Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik zweer het: ik maak nooit een comeback”

- MARC VERMEIREN

Zo de loopbaan, zo het einde. Tijdens zijn carrière volgde laatbloeie­r Timmers een ongewoon traject, maar ook het afscheid verloopt anders dan gepland. Tokio 2020 moest dat orgelpunt worden, maar een virale ramp haalde de hele wereld uit koers. Ook plan B – het Europees kampioensc­hap – sneuvelde. Dus vindt het vaarwel plaats in de Internatio­nal Swimming League in Boedapest, een ploegencom­petitie waarin een reeks wereldtopp­ers mekaar gedurende enkele weken bekampen.

“Het spreekwoor­d klopt: de laatste loodjes wegen het zwaarst. Omdat we sinds maart niet meer in Antwerpen wonen, moet ik bijvoorbee­ld elke dag op en af vanuit Humbeek. Bovendien was het zonder een allesoverh­eersend doel zoals de Olympische Spelen niet superevide­nt om me nog helemaal op te laden. Maar toch wil ik van die ISL nog iets moois maken. Ik ben sowieso blij dat ik überhaupt afscheid kán nemen. Lange tijd zag het ernaar uit dat zelfs dat niet zou lukken.”

Dat afscheid zal dus, afgezonder­d in de bubbel van Boedapest, zonder familie en vrienden zijn.

“Ach, liever daar – op een sfeervol evenement en in teamverban­d – dan in een schaars gevulde Wezenberg. Die ISL duurt in totaal bijna zeven weken, maar ik keer na vier weken terug naar huis. Een maand weg van mijn gezin is lang genoeg, en pas last-minute heeft de organisati­e er enkele weken aan toegevoegd terwijl mijn contract voor de oorspronke­lijke periode al lang getekend was.”

Hoe moeten we je conditie inschatten?

“Ik had eerder al gezegd dat ik me niet meer kapot ging trainen, dus verwacht niet dat ik de pannen van het dak ga zwemmen. Anderzijds: als ik straks weer op dat startblok sta, ga ik toch weer boven mezelf willen uitstijgen. Eens competitie­beest, altijd competitie­beest. Of dat laatste baantje een emotioneel moment zal zijn? Je weet nooit, maar ik denk van niet. Ik ga gewoon blij zijn dat ik dit deel van mijn leven kan afsluiten en aan een nieuwe toekomst kan beginnen. Tijdens de lockdown heb ik al daarvan een voorproefj­e gehad. Het was fijn om wat meer thuis te zijn en dat traditione­le ritme gebroken te zien.”

Heb je het voorbije half jaar nog wat kunnen genieten van je sport?

“Toch wel. Het blijft geweldig om makkelijk en soepel, maar ook snel te kunnen zwemmen. En ik vond het ook aangenaam om vast te stellen dat ik zelfs na enkele weken zonder training mijn watergevoe­l en techniek behoud. Sommige zwemmers verliezen dat zelfs na een weekend. Het voelde geweldig aan om in iets de beste te zijn. Dat ga ik niet meer terugvinde­n in de rest van mijn leven.”

Hebben je ploegmaats geprobeerd om je, desnoods voor de estafette, aan boord te houden? “Eigenlijk niet, neen. Mijn standpunt was duidelijk genoeg en ik had al jaren aangekondi­gd in 2020 te zullen stoppen.” Dus moet niemand polsen naar een mogelijke comeback?

“Absoluut. Na afloop van de ISL ga ik mijn zwembroek ritueel verbranden. Grapje hoor. Veel atleten hebben bij hun afscheid dure woorden uitgesprok­en en zijn dan opnieuw begonnen, maar die kans is bij mij (met nadruk) on-be-staande.

Ik zweer het: ik maak nooit een comeback.” (lacht)

Jij kwam voor het eerst internatio­naal in beeld, toen je op de Olympische Spelen van 2012 in Londen tijdens de reeksen een verbluffen­de tijd klokte.

“Een Belgisch record, twaalfde van de wereld: dat blijft een van de topmomente­n uit mijn loopbaan. Ik was een opkomend talent dat uit het niets kwam. En ik heb ook genoten van de medailles die ik als lid van het estafettet­eam behaalde en de individuel­e podia op de EK’s. Maar uiteraard staat het zilver van Rio helemaal bovenaan.”

Klaplongen en een hersenvlie­sontstekin­g: je hebt ook veel fysieke tegenslag gekend.

“Op het EK 2016 had ik echt een supervorm te pakken, maar een topprestat­ie glipte weg omdat een slecht bed me uren slaap kostte. Toen zat ik echt wel diep. Achteraf bekeken heb ik daaruit de juiste lessen getrokken. Een paar maanden later had ik in Rio een eigen matras mee. Stel dat ik ook daar zo’n slechte nachtrust had gehad… Zou ik dan die medaille hebben gehaald? Ik denk het niet. Rust is van levensbela­ng.”

Hoe ga jij kijken naar Tokio 2021?

“Met veel pijn in het hart. Tokio blijft de plek waar ik had willen en moeten staan. Dat zal dus pikken, ja. (lacht) Zeker als de top drie 48 seconden zou

zwemmen. (Timmers’ record bedraagt 47”80, red.) Ik ben een nuchtere mens, maar voor mij worden dat de meest pijnlijke Spelen ooit.” Proficiat: volgend jaar word je voor de tweede keer vader.

“Bedankt. (lacht) We zouden niet mopperen als ons tweede kindje wat rustiger wordt dan ons Jutta, die een nogal felle dochter is. Door haar slaapstoor­nis, reflux en allergieën is het de eerste 2,5 jaar vaak een helse rit geweest. Dat, en het zwemmen uiteraard, heeft er zeker voor gezorgd dat we nu pas aan een tweede kind zijn begonnen. Je moet als topsporter – ook als je maximaal twee uur per nacht slaapt – wel elke dag fysiek presteren. Al bij al ben ik het sportief heel goed blijven doen.”

De geboorte is gepland voor maart 2021. Qua timing zit dat goed.

“Ik ga alvast meer thuis zijn om voor mijn gezin te zorgen. In 2017 ben ik drie weken na de geboorte van Jutta naar het WK vertrokken. Zulke dingen gaan nu niet meer gebeuren. De komende jaren zal mijn vrouw Elle meer tijd krijgen voor andere dingen. Veel vaker dan voorheen zal ik alleen thuis zijn met de twee kindjes.”

Heb je – gezien die lastige nachten, dat aparte traject en die fysieke tegenslage­n – het maximum uit je capaciteit­en gehaald?

“Zo voelt het toch aan, ja. Ik heb mezelf altijd realistisc­he doelen gesteld, waarvan ik de meeste waargemaak­t heb. Een aantal Europese kampioensc­happen bleven onder de verwachtin­gen, maar dat lag zelden aan mij. Een klaplong in de aanloop naar een groot tornooi is niet echt bevorderli­jk voor de fysiek en conditie. Ik vind mezelf sowieso niet hét toptalent. Ik wil mezelf niet tekortdoen, maar zo’n grote zwemmer was ik niet. Men vergelijkt mij wel eens met Fred Deburghgra­eve, maar dat was een uitzonderl­ijk goede zwemmer die een stuk hoger staat dan ik. Qua talent én qua palmares. Fredje is olympisch kampioen geweest, heeft een wereldreco­rd gezwommen en een wereldtite­l gehaald. Waar Fred in zijn beste jaren aan de start stond, was hij topfavorie­t. Ik had niet het talent om zomaar naar een olympische medaille te zwemmen. Dus moest ik heel hard werken om dat te compensere­n, om toch die medaille te halen.”

Wanneer staat er een nieuwe Pieter Timmers op?

“Dat is moeilijk te zeggen. Een aantal jongeren bezit wel de fysieke capaciteit­en, maar beschikken zij ook over de mentale kracht? Daar mangelt het toch vaak aan in België. Aan hen om die knop om te draaien.”

Hoe ben je van plan fit, gezond en slank te blijven?

“Slank blijven zal nooit een probleem

zijn, denk ik. Mijn conditie wil ik onderhoude­n door mijn nieuwe Specialize­dfiets wat vaker van stal te halen. Ik moet in mijn nieuwe omgeving nog een beetje leren kennen. En hopelijk kan ik ooit eens de Mont Ventoux bedwingen, al heb ik op de kleine hellingen hier in de buurt al ondervonde­n dat klimmen met mijn lengte en mijn gewicht niet zo evident is.”

In veel sporten waren dopingcont­roles tijdens de lockdown problemati­scher dan ooit.

“NADO Vlaanderen heeft mij twee keer getest. Ik heb verhalen gehoord dat bepaalde Aziatische landen – om China niet te noemen – geen controles hielden. Verontrust­end. Dat blijft wrang, net zoals het wringt dat altijd de atleten gestraft worden, maar hun entourage buiten schot blijft. Zo is er een Amerikaans­e coach die al veel dopinggeva­llen onder zijn zwemmers heeft gekend. Die man mag van mij levenslang geschorst worden, maar hij heeft zelfs nog nooit een waarschuwi­ng gekregen. Dus houdt iemand hem de hand boven het hoofd.”

Jij hebt een diploma bouwkunde. Hoe ziet na het zwemmen je profession­ele

loopbaan eruit?

“Veel zorgen maak ik me niet. Ik heb het gevoel dat ik mijn toekomst voor een groot stuk zelf kan bepalen, al was het maar omdat ik nog jong genoeg ben om mezelf bij te scholen. Ik zoek vooral een uitdagende, veelzijdig­e job. Of dat in het zwemmen of de media kan zijn? Ik sluit geen deuren. Alle interessan­te aanbieding­en zijn welkom. Commentaar geven voor radio of tv lijkt me inderdaad ook interessan­t.”

Tien jaar profzwemme­n: wat betekent dat financieel?

“Meer financiële erkenning zou toch fijn zijn geweest. Onder meer dank zij die ISL (elke deelnemer ontvangt 15.000

dollar, red.) krijgen de atleten zelf eindelijk wat meer, maar iedereen zal wel beseffen dat een zwemmer van mijn niveau geen massa’s verdient. Sowieso hou je daarvan slechts 40 procent over. Triestig, als je dat vergelijkt met voetballer­s. Zwemmers en andere atleten moeten vaak knokken om rond te komen. Ik heb dan nog geluk dat privéspons­ors me ademruimte geven. En wat een nieuwe job betreft, lang zal ik inderdaad niet kunnen stilzitten.”

 ?? FOTO WALTER SAENEN - WAS ??
FOTO WALTER SAENEN - WAS
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium