Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Ook chauffeurs zien bussen niet opdagen
De Lijn kampt met tekort aan technici om reparaties uit te voeren
Niet alleen reizigers worden geconfronteerd met een bus van De Lijn die niet komt opdagen. Ook buschauffeurs maken hetzelfde mee. Bijna dagelijks zijn er tien tot twaalf chauffeurs die niet kunnen uitrijden, omdat er door defecten gewoonweg geen bus is. Dat is alleen al het geval voor de stelplaats op Zurenborg.
De vakbonden ACOD en ACV maken zich steeds meer zorgen over het tekort aan technici en chauffeurs bij De Lijn. Dat tekort laat zich steeds meer voelen in de dienstverlening.
“De Lijn wordt geconfronteerd met een tekort aan technici”, zegt Geert Vermunicht, ACOD-De Lijn Antwerpen. “Dat betekent dat bussen niet hersteld geraken. Daarbovenop komt ook nog eens het gebrek aan wisselstukken.”
De Lijn kocht onlangs nog zeshonderd nieuwe bussen, maar die blijken allemaal met kinderziektes te kampen. “In het verleden werden kleinere aantallen bussen gekocht”, zegt Stan Reusen, ACOD De Lijn Vlaanderen. “Als er dan kinderziektes waren, kon dat worden doorgegeven aan de leverancier, zodat die er bij de volgende levering niet meer waren. Nu zijn er veel bussen, maar rijden ze niet.” Het gevolg is dat in de stelplaats Zurenborg alleen al dagelijks tien tot twaalf chauffeurs niet kunnen uitrijden doordat er geen bus voor hen ter beschikking is. “De Lijn heeft normaal ongeveer 29% aan reservevoertuigen”, zegt Reusen. “Maar die zijn er nu niet omdat ze ofwel al worden ingezet of omdat ze defect zijn.”
Concurrentie van haven
Op de stelplaats Zurenborg is er een tekort aan vijf à zes technici. Ook in Mechelen en Turnhout schommelt het tekort rond dat cijfer. “Het is heel moeilijk om mensen met een technisch profiel te vinden”, zegt Jo Van Der Herten, ACV Openbare Dienst Antwerpen De Lijn. “Bovendien moet De Lijn concurreren met de haven, die voor veel mensen een aantrekkelijkere werkgever is. Het gevolg is dat de achterstand in het onderhoud van de voertuigen verder blijft oplopen. De Lijn zit nog altijd in de fase van curatief onderhoud, terwijl het eigenlijk zou moeten evolueren naar preventief onderhoud. Dat lukt nu niet.”
Daarnaast blijft ook het vinden van chauffeurs een probleem. “Er zijn misschien wel voldoende chauffeurs nu, maar er is geen overschot”, zegt Van Der Herten. “Normaal heb je chauffeurs die bij het wegvallen van een collega kunnen inspringen tijdens de spitsuren of de vroege dienst. Die zijn er nu niet. Als een chauffeur ziek wordt, dan is er niemand meer om hem of haar te vervangen en valt die bus- of tramrit gewoon weg.”
Volgens beide vakbonden zijn de personeelsproblemen terug te brengen tot de besparingen bij De Lijn.