Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Ministers, middenveld en media op het matje
Antwerpenaar Philippe De Backer (Open Vld), voormalig minister en de held die op de piek van de pandemie zorgde voor mondmaskers en testcapaciteit, heeft over die hectische periode een boek geschreven: En nu is het oorlog. Hij beschrijft hoe hij het allemaal heeft aangepakt en legt de vinger op een aantal pijnpunten. Hij noemt soms zelfs man en paard, wat voor zijn doen behoorlijk radicaal is. En leuk voor de lezer, dat ook.
In interviews is De Backer dan weer zijn oude, diplomatische zelf. Bart Schols deed in De Afspraak een poging om hem uit zijn kot te lokken: “U schrijft dat er politici waren die op momenten van crisis eerst met journalisten belden om te spinnen.” Nee, daar wilde De Backer niet op ingaan, laat staan namen noemen.
En naast hem in de studio zat Erika Vlieghe. In zijn boek is De Backer behoorlijk kritisch voor de experten. Hij vindt dat ze hun boekje te buiten gingen en zich behalve als wetenschapper ook als opiniemaker en beslisser opstelden. Ook stelt hij hun rol aan de kaak in het drama in de woonzorgcentra. Toen de vraag rees of daar niet meer getest moest worden, talmden de experten. Had het zin? Was er genoeg testcapaciteit? De Backer schrijft dat de ministers de knoop doorhakten – “Door de oeverloze discussies gingen levens verloren” – en dat hij prompt binnenviel in een online meeting van de Risk Management Group: “Dames en heren, u kan stoppen met discussiëren. We gaan iedereen testen. Niemand zei iets.” Stof genoeg voor een pittige discussie, zou je denken, maar het bleef bedaard in de tv-studio.
Voor hij uit de politiek stapte, was Philippe De Backer een onopvallend lid van de regeringmichel. Tot Covid-19 toesloeg en minister van Volksgezondheid Maggie De Block het ook niet meer wist. Ze vroeg hem om de logistieke problemen aan te pakken. De Backer, doctor in de biotechnologie en minstens zoveel manager als politicus, nam de handschoen op, werkte dag en nacht en kreeg het tij gekeerd in enkele weken.
Tussenstructuren
In En nu is het oorlog vertelt hij over de weerstand die hij moest overwinnen, in het bijzonder van “de tussenstructuren”, de schimmige belangenverenigingen, comités, commissies, adviesraden en koepels die zelfs in tijden van nood nog hun deel van de macht willen en soms zelfs hun deel van de winst.
Erg boos is hij op de Commissie Klinische Biologie, die de private laboratoria vertegenwoordigt. De commissie was tegen een nationaal testplatform, waarbij ook de labo’s van farmabedrijven stalen mochten analyseren. De Backer spreekt van geïnstitutionaliseerde lobbymachines: “Na mijn afscheid werd ik gevraagd of ik er bij de nieuwe regering niet kon op aandringen de prijs van de Pcr-testen te verhogen. De man die me belde was de directeur van een labo dat in het coronajaar 16 miljoen euro winst had gemaakt.” Of er was de Orde van Geneesheren, die op zijn achterste poten stond over het voorstel om studenten of apothekers stalen te laten afnemen.
De Backer klinkt net niet bitter over het functioneren van de politiek zelf. Problemen met neuswissers of mondmaskers? Wat doen we dan in Vlaanderen? “We starten the blame game.” De Backer schrijft dat hij het Belgisch overlegmodel “genadeloos overboord kieperde”. Hij is even scherp voor Vlaanderen als voor België. De tussenstructuren, de traagheid, de hang naar de status quo zie je daar evengoed. “De deelstaten hebben enorme kansen gemist.” Zoals bij de contactopsporing. Dat was de bevoegdheid van de deelstaten, maar die lieten de hete aardappel liever op het federale niveau.
“Wouter Beke spartelt tegen. Hij valt uit de lucht en houdt vol dat er nooit gesproken is over contactopsporing door de deelstaten. Het is nochtans een expliciete bevoegdheidsoverdracht uit de zesde staatshervorming, die Beke zelf onderhandeld heeft.” En: “De boel ontploft. De dag zelf krijgt mijn perswoordvoerder ontelbare vragen. Waarom de federale overheid nog geen contactopsporing op poten had gezet? Het spinnen was duidelijk begonnen.”
Even later zal volgens De Backer ook de N-VA uit alle macht proberen om de verantwoordelijkheid weg te houden van de deelstaten: “De facto was een Vlaams-nationalistische partij keihard aan het ijveren om bevoegdheden te herfederaliseren. Het coronavirus deed gekke dingen met politici.” En, tot slot: “Ook de oeroude zuilen duiken op bij de organisatie van de contactopsporing. Het gestolde land doet zijn werk.”
Obsessie
Ook de media krijgen een veeg uit de pan van De Backer, en wel vanwege hun obsessie voor corona. Hij verwijst naar de buurlanden, waar dat veel minder het geval was. Dat klopt, ook in volle pandemie kon je op de Nederlandse tv wel eens naar nieuwsuitzendingen en talkshows kijken zonder dat het over corona ging. Dat was bij ons ondenkbaar.
Gingen wij te ver, of de anderen niet ver genoeg? Een ongekende pandemie met 25.000 doden, lockdowns, miljarden verlies en een totale ruptuur in ons sociaal, familiaal en professioneel bestaan, het is niet alledaags. Anderzijds kreeg de aandacht echt wel neurotische trekken. De Backer verwijst naar de drang om het scorebord der besmettingen bij te houden, anderhalf jaar lang, dag na dag. Ook voor zijn eigen gemeente, Kapellen, waar de meeste inwoners werken in Antwerpen of Brussel en de helft van de kinderen in Brasschaat school loopt: “Die cijfers zeggen dus niets over de verspreiding van het virus.”
En we lijken opnieuw vertrokken. Vandenbroucke heeft de vierde golf aangekondigd en haalde daarmee de journaals en de voorpagina’s. In de buurlanden bleef het rustig. Al is ander coronanieuws daar ook nooit ver weg: deze week bijvoorbeeld dat we te weinig vaccins geven aan ontwikkelingslanden (Nederland) of de discussies over de coronapas (Frankrijk). Maar niet dat obsessieve cijfertjes staren met eindeloze analyses en vermaningen. Dat zal wel wat minder kunnen, zoals u zegt, meneer De Backer.
En nu is het oorlog, Philippe De Backer, Ertsberg, 256p
De aandacht kreeg neurotische trekken. De Backer verwijst naar de drang om het scorebord der besmettingen bij te houden, anderhalf jaar lang, dag na dag.