Gazet van Antwerpen Stad en Rand
De burgerslachtoffers van de war on drugs
Elke week gunt misdaadjournalist Joris van der Aa u een blik in de Antwerpse onderwereld.
In een oorlog vallen slachtoffers die niks te maken hebben met het conflict. Collateral damage, nevenschade, noemen we dat dan vergoelijkend. Ook de war on drugs van politie en gerecht maakt burgerslachtoffers.
De correctionele rechtbank buigt zich dezer dagen over de zaak-Makreel, een onderzoek naar de grootschalige invoer van cocaine via de haven van Antwerpen. Voor het Openbaar Ministerie (OM) is het een symbooldossier geworden. De hoofdrolspelers in Makreel die nog in leven zijn, staan bekend als grote spelers in het drugsmilieu. Een van hen is geliquideerd, een andere spoorloos verdwenen. Anderen kwamen herhaaldelijk in het nieuws als slachtoffer van drugsgeweld, zoals Mr. Noodles. In Makreel zit de hele problematiek van de Antwerpse war on drugs samengebald. Het OM haalt daarom de ijzeren vuist boven. De bendeleiders, de havenarbeiders, de loopjongens en de stromannen, het parket eist zonder veel onderscheid jarenlange gevangenisstraffen. Sterker nog, het OM is in een aantal gevallen strenger voor de stroman, dan voor zijn baas achter de schermen. En de procureur neemt ook de echtgenoten, vriendinnen én de maîtresses van de hoofdverdachten in het vizier. De dames zouden immers met volle teugen hebben genoten van het criminele fortuin van hun partners.
De war on drugs verhevigt, en dus krijgen ook familieleden van verdachte havenarbeiders steeds vaker de pletwals van politie en justitie over zich heen. In de zaakMakreel nam gisteren een ouder echtpaar plaats in de beklaagdenbank. Het gaat om de schoonouders van een straddle carrierchauffeur, die voor de bende zou gewerkt hebben. Het koppel bezit in Portugal een bescheiden buitenverblijf, dat het na een leven van hard werken, goed verdienen en spaarzaam leven had gekocht. Omdat de schoonzoon verdachte was in de drugszaak, gaan politie en gerecht ervan uit dat de eigendommen van het koppel wel met vies drugsgeld móéten zijn aangekocht. De man, een grote, deftige heer in maatpak, stond gisteren huilend en stotterend voor de rechter. Zijn leven en dat van zijn vrouw waren sinds 2015, toen gewapende politiemannen binnenvielen in zijn buitenhuis in het Portugese dorpje, een hel. De inwoners van het gehucht keken hen sindsdien met de nek aan. Het huis in Portugal, waarvoor het koppel het astronomische bedrag van 125.000 euro neertelde, was in beslag genomen. Net als hun auto’s.
“Mevrouw de rechter, ik verdien als zelfstandig consultant 300.000 euro per jaar. Waarom zou ik me met drugs of witwassen inlaten? Wij hebben met die hele zaak niks te maken. En ik wil maar één ding: dat dit achter de rug is.”
Dat het OM wil onderzoeken of crimineel geld naar familieleden van verdachten stroomt, is legitiem. Maar van een onderzoek mag wel worden verwacht dat het deskundig én fair wordt gevoerd. En daar wringt het schoentje in dit verhaal. Het OM poneerde niet meer dan wat verdachtmakingen. De hardnekkigheid waarmee de schoonouders worden vervolgd, geeft de indruk dat het OM er in zijn gevecht tegen de drugssmokkel niet om maalt om onschuldige slachtoffers te maken. Collateral damage, zoals in elke oorlog. En dat is toch echt wel iets om van wakker te liggen.