Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Als ik mijn wagonnetje kan aanpikken, ben ik al blij”
Gerry Druyts wil aan het wielrennen vooreerst plezier beleven
De sterke Limburgse veelwinnaar Rutger Wouters flikte het gisteren in Aartselaar opnieuw en won op overdonderende wijze. Voor een mooie uitslag kwam Gerry Druyts niet meteen in aanmerking, al liet hij zich in zijn derde wedstrijd van het seizoen niet onbetuigd in de aanval.
Vier renners kozen al in de tweede ronde voor het offensief en kregen een ronde later de steun van een dozijn renners. De teerling leek geworpen toen de koplopers tot anderhalve minuut uitliepen, maar dat was zonder Guillaume Seye en zeker Rutger Wouters gerekend. Die brachten samen met nog een achttal renners een tegenoffensief op gang en onder impuls van voornoemd duo werd die ruime kloof alsnog gedicht. De Limburgse ex-nationaal kampioen versnelde in de slotfase en won uiteindelijk meer dan verdiend. Goed voor zijn twaalfde zege van het seizoen.
Fietshersteller
Gerry Druyts was nog maar aan zijn derde wedstrijd van het seizoen toe, maar dat was er niet meteen aan te zien. Toen Wouters en Seye hun tegenoffensief aanvatten, zette hij alle zeilen bij om mee te zijn en dat lukte hem nog ook.
“Sommige renners vergenoegen zich er dan mee om de benen stil te houden en alle medewerking te weigeren in de achtervolging in de hoop zo op een diefje mee in de spits te geraken”, vertelde de 31-jarige renner uit Brecht achteraf. ”Zo zit ik niet in mekaar. Ik probeer dan mijn wagonnetje aan te pikken, maar daarna zal ik mijn steentje bijdragen. Dat waarderen die mannen ook. Ach, weet je, koersen staat voor mij nu vooral in het teken van plezier beleven. Sinds april vorig jaar ben ik niet ver van het centrum van Brecht als zelfstandig fietshersteller begonnen. Dat loopt als een trein. Ik zit op dit moment tussen de dertig en veertig herstellingen per week. Ik werk op maandag, donderdag en vrijdag omdat onze twee kinderen Kobe en Kasper dan in de kinderopvang zijn.”
Met dank aan mijn vriendin
Dinsdag en woensdag probeer ik zo veel mogelijk bij te werken als ik de kinderen onder mijn hoede heb. Op dinsdag ga ik een uurtje losrijden en op woensdagavond rijd ik met een groep snelle fietsers uit Wuustwezel enkele uren rond. Dat kan enkel omdat mijn vriendin Anke, zelf in het gebouw naast mijn winkel actief als kinesiste, me dat gunt. Anders zou ik al gestopt zijn met wielrennen. Net daarom is presteren nu ondergeschikt aan het plezier dat ik beleef aan het fietsen. Als ik de beteren nog kan volgen en mee de koers kan maken, ben ik al meer dan tevreden. Misschien zit een mooie uitslag er af en toe nog wel in als ik nog wat meer wedstrijdkilometers in de benen heb. Maar eerlijk, daar lig ik al lang niet meer van wakker.“