Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Sinds de coronacrisis is de CO2-uitstoot met 8% gedaald”
Vlaamse prof analyseert in de VS via onderzoek van jaarringen het klimaat WAT BOMEN ONS VERTELLEN VALERIE TROUET | LANNOO | 288P
Als je wil weten hoe oud een boom is, moet je zijn ringen tellen. Maar die jaarringen vertellen veel meer dan dat. Landgenoot Valerie Trouet leidt in de Verenigde Staten een labo dat via dendrochronologie het klimaat uit het verleden doorlicht. “Door jaarringen met elkaar te vergelijken leren wij jaar na jaar meer over de rampzalige invloed die ons gebruik van fossiele brandstoffen op het klimaat heeft.”
Sinds 2011 werkt Valerie Trouet (45) in het Laboratory of Tree-Ring Research aan de Universiteit van Arizona, de bakermat van de dendrochronologie (de term is een samenstelling van de Griekse woorden voor ‘boom’, dendros, en ‘tijd’, chronos). Via jaarringen wordt er gespeurd naar klimaatextremen uit het verleden, zoals droogteperioden in Californië en orkanen in het Caribisch gebied, en naar klimatologische verschijnselen in de hoogste lagen van de atmosfeer, zoals de straalstroom. Tijdens een sabbatjaar in 2017 schreef de onderzoekster daarover een boek, dat meteen werd getipt door The New York Times, en nu ook in het Nederlands in de winkel ligt.
Jaarringmeting is vooral bekend uit de archeologie. Hoe heb jij als bio-ingenieur van bomen je vak gemaakt?
Tijdens mijn studies aan de Universiteit Gent heb ik me toegelegd op de richting land- en bosbeheer. Voor mijn thesis kon ik in Tanzania in 1998 een project rond jaarringanalyse aanvatten. Ik had nog nooit van dendrochronologie gehoord, maar wilde wel graag reizen. Hoewel ik dol ben op veldwerk, heeft uiteindelijk het laboratoriumwerk me voor de jaarringen gewonnen. Onder een microscoop oogt hout fascinerend, en matchende jaarringen vinden is als het oplossen van een puzzel. Na mijn doctoraat leerde ik aan het belangrijkste Europese jaarringlabo in Zwitserland om aan de hand van jaarringen het klimaat uit het verleden te reconstrueren. Als hoogleraar tast ik nu verder de grenzen van dat onderzoek af vanuit Arizona, een goede plek om jaarringen te bestuderen.
De oudste levende boom in Noord-Amerika is ruim vijfduizend jaar oud, terwijl de oudste boom in Europa nauwelijks duizend jaar is. Hoe komt dat?
Enerzijds is dat pure genetica. Sommige boomsoorten die heel oud kunnen worden gedijen goed in het westen van Noord- en Zuid-Amerika, maar niet in Europa. Tegelijk kent het oude continent een lange geschiedenis van verregaande samenleving en het daaraan gelinkte houtgebruik. Om huizen te bouwen was er hout nodig. Het westen van de VS is ook al lang bewoond, maar veel minder dicht dan destijds in Europa. Al ten tijde van de Romeinen was België grotendeels ontbost. Daarom zijn er nu geen bossen meer die dateren van voor die periode.
Het welzijn van een boom hangt sterk af van het klimaat, maar in hoeverre is een boom ook een informatiebron over het klimaat?
Door het aantal ringen in een boomstam te tellen kan je zien hoe oud een boom is. Daarnaast kunnen we ook veel afleiden uit hoe breed of smal die ringen zijn. De breedte hangt af van het klimaat. In een nat jaar groeien bomen veel en vormen ze een breontdekt
Valerie Trouet
dere ring. Als je dus van een vijfhonderd jaar oude boom elke ring analyseert, weet je hoe in dat halve millennium het klimaat is geëvolueerd.
Uit jullie klimaatreconstructie blijkt dat de Romeinse overgangsperiode samenviel met grote schommelingen in het Europees klimaat. In hoeverre stuurt het weer de loop van de geschiedenis?
Je mag niet generaliseren, maar vaak dragen klimaatsveranderingen wel bij tot de opbloei of neergang van een maatschappij. Aan de hand van jaarringen hebben we dat het klimaat heel erg schommelde tussen 250 en 500 na Christus. Gedurende decennia wisselden natte en droge periodes elkaar af. Voor een samenleving is het heel moeilijk om zich daaraan aan te passen. Dat soort klimaatschommelingen kunnen mee geleid hebben tot de val van het Romeinse Rijk. Voor zo’n onderzoek werken we samen met historici. Wij, dendrochronologen, zijn interdisciplinair. Als klimaatwetenschapster bestudeer ik het klimaat van het verleden, maar als ik daar conclusies uit wil trekken over de toekomst doe ik dat samen met klimatologen of klimaatmodelleerders.
Wat onthullen jaarringen over het klimaat dat er zit aan te komen?
Jaarringen op zich zijn niet voorspellend. Ze kunnen ons huidige klimaat dat sterk aan het veranderen is wel in een historische context plaatsen en aangeven hoe uitzonderlijk die op dit moment is. Via straalstroomonderzoek hebben we kunnen aantonen dat de straalstromen nu grotere schommelingen maken dan vroeger. Toen Californië tussen 2012 en 2016 geteisterd werd door grote droogte, opperde men – via het reconstrueren van de sneeuwlaag van de Sierra Nevada – dat er in 2015 het minste sneeuw was gevallen in de afgelopen tachtig jaar. Maar als jaarringonderzoekers kunnen wij veel verder terug in de tijd gaan, tot wel vijfhonderd jaar. Zo hebben we vastgesteld dat het sneeuwpak in 2015 niet alleen het laagste was in de voorbije tachtig jaar, maar in de voorbije vijfhonderd jaar.
In de 21ste eeuw is de ontbossing in de tropen verantwoordelijk voor ongeveer 30% van het versterkte broeikaseffect. Brengt het bijplanten van bomen soelaas?
Dat kan, en dat wordt uitgebreid onderzocht. Door fotosynthese nemen bomen uit de atmosfeer koolstofdioxide op die wordt opgeslagen in hun hout. Het feit dat bomen zo de overmatige CO2-uitstoot mee kunnen wegwerken wordt dikwijls naar voren geschoven als oplossing om de antropogene klimaatverandering in te dijken, al blijft het complex. Je moet weten welke boom in welke klimaatzone groeit. Bovendien is er maar één bosbrand nodig om al de CO2 die in het hout zit opgeslagen terug de lucht in te sturen; dus is het zaak bosbranden te voorkomen.
Door de coronacrisis blijft koning auto vaker aan de kant. Levert die verminderde CO -uitstoot al resultaat op?
Voorlopige metingen stellen dat de hoeveelheid CO2-uitstoot in de atmosfeer sinds de aanvang van de coronauitbraak met 8% is gedaald. Dat is relatief weinig. Om onder
1,5 graad opwarming te blijven zouden we die 8% elk jaar moeten halen. Komt bij dat onze gedragswijzigingen vandaag ook niet gestuurd worden door het klimaat, maar door een gezondheidscrisis. Als we straks weer volop gaan vliegen en autorijden, smelt die winst weg. Alleen de transportsector aanpakken volstaat ook niet. Er zijn vooral correcties nodig op organisatorisch niveau. De Belgen lijken zich intussen goed bewust van de klimaatproblematiek, maar voor grootschalige veranderingen ontbreekt alsnog de politieke moed. Een belangrijke stroming op Europees niveau stelt dat de Green Deal straks mee aan de basis moet liggen van het economisch herstel. Van de 27 Europese landen hebben er al
19 dat voorstel onderschreven, maar België nog niet.
Professor