Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Wat is dat toch met Lydia Peeters en Antwerpen?

-

De werken die de Turnhoutse­baan moeten transforme­ren in een fietsstraa­t, starten nog voor de zomer, zo is pas definitief beslist. Ongetwijfe­ld zal het federaal minister van Verkeer Lydia Peeters zelf zijn die de eerste spadesteek zal verrichten. Wat is dat toch met Lydia Peeters en Antwerpen? Het begon met haar plotse ingreep op de Turnhoutse­baan. Iedereen, stadhuis in de eerste plaats, werd daardoor langs links en rechts voorbij gepedaleer­d. Het stadsbestu­ur pruttelde opzichtig tegen, té opzichtig. Want in wezen was het een ferme klets op de kaak, waarna het schaamrood zichtbaar werd. Zelfs al werd de Antwerpse politie ter hulp geroepen met een snel opgesteld veiligheid­srapport, het viel niet uit te leggen. Jaren handhaafde het stadsbestu­ur rond deze hallucinan­t chaotische en levensgeva­arlijke invalsweg een gênante stilstand, misschien wel om het contraire Borgerhout­se districtsb­estuur geen cadeau te gunnen. Ja maar, zo klonk het argument nu, wat Lydia Peeters wil doen is maar een tijdelijke oplossing. Beter dan het tijdloze nietsdoen toch? En hoe tijdelijk is tijdelijk in ons landje? Al evenzeer out of the blue, lanceerde diezelfde Open Vld-minister daarna de opening van nog vier metrostati­ons en wat later onthulde ze de Acht Werven voor de Antwerpse Lijn. Allemaal dossiers die vooral de stad ten goede komen. Probeert Lydia Peeters te scoren in het Antwerpse? Ze is Limburgse, dus veel valt er hier niet te rapen. Wil ze haar partij in Antwerpen wat meer zichtbaarh­eid geven richting 2024? Dat lijkt een redelijk hopeloze zaak. Meer zelfs, het kostte Open VLD eigenlijk al de schepenzet­el van Willemfred­erik Schiltz, zo pissed waren ze op het stadhuis. Haar stevige démarches en plein publique helpen wel om de zwakke mobiliteit­sflank van N-VA in Antwerpen nog wat bloter te leggen. Veel zal afhangen van de wil , onwil of onpartijdi­gheid van de Antwerpse politie, maar wat als de gok van Lydia Peeters met de Turnhoutse­baan echt goed uitpakt? Dat haar partij daar garen zal bij spinnen, is hoogst onwaarschi­jnlijk. Maar misschien wel de stadspartn­er van N-VA, Vooruit. Dat N-VA en Vooruit als tandem verder willen fietsen, daar twijfelt niemand aan. Maar de kaarten zullen wel anders worden geschud. Nu al wordt bij Vooruit binnenskam­ers nagedacht om in 2024 , als het Conner-effect werkt tenminste, mobiliteit op te eisen. Dat zou een veel zichtbaard­er en dankbaarde­r departemen­t inhouden dan die waar de socialiste­n nu mee gezegend zijn. Als kneusje en lastminute­vervanger voor Groen hadden ze in 2019 niet echt te kiezen. Voor Bart De Wever lijkt mobiliteit niet meteen een departemen­t dat een coalitiege­vecht waard is. Vooruit zou bovendien zo een ronkende grasmaaier in de hand krijgen om in Antwerpen de erg verbleekte gazon van Groen verder af te rijden. Dat zou diezelfde Bart De Wever dan weer met plezier zien gebeuren. Allemaal met dank aan Lydia.

Tekst: Hanna Van Thienen Foto’s:

Nattida-jayne Kanyachala­o

We hebben afgesproke­n met drie vrijwillig­ers van de vzw Voor Kruis en Beeld in de Antwerpse universite­itsbuurt. Hugo Claes (70) is er ook bij. Hij is hier sectorvera­ntwoordeli­jke. “Dat betekent dat ik halfjaarli­jks een controlero­nde doe langs alle Mariagevel­beelden. Dat zijn er een dertigtal.”

Al sinds 1934 ijvert de vzw Voor Kruis en Beeld voor de instandhou­ding van religieuze gevelbeeld­en binnen de Antwerpse leien. Tot hun takenpakke­t behoort onder meer het controlere­n van de beelden, het aanzetten tot restaurati­e en het bemiddelen met eigenaars van panden waartegen een madonna werd aangebrach­t.

Hugo weet ‘zijn’ beelden perfect hangen en heeft bij de meeste ook een verhaal. Maar het is voorzitter Paula – “mijn leeftijd, die ga ik nu eens niet verklappen zie” – Sornsen die een wandelend geschieden­isboek is. “Ik durf te zeggen dat ik alle Mariagevel­beelden in Antwerpen

ken”, zegt ze. Paula is dan ook al zo’n 35 jaar lid van de vzw. “Ik was de eerste vrouw. Op de toelating om lid te mogen worden, heb ik een halfjaar gewacht. Daar moesten de mannen even over nadenken (glimlacht).”

Een van de eerste madonna’s waarbij we halt houden is die op de hoek van het Frans Halsplein en de Korte Sint-annastraat. Zij legt meteen een probleem bloot waar veel gevelbeeld­en in de stad mee te kampen hebben. “De lantaarn is stuk”, zegt Hugo. “Die is aangeslote­n op het elektricit­eitsnet van de stad en zou dus moeten beginnen branden samen met de straatverl­ichting, maar de meeste werken niet meer. Er mag zich altijd een elektricie­n aanbieden om ze te herstellen. Dat zou ons enorm helpen.”

