Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Zonder Tadej had ik het niet aangekund”

Pogacars vriendin beleefde moeilijkst­e weken van haar leven na overlijden mama

-

In september 2020 won Tadej Pogacar (23) niet alleen zijn eerste Tour, hij kreeg ook te horen dat bij de mama van zijn verloofde Urska Zigart (25) slokdarmka­nker werd ontdekt. Anderhalf jaar lang hoopte het jonge wielerkopp­el dat alles goed zou komen. Tevergeefs. Nu vertelt Pogacars levensgeze­llin, zelf ook profrenste­r, voor het eerst over de moeilijkst­e weken van haar leven.

Op 20 april reden jij en Tadej nog de Waalse Pijl. De dag erna vlogen jullie halsoverko­p naar Slovenië. “We kregen op de avond van de Waalse Pijl telefoon van mijn papa, met het nieuws dat mijn mama niet meer reageerde in het ziekenhuis. Jammer genoeg overleed ze voor we bij haar aankwamen. Het was erg triestig dat ik geen afscheid kon nemen.”

Net na de wedstrijd had je nochtans nog contact met haar.

“Ja, ze had nog een berichtje gestuurd. Ze zei dat ze mijn wedstrijd had bekeken en wenste me proficiat. Ze wilde met andere woorden niet dat ik me zorgen zou maken. Ik wist dat ze in het ziekenhuis lag, maar daar was ze al een paar keer binnen en buiten geweest. Dat het deze keer zo slecht ging, had ze niet gezegd.”

Het moet een steun geweest zijn dat je net op zo’n moment Tadej in de buurt had.

“Dat maakte een heel groot verschil voor mij. Hij aarzelde geen seconde om Luik - Bastenaken - Luik te laten schieten en met me mee te gaan. Ik weet niet of ik het zonder Tadej had aangekund.”

Ik sprak je nog na de Waalse Pijl. Je zei dat je trouwplann­en met Tadej uitgesteld waren zolang je moeder niet de gezondheid had om naar het feest te komen. Jullie hadden dus nog goede hoop.

“Ik geloofde echt dat ze nog voldoende zou herstellen om ons trouwfeest mee te maken. Maar de realiteit was ook dat ze in september 2020 (tijdens de eerste Tour die Pogacar won, red.) een zware diagnose had gekregen: slokdarmka­nker, stadium 4. Er waren ook uitzaaiing­en in het ruggenmerg en in de wervelkolo­m. De dokters gaven haar toen maar twee tot zes maanden meer. Vanaf dan stond ik elke ochtend op met de schrik om een telefoontj­e met slecht nieuws te krijgen.”

Uiteindeli­jk was ze nog een jaar en acht maanden bij jullie. En jullie gaven nooit de hoop op.

“In dat anderhalf jaar deden we er alles aan om haar de best mogelijke behandelin­g te geven. In de Verenigde Staten probeerden we een speciale behandelin­g uit. Twee dagen voor haar dood werd nog een medicijn goedgekeur­d dat normaal tegen borstkanke­r wordt gebruikt. Helaas heeft ze dat niet meer kunnen krijgen. Uiteindeli­jk kreeg ze overal uitzaaiing­en, ook op de longen.”

Twee weken na haar dood stapte je weer in koers.

“Mijn papa begreep niet dat ik zo snel opnieuw aan competitie kon denken. Ik zei hem dat het mijn job is, ook al had de ploeg (Zigart rijdt voor Team Bikeexchan­ge - Jayco, red.) er alle begrip voor gehad als ik langer had gewacht om te hervatten.”

Zie je het fietsen als een uitlaatkle­p in deze periode?

“Ja. Het is lastig om gewoon thuis te zitten en te denken aan mijn moeder, in het huis waar ze altijd is geweest. Als ik ga fietsen, nemen die gedachten minder de bovenhand. Weglopen van mijn gevoelens doe ik niet, soms word ik emotioneel. Het is ook goed om met de leden van de ploeg samen te zijn. Iedereen is er voor me. Ik kreeg van de ploeg zelfs een heel mooi cadeau: een halskettin­g met haar foto erin.”

Welke rol heeft je moeder gespeeld in je wielercarr­ière?

“Ze was mijn grootste fan en geloofde in mijn talent. Ze volgde al mijn wedstrijde­n. Toen ik vorig jaar een rit won in de Ronde van Valencia, zette ze op de autosnelwe­g haar auto aan de kant om de aankomst niet te missen. Op dat moment was ze op weg naar een ziekenhuis in Duitsland, voor een zoveelste operatie.”

De Tour en de Giro rijd je normaal niet dit jaar. Welke wedstrijde­n staan er wel nog op het programma?

“Na de Ronde van Burgos (die zondag eindigt, red.) rijd ik van 18 tot 21 juni de Ronde van Zwitserlan­d. Daarna zijn de Sloveense kampioensc­happen een doel. Die worden in mijn thuisstad Slovenska Bistrica georganise­erd. Het zou heel mooi zijn om het daar goed te doen. Dat wordt ook emotioneel. Ik zou heel graag een wedstrijd winnen voor mijn moeder.”

Vorig jaar won je een rit in de Ronde van Valencia. Toen was Tadej door het dolle heen.

“Er is een heel leuke foto van Tadej die supportert voor het schermpje van zijn telefoon. Het eerste bericht dat ik van hem kreeg achteraf was: Oh, eindelijk! We zijn heel blij om elkaar goed te zien presteren. Ik denk dat we elkaars grootste fan zijn. Dit jaar wil ik opnieuw zo’n wedstrijd winnen.”

Misschien is hij nog gelukkiger als jij wint dan als hij wint?

“Dat beweert hij, maar ik weet niet of ik het moet geloven. (lacht)”

Hoe valt het mee om met Tadej samen te wonen in Monaco? Steekt hij een handje toe in het huishouden?

“Eigenlijk is hij heel blij om te helpen. Hij kookt soms. Een paar weken geleden werd ik aangereden door een auto op training. Ik was nog wat in shock, dus hij maakte de lunch. Het was superlekke­r: zalm in de oven met honingsoja­saus, een crunch van walnoten erbovenop, groentjes en olijfolie... Waarschijn­lijk een recept van het internet.

Ook als hij alleen thuis is, kookt hij. Eten bestellen doet hij zelden.”

En gamet hij?

“Hij speelt ook graag met de Playstatio­n, ja. Call of Duty en FIFA. Het enige wat ik altijd hoor in huis is Manchester City, dus hij zal wel met die ploeg spelen.”

Toen jullie elkaar leerden kennen in 2015 vond je dat hij nog te veel trekken van een jongetje had. Is hij ondertusse­n volledig volwassen geworden of toch nog een groot kind?

“Een beetje van allebei. Toen ik hem leerde kennen, was hij zeventien. Op die leeftijd zijn jongens toch jongens? Ik keek niet naar hem als iemand die mogelijk mijn vriendje zou worden. Intussen is hij veel volwassene­r geworden. Toch heeft hij ook zijn kleine, speelse, kinderacht­ige momenten. Daar zie ik niets slechts in. Het is leuk om hem op die manier rond me te hebben. Ik denk dat de media die kant van hem nu ook meer te zien krijgen, als hij een grapje maakt bijvoorbee­ld.”

Pogacar heeft de bijnaam ‘Tamau’. Wat betekent dat?

“Tamau betekent de kleine in het dialect waar hij vandaan komt. De kleine Pogi. Ik noem hem gewoon Tadej. Soms noemen ze mij Pika, omdat ik een moedervlek heb op mijn linkerknie, een redelijk grote. Pika is de Sloveense vertaling daarvoor. Soms noemt hij me zo om te lachen. (lacht)”

Is het soms lastig om de vriendin van de grote Tadej Pogacar te zijn?

“Het is niet altijd zo makkelijk als iedereen denkt. Het is natuurlijk leuk om hem te zien winnen. Maar soms leg ik mezelf extra druk op, alsof andere mensen van mij hetzelfde verwachten als van hem. Maar ik ben in mijn team niet de kopvrouw of de ster.”

Op welke manier ga je de rest van het seizoen aanvatten?

“Ik ga mijn leven niet meer zo hard plannen zoals ik vroeger deed. En ik ga genieten van elke dag en wedstrijd die komt.”

YOB HILLEWAERT

 ?? FOTO PRESSE SPORTS ??
FOTO PRESSE SPORTS

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium