar we mogen haar familie wel op de foto zetten. De Santiago’s, afkomstig van de Afrikaanse eilandenstaat Sao Tomé en Principe, wonen dus met maar liefst negen in een appartement. Uit eigen keuze, welteverstaan, zonder de zegen van Woonhaven. Een erg uitzonderlijke situatie die zo mag blijven, na een procedure bij de rechtbank.
Wanneer we willen weten of het niet wat veel wordt tijdens de coronacrisis, krijgen we vragende blikken terug. Ze begrijpen de probleemstelling niet van dicht op elkaar zitten niet. “Nee hoor. Wij zijn een familie. We kennen elkaar en weten wat de anderen doen”, antwoordt Celestino oprecht verbaasd over de vraag. “Mama heeft niet te veel werk, want we helpen elkaar graag. We kijken samen naar Karrewiet, voor ons Nederlands.”
Gilberte Douws
“De autostrade, de Noorderlaan en de Groenendaallaan zorgen normaal voor veel lawaai. Het doet deugd dat het eens wat stiller is.”