Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Op zwaaibezoek met hoogtewerker
Met de HOOGTEWERKER naar de top van woonzorgcentrum Koala in Deurne
Bezoek in het woonzorgcentrum: het was de afgelopen week een van dé meestbesproken items. Eerst mocht het wel, nadien weer niet. Wzc Koala op de Bisschoppenhoflaan heeft er iets op gevonden: met drie grote hoogtewerkers brachten ze vrijdag de bezoekers tot bij het raam van hun familieleden. Het proefproject werd meteen een gigantisch succes. De reacties zijn unaniem positief. “Een paar minuten persoonlijk contact, meer moet dat niet zijn. Ik kan er weer helemaal tegen.”
Groep F nam het initiatief voor het project, dat #familieindelucht gedoopt werd. Het Kontichse bedrijf verhuurt hoogtewerkers en heeft een vloot van zestig toestellen staan. “Sinds het uitbreken van de crisis zijn wij teruggevallen op een bezetting van 20% tot 25%, waar dat normaal 125% is”, zegt operationeel directeur Tristan Van den Bosch. “Toen ik onlangs van bij mij thuis tot in Kontich reed, zag ik hier aan dit woonzorgcentrum mensen zwaaien naar hun familie. Er ging een lampje branden. Ik heb een mail gestuurd naar wzc Koala en daar hebben ze in no time een hele omkadering op poten gezet.”
Want hoe simpel het idee ook is, de uitwerking ervan is in deze coronatijden ingewikkelder dan je zou denken. “Zo moesten we vermijden dat mensen hier allemaal samen zouden aankomen, want dat is uiteraard niet de bedoeling”, zegt directeur Ann Lommelen van wzc Koala. “Daarom hebben we met tijdslots van een kwartier gewerkt en aan de bezoekers gevraagd om ten vroegste vijf minuten op voorhand naar hier te komen. In de korf kunnen ook slechts twee mensen, die bovendien op hetzelfde adres moeten wonen. Tussen hen en de bestuurder zit een plaat in plexiglas en na elke ‘rit’ wordt de korf helemaal ontsmet. Iedereen krijgt ook een harnas, een mondmasker en handschoenen.”
Hoogtevrees
Zodra het woonzorgcentrum de uitnodiging verstuurd had, stroomden de inschrijvingen binnen. “Mijn zoon en ik hebben allebei hoogtevrees, dus we hebben getwijfeld”, lacht Gwendy Huydts wanneer ze vrijdagmiddag samen met zoon Zianno een harnas aantrekt. “Maar uiteindelijk zijn we toch overstag gegaan. We kunnen mijn moeder, die 88 is en op de vijfde verdieping woont, wel komen bezoeken hier op de parking en dan kunnen we zwaaien. Maar het is niet hetzelfde. Ze kan mijn twee zoons bijvoorbeeld niet van elkaar onderscheiden omdat haar zicht beperkt is. Ze is nog heel goed voor haar leeftijd en normaal gaat ze zelfs geregeld naar buiten, maar nu zit ze daar opgesloten. Ze ziet ervan af.” Nadat Gwendy en Zianno hun hoogtevrees hebben overwonnen, stappen ze samen in de korf en worden ze omhoog gebracht. Een kwartier later staat Gwendy weer op de grond, met tranen in de ogen. “Wat heeft dit goed gedaan”, zegt ze. “En het was helemaal niet zo schrikwekkend als ik had verwacht. Dit is echt een heel mooi initiatief waar ik heel veel aan heb gehad.”
Een soortgelijke reactie noteren we van Jeske Isenbaert, die net haar 93-jarige moeder heeft kunnen spreken. “Ik heb meerdere traantjes gelaten”, lacht ze.
“Mijn moeder is een sterke vrouw, ze was haar leven lang schippersvrouw en maakte de oorlog mee. Voor haar is dit opnieuw oorlog, maar ze laat zich niet kennen. Ze begrijpt ook dat ze geen bezoek mag krijgen en ook ik heb daar alle begrip voor. Maar dat kwartiertje persoonlijk contact, dat maakt toch zo’n verschil in deze moeilijke tijden. Ze heeft de bloemetjes kunnen laten zien die ze van haar kleinkinderen heeft gekregen. Meer moet dat niet zijn. Ik kan er weer helemaal tegen nu.”
“Lawaai? Het is er net stil”
Ook Gerda Boels en haar echtgenoot Roland Verschorren konden de ouders van Gerda even spreken. “We houden wel contact via de iPad, maar dat verloopt niet altijd even vlot”, vertelt Roland. “Als er wat vertraging op de lijn zit, dan praat iedereen door elkaar. Dan is dit toch wel wat handiger. Ik was een beetje bang dat er te veel lawaai van de straat zou zijn om elkaar goed te kunnen verstaan, maar daarboven is het eigenlijk verrassend stil. Ideaal dus.”
Directeur Ann Lommelen is in de wolken over het proefproject én de vele positieve reacties. “Bij mijn weten zijn we de eersten in Vlaanderen die dit doen”, zegt ze. “In de komende periode zullen we dit nog doen bij de andere woonzorgcentra van de groep Orpea, waartoe wij behoren.”