Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Victoire rijdt laatste keer met ‘haar’ bus
Victoire Eeckhoudt (60) geniet vanaf deze week van een welverdiend pensioen. Zondagnamiddag ging ze voor het laatst achter het stuur van een autobus van De Lijn zitten. Het werd een busrit om nooit te vergeten.
Bijna zeventien jaar lang vervoerde Victoire buspassagiers op de Lijn 500 die van Mechelen over Rumst en Boom naar Antwerpen rijdt. Maar nu ze de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, is daar een eind aan gekomen. Zondagnamiddag bracht ze haar laatste rit tot een goed einde.
De rit vertrok aan het spoorwegstation in Mechelen en eindigde aan de stelplaats in Rumst. Collega’s en administratief personeel hadden voor de gelegenheid haar voertuig zowel aan de binnenkant als de buitenzijde versierd en van kleurrijke vlaggetjes en opschriften voorzien. Het werd in meer dan één opzicht een opvallende rit.
“Het is mooi geweest”, zei de Willebroekse Victoire meteen bij aankomst. “Ik heb er een carrière van 46 jaar opzitten, waarvan bijna zeventien jaar als buschauffeur. Als ik van één ding spijt heb,
is het dat ik met deze job niet vroeger ben begonnen.” “Kot in de nacht”
“Ik heb het me geen dag beklaagd dat ik me, na een lange periode als fabrieksarbeidster te hebben gewerkt, voor deze job heb gesolliciteerd. Ik voelde me er niet alleen bijzonder vrij in, ik ontmoette ook heel wat verschillende mensen en genoot de hele tijd van die vele, warme contacten. Sommigen bezorgden me bij bepaalde gelegenheden zelfs een taartje. De huidige coronacrisis heeft ons op dat vlak helaas serieus stokken in de wielen gestoken.”
Gevraagd naar eventuele nadelen, wist Victoire er toch eentje op te noemen. “Soms moest ik om halfdrie opstaan om met een vroege dienst te beginnen. Dat is echt wel ‘kot in de nacht’. Als ik al eens om een vervanging vroeg, lag daar de reden. Maar zelfs dan voelde ik me beter dan tussen de fabrieksmuren.” Victoire hoopt nog lang van haar pensioen te kunnen genieten. “Vooral om wat te kunnen reizen eens dat de coronacrisis voorbij is. En mijn collega’s ga ik zeker ook nog eens goeiedag zeggen.”