Zij hopen op minder pech - en hitte - in Sanremo

● Mathieu van der Poel (vijftiende)

“Op de grindstrook voor die van Santa Maria – de belangrijkste van de dag – reed ik lek. De inspanning die ik toen moest leveren, heeft mij genekt, net toen de uiteindelijke kopgroep wegreed. Jammer, want tot dat moment voelde ik mij goed.”

● Julian Alaphilippe (24ste)

“Al na tien kilometer had ik een gebroken achterwiel en nadien is het niet meer gestopt. Ik ben de tel kwijt geraakt, maar heb door pech vijf keer moeten stoppen, wisselen en achtervolgen. Een onmogelijke dag.”

● Philippe Gilbert (25ste)

“Eerst stond de rechtershifter van mijn stuur los, waardoor ik van

fiets moest wisselen. Even later hetzelfde, maar met de linkershifter. Ik heb daar te veel tijd verloren en ben dan maar blijven rijden om er een goeie training van te maken voor Sanremo.”

● Tiesj Benoot (opgave)

“Op de lange strook net voor de bevoorrading reed ik lek vooraan – de eerste keer in vijf deelnames. Wachten op de volgwagen is daar geen optie, dus wilde ik van fiets wisselen met Nikias Arndt, die ongeveer even groot is. Alleen was die al gelost. Toen ik zijn fiets nam, was de achterstand onoverkomelijk en had het geen zin meer om door te gaan. Jammer, want ik had echt een heel goed gevoel en reed tot dan constant voorin.”

● Oliver Naesen (opgave)

“Eén keer lek gereden. Na lang spartelen om terug te keren, reed een renner van Movistar tegen mijn schoen, waardoor die kapot was en ik opnieuw op de volgwagen moest wachten. Maar dé hoofdreden van mijn opgave was de hitte. Ik zat de hele dag op de limiet. Een suckdag.”

● Dylan Teuns (opgave)

“De omschrijving van mijn debuut? Verlamd door de hitte.”

● Xandro Meurisse (opgave)

“Ik kende geen pech en had tot op 130 kilometer een goed gevoel, maar dan ging opeens het licht volledig uit. De hitte heeft mij volledig genekt.”