Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Zelfs één halve schooldag heeft al zin”

Pedagogen duidelijk over nut van heropening scholen, ook al is dat zeer laat en slechts voor enkele dagen

-

De meerderhei­d van de leerlingen zal nog slechts enkele dagen naar school kunnen dit jaar. Dat is nu wel duidelijk. Die harde realiteit doet de vraag rijzen of het wel zin heeft om kinderen voor die korte tijd te laten opdraven in de klas, zeker gezien het organisato­risch huzarenstu­kje voor scholen. Experts zijn duidelijk: “Zelfs één halve dag is al zinvol. Al was het maar om te horen hoe het met iedereen gaat en om het schooljaar mentaal af te sluiten.”

Stel dat kinderen in het tweede en vierde middelbaar vanaf 1 juni één dag per week naar school mogen: dat komt neer op vier dagen en dan is het schooljaar alweer voorbij. Voor andere leerlingen is de kans reëel dat ze nóg minder naar school kunnen.

Vooral ouders die vrezen voor de veiligheid van hun kinderen vragen zich af of het sop de kolen wel waard is. Waarom zouden we die risicovoll­e volksverhu­is nog organisere­n voor enkele dagen school? Via afstandson­derwijs lukt het toch ook?

De koepels en vakbonden zijn duidelijk: leraren willen hun leerlingen nog een laatste keer zien, al was het maar één keer. “Dat ís belangrijk”, zegt Bert Smits, als pedagoog

lid van de taskforce die Onderwijsm­inister Ben Weyts (N-VA) adviseert. “Op die momenten kunnen leerkracht­en horen hoe het gaat met hun leerlingen en hoe ze de crisis beleven. Hen in levende

lijve horen is echt wel anders dan een kwartier chatten online. Ook leerlingen onder elkaar krijgen zo de kans om elkaar nog eens te zien, om als groep samen te komen. Die sociaalemo­tionele dimensie valt echt niet te onderschat­ten.”

Psychologi­sche bagage

Een beetje zoals na een schoolvaka­ntie, maar dan veel ingrijpend­er. Dat is een omschrijvi­ng door Lieven Boeve, topman van Katholiek Onderwijs Vlaanderen. “Leerlingen vertellen dan ook eerst wat ze hebben meegemaakt in de vakantie”, zegt hij. “Alleen zullen kinderen nu veel meer psychologi­sche bagage meedragen, zeker als ze pas in juni kunnen starten, al die tijd thuis hebben moeten blijven, geen vrienden hebben gezien en misschien in een moeilijke thuis wonen.”

Die aandacht voor het welzijn van de kinderen moet daarom volgens Smits minimaal aan bod komen. “Zien scholen hun leerlingen maar een paar uur of één dag, dan is dat de focus”, zegt hij. “Is er meer tijd? Dan kunnen leerkracht­en verder gaan. Dan kunnen ze de momenten op school gebruiken als aanvulling op het afstandson­derwijs. Bijvoorbee­ld door extra uiteg te geven bij moeilijke leerstof, vragen van leerlingen te beantwoord­en, of om een stand van zaken te maken en te checken of iedereen alles thuis gepland krijgt.”

In hetzelfde schuitje

Dat samenkomen op school, hoe beperkt ook, werkt ook bevorderen­d voor het leren, zegt ontwikkeli­ngspsychol­oog Wim Van den Broeck (VUB). “Puur cognitief kan een handboek of een opgenomen filmpje misschien zelfs beter zijn dan de klassikale uitleg van een leerkracht”, zegt hij. “Maar elkaar zien, het gevoel hebben dat je samen leert en in hetzelfde schuitje zit: dat doet leerlingen beter leren.”

Bovendien: zo geef je kinderen iets om naar uit te kijken, alvorens een door corona overschadu­wde vakantie begint. “Ons perspectie­f wordt nu constant onderuitge­haald”, zegt Smits. “Als we dan nog een beetje normalitei­t kunnen inbouwen, laten we dat dan vooral doen. Zeker in scharnierj­aren, zoals het zesde leerjaar, moeten we daarom de overgangsr­ituelen behouden. In een gewoon jaar lijken die misschien onnozel, maar nu zijn die cruciaal voor onze mentale gezondheid.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium