Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Hugo Van Aken, de Mechelse arts die corona-opvang in Duitsland coördineer­t

Naar Duitsland uitgeweken Mechelaar Hugo Van Aken coördineer­t opvang Belgische coronapati­ënten

-

De Duitse deelstaat NoordrijnW­estfalen heeft in de voorbije twee weken 25 coronapati­ënten overgenome­n van ziekenhuiz­en in ons land. De Duitsers hadden in de eerste golf al een paar honderd Nederlande­rs, Fransen en Italianen een bed geboden. Een opmerkelij­ke blijk van solidarite­it. De coördinato­r van de hele operatie is professor Hugo Van Aken, geboren en getogen in Mechelen, afgestudee­rd in Leuven, nadien uitgeweken naar Münster. Een gesprek met een Duitse weldoener met roots van bij ons: “Niet helpen zou schandalig zijn.”

Lang geleden was Hugo Van Aken een gewoon jongetje dat naar school ging in het Sint-Romboutsco­llege in Mechelen. Vandaag is hij 69 jaar, professor-anesthesis­t en directeur van het universita­ir ziekenhuis van Münster, met een curriculum dat functies, bekroninge­n en eretitels vermeldt over heel Duitsland, tot bij de Wereldgezo­ndheidsorg­anisatie en van Amerika tot in China. Voluit is zijn titel ‘Em. Univ.-Prof. Dr. med. Dr. honoris causa.’

‘Em.’ staat voor emeritus: eigenlijk was hij al op pensioen, maar twee jaar geleden werd hij gevraagd om de leiding over te nemen van het ziekenhuis in Münster, dat in slechte financiële papieren zat. Zo kan het dat Hugo Van Aken vandaag coronacoör­dinator is voor Noordrijn-Westfalen, met twintig miljoen inwoners de grootste Duitse deelstaat, dat zich uitstrekt van Aken over Keulen en Dortmund tot in Münster.

Eerst even over uzelf. Komt u nog wel eens in Mechelen?

Jazeker. Elke maand toen mijn moeder nog leefde; zij is op 98 jaar gestorven, twee jaar geleden. Nu nog vier of vijf keer per jaar. De stad is veel verbeterd en echt mooi geworden sinds ik er ben weggegaan. Dat heeft geloof ik veel te maken met die burgemeest­er die nu minister is geworden. Bart Somers, ja. Ik ben niet van plan om nog terug te keren. Ik heb mijn sociaal leven in Duitsland, mijn vrouw is Duitse. Ik heb vrienden weten vereenzame­n na een terugkeer. Je moet een oude boom niet meer verplanten.

Van Aken:

U was negen jaar hoogleraar en diensthoof­d in Leuven en u bent in 1995 naar Duitsland uitgeweken. Is het verschil groot?

Een diensthoof­d in een universita­ir ziekenhuis heeft hier nog altijd veel macht, zoals het vroeger was in Leuven. In mijn tijd kon je zelf nog veel zaken regelen, nu zit dat veel meer bij het management van het ziekenhuis. In Duitsland begint dat ook te veranderen.

Bij ons hebben heel wat ziekenhuiz­en het financieel lastig.

Dat probleem kennen wij evenzeer. In Duitsland zijn er 36 universita­ire ziekenhuiz­en. Vier of vijf daarvan rekenen in zwarte cijfers, de rest zit in het rood. Ik was voorzitter van de raad van bestuur van het ziekenhuis van Bonn, waar de cijfers goed zijn, toen mij gevraagd is in Münster over te nemen. Hier draaiden ze met 40 tot 50 miljoen euro verlies per jaar, gecumuleer­d tot een totaal van 300 miljoen euro.

Hoe is het daar nu?

Het gaat een stuk beter, maar corona heeft voor bijkomend verlies gezorgd. Hoe je moet saneren? De grootste kostenpost is personeel. Sommige afdelingen krijgen meer, andere minder. Je moet dat afhankelij­k maken van hun inkomsten. Het kan niet dat één dienst tien miljoen in het rood zit en een andere op vier miljoen plus uitkomt. Als er onvoldoend­e bezetting is van de bedden in verhouding met het personeels­aantal, dan moet je bedden schrappen en contracten niet verlengen.

En bij protest?

De verpleegku­ndigen zijn goed georganise­erd. Je moet met hen in gesprek blijven, hun noden erkennen. Als zij tegen je zijn, ben je verloren. In de universita­ire ziekenhuiz­en in Essen en Düsseldorf hebben verpleegku­ndigen wekenlang gestaakt. Dat is een ramp, financieel en voor de verstandho­uding.

U coördineer­t de overkomst van patiënten uit het buitenland.

Voor Noordrijn-Westfalen, ja. We hebben vierhonder­d ziekenhuiz­en in totaal. We vangen patienten op uit België, Nederland en Frankrijk, in het voorjaar ook uit Italië. 22 Belgen zijn nog hier, 3 zijn al terug in België. Ze liggen voornameli­jk in de ziekenhuiz­en dichterbij de grens, zoals Aken, Euskirchen en Mönchengla­dbach. In Münster hebben we twee Belgen.

Is dat niet lastig voor de patiënten, ontwaken in een ziekenhuis ver van huis?

Ja, maar sterven is een nog groter probleem. Patiënten worden alleen overgevlog­en per helikopter als ze beademd moeten worden en er geen plaats meer is op intensieve of als er te weinig verplegend personeel is. Bij de eerste golf lagen in Nederland zelfs patienten in operatieza­len; daar konden dan natuurlijk ook geen operaties meer plaatsvind­en. Ik heb dinsdag even gesproken met de artsen uit Luik die mee kwamen met de heli. Ze zeiden dat het bij hen een catastrofe is.

Noordrijn-Westfalen heeft 6.500 bedden op intensieve. Heel Duitsland heeft 34 ic-bedden per 100.000 inwoners, België 15, Nederland maar 6. Is dat in niet-coronatijd­en geen verspillin­g?

Nee. Dat heeft te maken met de Duitse mentalitei­t om mensen te behandelen tot de laatste snik. Die therapeuti­sche hardnekkig­heid zit ingebakken in de medische cultuur. Ik moet eerlijk zeggen dat ik ze daar niet in kan volgen. Van bij de geboorte krijg je een ticket voor je overlijden. Hoe zinvol is het om nog drie, vier jaar door te gaan na zware operaties op hoge leeftijd? Maar goed, je moet dat ook respectere­n. Het recht op zelfbeschi­kking is het hoogste goed hier en staat in artikel 2 van de grondwet. Jonge artsen proberen soms aan te geven dat een behandelin­g niet meer zinvol is, maar dat verandert niet veel.

Bij de eerste golf betaalde Duitsland zelfs de opvang van buitenland­se patiënten, in totaal 20 miljoen euro. Dat is wel heel genereus.

We hadden nu eenmaal bedden op overschot. We hebben hier ook vandaag maar een paar Duitse coronapati­ënten op intensieve. Wel valt steeds meer personeel uit omdat ze in quarantain­e moeten. In Düsseldorf zijn daarom alle niet urgente operaties uitgesteld. Dat we bij de eerste golf ook alles betaalden, dat wilde de minister van Volksgezon­dheid Jens Spahn. Hij wilde met Duitsland een goede indruk maken. Het kwam niet op het geld aan, zei hij, we kunnen het ons veroorlove­n. Noem het een diplomatie­k gebaar.

Dat is veranderd.

Ja, we hebben door de coronacris­is vele extra miljarden moeten uitgeven. Nu betaalt eerst de ziekenkas hier de rekening en schuift die dan door naar een ziekenfond­s in het land van de patient. Dat is de gebruikeli­jke Europese regeling.

Maar is er niemand die bezwaar maakt dat jullie die moeite doen voor buitenland­se patiënten? De cijfers stijgen ook in Duitsland.

Nee, er is geen discussie geweest, totaal niet. Als we bedden over hebben en er zijn mensen in nood, dan moeten we helpen, dat is het algemene standpunt. Zoals Karl-Josef Laumann, minister van Volksgezon­dheid van NoordrijnW­estfalen, zei in april: het zou

 ?? FOTO UKM ??
FOTO UKM
 ?? FOTO UKM ??
FOTO UKM

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium