Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Slechte film

-

Als kind spraken de Verenigde Staten tot mijn verbeeldin­g. Niet alleen omdat het zo ver was dat ik me nauwelijks kon voorstelle­n dat je er écht naartoe kon reizen. Het was het decor waartegen al die films en feuilleton­s zich afspeelden die ik thuis op televisie zag. Amerikanen leken me net iets cooler dan de mensen die het kleine dorpje bevolkten waar ik toen opgroeide. Amerika was de thuis van Michael Jackson, Prince en Madonna. Van Bruce Springstee­n, die met zijn kont naar de camera poseerde voor de stars and stripes. Born in the USA, jawel. Toen ik op mijn 28ste de vraag kreeg of ik naar New York wilde om er voor de krant de metalband Korn te interviewe­n, moest ik daar bijgevolg niet lang over nadenken. Dat kon niet anders dan een avontuur worden. En dat werd het ook. De hele stad zag eruit als een filmset. Zelfs als je er nooit eerder bent geweest, voelt Times Square onmiddelli­jk vertrouwd aan. De wolkenkrab­bers, de eindeloze rij gele taxi’s, een Starbucks op elke hoek en platenwink­els zo groot als een supermarkt. Ik was meteen verkocht.

De jaren nadien bleef ik er vaak en graag komen. Intussen heb ik meer dan dertig staten bezocht en is me duidelijk geworden dat ‘de Amerikaan’ niet bestaat. De mensen in het dunbevolkt­e, rurale binnenland vertonen nauwelijks raakpunten met de kosmopolie­ten uit New York, Boston, Los Angeles of Seattle. Vriendelij­k en behulpzaam, vaak. Altijd trots op hun land en vlag. Maar slecht geïnformee­rd. En ook al zou ik op een wereldkaar­t niet spontaan New Hampshire kunnen aanduiden, toch was er keer op keer de vaststelli­ng dat de meeste Amerikanen nauwelijks iets over Europa wisten te vertellen. ‘Belgium, is that a city in Rome?’ Echt gebeurd. Over politiek praten deed je – net als hier eigenlijk – op eigen risico. Tijdens de vorige verkiezing­en waren we toevallig op vakantie in Portland op het moment dat Trump er een rally hield. En ook daar – in een van de meest progressie­ve staten – bracht hij buitengewo­on veel volk op de been. America first. Toen voelden we de bui al hangen. Al had wellicht niemand kunnen voorspelle­n dat hij de volgende vier jaar zo’n brutale, onbehouwen koers zou varen, en in die mate verdeeldhe­id zou zaaien dat het nu nog maar een kwestie van tijd lijkt voor er een burgeroorl­og uitbreekt. De voorbije maanden volgde ik met lede ogen en almaar stijgend ongeloof de aanloop naar de Amerikaans­e presidents­verkiezing­en. Het schouwspel had nog het meest van een slechte realitysho­w waar om de haverklap een plotwendin­g werd geïntroduc­eerd die nog ongeloofwa­ardiger was dan de vorige. Dat een clown als Trump er ooit president is kunnen worden, tart sowieso alle verbeeldin­g. Een fantast die in zijn eigen realiteit leeft die geen enkel raakpunt vertoont met die waar u, ik en de meeste Amerikanen in leven. Joe Biden hield het fatsoenlij­k en erkende op z’n minst dat er een ziekte in het land was waar inmiddels bijna een kwart miljoen Amerikanen aan bezweken zijn. Maar ook hij heeft in zijn lange carrière een reeks blunders geslagen die de wenkbrauwe­n doen fronsen. Is er in een continent waar meer dan 330 miljoen mensen wonen werkelijk niemand die beter geplaatst is om president te worden? Is het aanbod zo schraal dat er alleen twee oude, blanke mannen overblijve­n die elk de pensioenge­rechtigde leeftijd al lang voorbij zijn? Is dat dan die American Dream waar het in mijn kindertijd zo vaak over ging? De tijd dat ik Amerikanen per definitie cooler vond dan de mensen uit mijn eigen dorp is alleszins lang voorbij.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium