Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Kijk eens diep in deze glazen
Waarom St.Bernardus geheimzinnig blijft doen over “tweelingbier” Westvleteren
Is het bier St.Bernardus nu hetzelfde als de wereldberoemde trappist van Westvleteren of niet? Over die hardnekkige mythe kon de brouwer uit Watou eindelijk duidelijkheid scheppen. Maar in een nieuw boek over 75 jaar St.Bernardus houden ze het mysterie liever levend, wat op commercieel vlak natuurlijk slim gezien is.
jaren doet het verhaal de ronde dat de Abt 12 van brouwerij St.Bernardus uit Watou hetzelfde is als de Westvleteren 12, die ooit verkozen werd tot beste bier ter wereld. “Het is de vraag der vragen”, aldus de brouwer uit Watou, die nooit grote moeite deed om het verhaal te ontkrachten. Ook nu niet, in het boek dat werd uitgebracht naar aanleiding van hun 75ste verjaardag.
Daarin schetsen ze wél de geschiedenis van de brouwerij en daarmee ook de oorsprong van dat mysterie. Brouwerij St.Bernardus had namelijk vanaf 1946 de licentie om het abdijbier te brouwen voor de paters van Westvleteren. Toen in 1992 beslist werd dat de trappist binnen de abdijmuren gebrouwen moest worden, ging de brouwer uit Watou zijn eigen weg met het bier Abt 12. Maar of dat nu hetzelfde bier is? Dat lees je er niet.
En daar komt ook geen antwoord op. “Omdat we er ook geen eenduidig antwoord op kúnnen geven”, zegt Pieter Verdonck van St.Bernardus. “Het enige wat wij kunnen zeggen, is dat beide bieren een tweeling zijn. Maar geen eeneiige.”
Twee levens
Kenners weten natuurlijk beter. “Het zijn verschillende bieren”, zegt biersommelier Sofie Vanrafelghem. Zowel de brouwtechniek als de ingrediënten én de gist zijn anders. Dat is al even geweten, maar toch blijft dat verhaal hardnekkig de ronde doen bij het brede publiek.” Een woordvoerder van de Sint-SixAl tusabdij in Westvleteren bevestigt ook dat er een verschil is. “Wij gebruiken gist van Westmalle, zij niet. Wij werken met open gistkuipen, zij niet. Wij maken gebruik van kandijsuiker, zij niet. Hun mout is donker, de onze bleek. En ook de
hop is verschillend.”
Hoe ze in Watou dan bij die uitleg van die tweelingen komen? “In 1946 kreeg St.Bernardus een recept van de paters”, zegt Vanrafelghem. “Ze gingen daarmee aan de slag, maakten er een lekker bier van én brouwen dat nu nog altijd. Wat ze vandaag dus brouwen, is in feite gelijk aan wat ze ooit in Westvleteren maakten.” “Maar nu komt de ‘maar’”, vervolgt Vanrafelghem. De paters bleven na 1946 bier voor eigen gebruik brouwen, en sleutelden daar doorheen de jaren aan. In de jaren zeventig gebeurde dat zelfs grondig, met de hulp van de abdij van Westmalle. Het is met dat nieuwe huisrecept dat de paters zijn blijven brouwen, ook op grotere schaal. Na 1946 zijn er zo twee bieren ontstaan en een eigen leven gaan leiden. Dát is het verhaal.”
Commercieel
In Watou kennen ze dat verhaal natuurlijk ook. Maar het liefst vatten zij het dus samen met “tweelingen”, in plaats van het helemaal uit de doeken te doen. “Wij werken nog steeds zoals we in 1946 begonnen zijn, maar het is niet aan ons om te zeggen wat Westvleteren nu doet”, geeft Verdonck als uitleg.
Commercieel gezien is het natuurlijk niet slecht gezien om het mysterie in leven te houden. Want Westvleteren is schaars, St.Bernardus pluk je zo uit het rek van de supermarkt en de paters van Westvleteren zijn niet de grootste praters die het verhaal constant willen nuanceren. Zeker voor de Amerikaanse markt – het grootste exportland voor de brouwer – is die verwarring handig meegenomen. Daar wordt St.Bernardus zelfs nog vaak beschouwd als een trappist. Iets wat ze in Watou waarschijnlijk niet zo heel erg vinden.