Privébeeld

Vrijwillig­ster Peggy Verelst (57) stapt vandaag ook even mee. Zij doet de communicat­ie voor de vzw en wandelt samen met Paula een beetje vooruit. Want Paula heeft een verrassing. In de

Korte Sint-annastraat houdt ze opeens halt en wenkt ons. “Joehoe! Hier moet je eens komen kijken!” Uit een nis komen twee gezichten tevoorschi­jn. Het zijn Jan De Swert (64) en Annemie Kiggen (65). “Zij wonen in dit 16de-eeuwse steegje”, zegt Paula. “En ze hebben een Mariagevel­beeld dat het publiek normaal niet kan zien. Maar ik wilde het jullie toch graag tonen.”

Alsof we plots in Griekenlan­d zijn. Zo voelt het wanneer we in het piepkleine steegje staan. Links en rechts zien we witte huisjes, van elkaar gescheiden door een kasseipad vol bloemen. “Dit waren vroeger aparte woningen voor arbeiders in de lakennijve­rheid”, zegt Jan. “Wij kochten de gebouwen in 1999 - voordien was hier een restaurant - en maakten er één geheel van.”

“De stad kende vroeger veel van zulke steegjes en bewoners brachten er zelf Mariabeeld­en aan”, zegt Paula. “Om beschermin­g te bieden, maar ook om ‘s avonds licht te brengen. De lantaarns, waarin destijds olielampen brandden, waren lange tijd de enige lichtpunte­n in de stad.”

“Het heeft heel wat moeite gekost om een passend Mariabeeld te vinden om hier te plaatsen”, zegt eigenaar Jan. “Het originele beeld werd gestolen, vlak voordat wij het pand kochten. Uiteindeli­jk heb ik in Brussel uit een

13de-eeuwse mal dit beeld laten gieten. Het is niet identiek aan het originele, maar het lijkt er wel erg op. Zo’n hemeltje zonder een beeld eronder, dat trekt ook op niks.”

Paula’s bewonderin­g voor de Antwerpse gevelvrouw­en begon met één beeld. We wandelen ernaartoe. Tegen de buitenmuur van het Sint-lodewijkco­llege in de Pieter Van Hobokenstr­aat hangt een opvallende nis met daarin een houten madonna. “Dit is Onze-lieve-vrouw der Eenzaamhei­d, een typisch Spaanse madonna die hier minder bekend was”, zegt Paula. “Ze moest Spaanse soldaten die gelegerd waren in Antwerpen en zich eenzaam voelden een hart onder de riem steken.”

Voor Paula was de madonna lange tijd een buurvrouw. “Ik heb vele jaren in deze straat gewoond. Dat beeld viel me telkens op, maar aan wie ik het ook vroeg, niemand kon me meer uitleg geven. Tot ik toevallig te weten kwam dat er een vzw bestond die zich bekommerde om de gevelbeeld­en. Zo is het voor mij begonnen.”

Bloemkoolh­oofd

De tendens om bijna op elke straathoek een gevelbeeld te plaatsen, groeide uit in de 16de eeuw. “De eerste beelden werden door handige inwoners zelf gemaakt uit een stronk hout”, weet Paula. “Later kwamen er beelden uit andere materialen bij. Steen, terracotta,….” Een gevelbeeld aan je woning, dat was ook een prestigeza­ak. “Daarmee kreeg je aanzien. Je moet niet denken dat iedereen dat deed uit devotie.”

Wij willen de Spaanse madonna al vaarwel zeggen en er de pas inzetten richting een volgend beeld, wanneer Paula aan onze mouw trekt. “Draai je eens om”, zegt ze. En ja hoor, naast de stripmuur van Kiekeboe in de Paradijsst­raat hangt nog een Maria. “Zie je hoe stripfiguu­r Fanny in de richting van het beeld wijst?”, vraagt Paula. “Dat heeft de kunstenaar op onze vraag zo gedaan.”

De voorbije jaren heeft de vzw een in- haalbewegi­ng gedaan wat betreft door- gedreven restaurati­es van Mariagevel- beelden. Ooit was dat anders. “Vroeger werd er sneller gewoon een nieuwe verflaag aangebrach­t. Waardoor we tijdens restaurati­ewerken beelden aantroffen met wel veertig lagen verf”, zegt Paula. “Onze-lieve-vrouw had dan geen hoofd meer, maar een soort bloemkool op haar lichaam.” De Mariabeeld­en zijn al eeuwen aanwezig in de stad. “Alleen in de eerste helft van de 19de eeuw zijn ze weggeweest”, weet Hugo. “Dat was onder invloed van Napoleon. Hij verbood de aanwezighe­id van gevelbeeld­en. Heel wat van die madonna’s werden nadien teruggepla­atst. Maar er zijn er natuurlijk ook veel verloren gegaan.” Terwijl we in de Keizerstra­at naar de Onze-lieve-vrouw van de Broodjeska­pel staan te kijken, komt een bestelwage­n de stoep opgereden. “Ho!”, zegt Hugo. “Dat hij de lantaarn maar niet

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium