Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Admiral Freebee: “Een volledig album? Ik wacht liever tot ik weer kan toeren”
Admiral Freebee moet wegens overbelaste arm gitaar ruilen voor keyboard op nieuwe EP
Té hard gerockt. Zo luidde het doktersverdict bij de overbelaste arm van Tom Van Laere. Noodgedwongen past het alter ego van Admiral Freebee daar een ergonomisch verantwoorde mouw aan. Dat leidt tot een verrassend geluid, blijkt uit de nieuwe EP
Don’t Follow Me, I’m Lost.
“Ineens kreeg ik nog meer ideeën, en ik had er al zo veel.”
“Ik wil af en toe even wegblijven”, stelde Admiral Freebee vorig jaar, toen hij op Linkerwoofer bewust zijn enige zomerconcert van 2019 gaf. De huidige coronamaatregelen komen voor hem hoogst ongelegen. “Voor mijn strategie is dit inderdaad de slechtst mogelijke timing”, zegt de Antwerpse rocker. “Afgelopen zomer zou ik normaal op tien à vijftien festivals staan. Ik wou ook een nieuwe plaat uitbrengen. Maar aan een album wil ik een volwaardige tournee kunnen koppelen. Omdat dat voorlopig niet mogelijk is, wacht ik daar liever wat mee. Aangezien ik veel materiaal klaar had, is er nu toch een EP met vijf nummers die goed bij elkaar passen. Op Spotify werkt zo’n compacte verzameling songs ook goed.”
In een YouTube-filmpje zien we je de single This Dream of You spelen in een onderwaterdecor in het atelier van Rinus Van de Velde. Die kunstenaar tekent ook voor het artwork en de foto’s. Hoe goed zijn jullie bevriend?
Tom Van Laere: Ik zit vaak in zijn atelier, om wat te pingpongen en over kunst te praten. Of ik speel wat gitaar terwijl Rinus zit te tekenen. Dat filmpje is gedraaid in een van de decors met sculpturen die hij maakt voor films en musea. Rinus denkt veel mee over vorm. Ook de echte clips voor This Dream of You en No
Ordinary Moments heeft hij geregisseerd. Die laatste vind ik mee van het beste dat ik al heb gedaan.
Zelf ben je momenteel vooral in de weer met keyboards en elektronica. Noodgedwongen, blijkbaar. Wat is er gebeurd?
Doordat ik gitaar speel en ook veel teken en schrijf, was mijn arm totaal overbelast. Op mijn zestiende heb ik dat ook al eens voorgehad. Ik tenniste veel, maar ben daar na aanhoudende blessures mee gestopt. Nu heb ik een drumcomputer en een keyboard gekocht. Als ik die bespeel, voel ik geen pijn. Het gaat alweer beter, hoor. De meeste gitaarpartijen op de EP heb ik zelf ingespeeld. Maar als ik negen uur op een dag gitaar zou spelen, heb ik het opnieuw zitten.
“Mijn gitaar kan ik fysiek niet missen”, vertelde je eens. Ben je nu dan uit je comfortzone gerukt?
Nee, dat verliep eigenlijk heel gemakkelijk. Deze nieuwe aanpak was als een deur die openging. Ineens kreeg ik nog meer ideeën, en ik had er al zo veel. Heel snel voelde ik dat ik op gitaar bepaalde handigheidjes had gecreëerd, een stramien met trucjes die ik op keyboards niet kon gebruiken. Dat veranderde veel. Ik maakte mijn handigheidjes onderdanig en ontdekte andere manieren en leuke sferen. Doordat de basis is veranderd, gebruik ik opeens heel andere klanken en zing ik totaal anders. Wat niet betekent dat ik de oude aanpak niet meer goed vind, maar dit ga ik wel blijven doen.
Helemaal vreemd kan dit jou niet zijn. In Rags ‘n’ Run, je hit uit 2003, klinkt ook al een drumcomputer.
Inderdaad. Die is er door omstandigheden ingeslopen, omdat we voor de geboekte studiotijd geen drummer voorhanden hadden. In afwachting hebben we toen een drumcomputer ingeschakeld, met de bedoeling om dat geluid nadien door een echte drummer te laten inspelen. We vonden het voorlopige resultaat echter zo goed dat we het hebben behouden. Veel artiesten doen
Tom Van Laere
Muzikant
“Niemand weet hoe een goed liedje wordt geschreven. Anders zouden we alleen maar waanzinnige nummers maken.”
dat, luister maar naar platen van Grace Jones, David Bowie en J.J. Cale.
Tijdens je huidige concerten geef je ook je oude hits een tweede leven door ze in de stijl van de nieuwe EP te spelen. De kracht van verandering?
Heel leuk, ja. In de schilderkunst wordt zoiets veel gedaan. Iemand wou eens van Marlene Dumas weten wie al die mensen zijn die ze portretteerde. Bleek dat het één persoon was, die Dumas telkens opnieuw maar dan anders tekende. Dat is wat ik ook met Einstein
Brain en andere nummers doe. Die kan ik op verschillende manieren spelen. Een definitieve versie bestaat niet. Layla van Eric Clapton is daarvan het beste voorbeeld: zowel de elektrische als de akoestische versie vind ik fantastisch. In jazz speelt iedereen dezelfde nummers. En Bob Dylan verandert zijn arrangementen en zelfs teksten aanhoudend. Een plaat is slechts een momentopname. Afhankelijk van de muzikanten met wie ik speel, klinken nummers totaal anders. De platenfirma heeft mij al gesuggereerd om een album met die nieuwe versies uit te brengen.
Een vaste begeleidingsgroep heb je nooit gehad, maar op je EP speelt wel erg veel bekend volk, onder wie Jasper Maekelberg (Faces on TV), Alan Gevaert (dEUS) en Mario Goossens (Triggerfinger). Waarom?
Voor het eerst had ik demo’s gemaakt met twee toetsenisten, Senne Guns en Joris Caluwaerts. Omdat ik de nummers ook eens in een ander tempo wilde spelen, nodigde ik telkens een andere drummer, bassist en gitarist uit. Uiteindelijk had producer Jo Francken zo veel materiaal dat hij uit alle opnames de beste partijen heeft gebruikt.
Het resultaat klinkt anders en filmischer, maar blijft wel herkenbaar Admiral Freebee.
Da’s het mooiste compliment dat je me kunt geven. Dit heeft tijd gevergd, maar is wel gewoon gebeurd zonder dat ik ernaar heb gezocht. Soms ontstaat er magie, soms niet. Ik wist totaal niet waar ik wilde uitkomen, vandaar de titel Don’t Follow Me, I’m Lost. Tegen alle muzikanten die ik hiervoor had uitgenodigd, zei ik: ‘ik weet niet waar we naartoe gaan, volg mij dus zeker niet’. Niemand weet hoe een goed liedje wordt geschreven. Anders zouden we alleen maar waanzinnige nummers maken. Voor mij is kunst net het raadsel vergroten en toegeven dat je je al eens verloren voelt.