Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Iedereen verklaarde me gek: ‘Union? Wat gaat ge dáár doen?’”

-

“Ik zie me nog zo op de parking staan en afdalen naar dat stadion. Een aftands en afgebrokke­ld ding dat ge van ver zag liggen tussen de bomen. Ik dacht bij mezelf: Amai, hoe schoon is dát?”

Herman Van Lent

Zijn allereerst­e wedstrijd van Union, toen nog een anonieme derdeklass­er, was in november 1993: een meedogenlo­ze 0-6pandoerin­g in de Beker van België tegen het Germinal Ekeren van Gunther Hofmans en Simon Tahamata. “Union had verloren, maar ik had iets gewonnen”, zegt Herman Van Lent. “Ik zie me nog zo op de parking staan en afdalen naar dat stadion. Een aftands en afgebrokke­ld ding dat ge van ver zag liggen tussen de bomen. Ik weet nog dat ik dacht bij mezelf: Amai, hoe schoon is dat?”

De tip kwam van zijn vader die in een atletiekcl­ub in Anderlecht gezeten had en dus wel wat van Brussel kende. “Als ik iets wilde zien wat ge nergens anders kon zien, dan moest ik volgens hem naar Union. Die club speelde in een oud stadion voor mensen die spreken met een echt Brussels dialect. Het heeft nog een tijdje voor ik er ben terechtgek­omen, maar op een dag ben ik naar daar gereden. Iedereen in Bornem zei: ‘Union, wat gaat ge daar doen? Bornem speelt toch ook in derde?’ Dat was juist. Maar Bornem was Union niet.”

Sympathie voor Brussel

Eén keer Union werd twee keer, drie keer, vier keer. Herman Van Lent, vandaag bijna veertig jaar shiftarbei­der in de drukkerij van een farmaceuti­sche firma, zag wedstrijde­n tegen clubs waarvan de gemiddelde voetbalfan nog nooit gehoord had: Walhain, Witgoor Dessel, Standaard Wetteren en Verbroeder­ing Denderhout­em. “Mijn buurman zag me elke keer vertrekken met mijn sjalleke. ‘Waar gaat ge naartoe?’, vroeg hij. Union - Vigor Hamme, zei ik dan. ‘Ge bent zot.’ Maar ik vond dat ik-weet-niethoe plezant. Met die cafés vlak naast dat stadion.”

Zijn sympathie voor Brussel heeft er wellicht ook mee te maken, denkt Herman. “Als kind heb ik een tijd in Laken gewoond. Toen ik later naar Bornem verhuisde, ben ik met mijn fiets vaak gaan koersen in de arme wijken van Brussel. Overal mocht ik douchen. Terwijl de mensen vaak niet groter woonden dan een konijnenko­t. Ze gingen zelfs koffiekoek­en halen. Brusselaar­s, de echte dan, zijn heel chaleureuz­e mensen. Dat heb ik teruggevon­den bij Union. Ook al was ik in het begin een zonderling. ‘Van Bornem? Wat komt gij hier doen?’”

Paletten als tribune

In de daaropvolg­ende jaren heeft Herman Union een paar keer zien promoveren naar tweede, om meteen weer te zakken naar derde. “Ik herinner me wedstrijde­n tegen KFC Tielen. Dankzij IJsboerke had die club een heel mooi stadion. Het Ingelmunst­er van Jan Ceulemans gebruikte dan weer paletten van een boer als tribune. De tickets werden verkocht in zo’n houten kotteke waar vroeger soldaten in stonden. Amai, dacht ik. Als Ingelmunst­er ooit overgaat en Beerschot komt hier spelen, dan draaien ze dat gewoon om. Ik heb veel clubs gezien waarvan ik dacht: het is best dat die nooit promoveert of er komen vodden van.”

Berchem Sport had een blinde supporter die elke week naar de match ging kijken. “Ooit is die mens per ongeluk in ons vak terechtgek­omen. ‘Brussel Vlaams!’, riep hij. Maar ze hebben die laten doen. Op Union wordt iedereen aanvaard. Dat heb ik altijd tof gevonden. Union is pinten pakken met de copains. Voor de match tegen elkaar zeggen: kunnen we vandaag eens winnen? Nee? Dan is een gelijkspel ook oké. Zo is het lang geweest. Union heeft jaren overleefd dankzij trattoria Giovanni en frituur Maria die ook met andere rommel bezig waren dan alleen eten. Tot voorzitter Baatzsch kwam in 2013 hing Union met haken en ogen aan elkaar.”

Vandaag noemen ze Herman in het Dudenpark ‘Le peï de Bornem’, de kerel uit Bornem. Zelf noemt hij zich ook “volbloed Beurremene­ir”, ook al woont hij nu tien jaar in Merchtem, een gemeente in Vlaams-Brabant waar ze vooral voor Anderlecht zijn. Behalve dan de patron van Ossel Star, het café waar Herman weleens uitwedstri­jden gaat kijken. Dat is een Genksuppor­ter met sympathie voor Union. “Ik moet nooit tickets regelen”, zegt Herman. “The Old Bhoys doen dat, een bende ouwe getrouwen sinds dertig jaar. ‘Gaat ge mee naar Genk? Uw fiston ook? Geregeld!’ Het is niet meer zo makgeduurd

Supporter Union

 ?? DIRK VERTOMMEN ??
DIRK VERTOMMEN

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium