Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Geen geld, geen capaciteit
Zuid-amerika is net België. Sorry, daar hebben we geen geld voor. Helaas, daar hebben we de capaciteit niet voor.
De Antwerpse burgemeester Bart De Wever en zijn Rotterdamse ambtsgenoot en mattie Ahmed Aboutaleb zijn weer veilig teruggekeerd van hun missie in Zuidamerika. Samen met hun Hamburgse collega Peter Tschentscher hebben ze op twaalf dagen tijd een bijna onmenselijke tour of duty door Colombia, Ecuador, Peru en Costa Rica afgerond. Het aantal politiebazen, openbare aanklagers, ministers, presidenten, douaniers, havenbazen en ambassadeurs die klaar stonden om De Wever en Aboutaleb met open armen te ontvangen, kent niemand precies. Maar je zou minstens twee bussen nodig hebben om ze te vervoeren. Dat De Wever en Aboutaleb als ware staatsleiders werden onthaald, zegt veel over de wanhoop in Zuid-amerika. “Help ons”, zo klonk het overal. “En blijf vooral zaken met ons doen”, zo voegden ze er aan toe.
In de haven van Buenaventura had de havenautoriteit alles uit de kast gehaald om indruk te maken op de delegatie uit Antwerpen, Rotterdam en Hamburg. Een flitsende presentatie om de haven aan te prijzen, dansende en musicerende dames die voor een vleugje ambiance moesten zorgen, een opslagplaats voor koffiebonen die werd omgetoverd tot een soort beurs waar de politie al haar wapens en uitrusting kwam showen. En een diner dat werd opgeluisterd door een wereldberoemde bisschop, die twee oorlogvoerende drugsbendes had overtuigd een vredesverdrag af te sluiten. Toen ik in de bus mijn verbazing uitsprak over de sensationele ontvangst zei een van de begeleidende politiemensen: “Uw bezoek is heel belangrijk voor ons.”
Ook in Ecuador en Peru haalden ze alles uit de kast om Europese gasten veilig te ontvangen. De Ecuadoranen hadden maar liefst tweehonderd politieagenten opgetrommeld om ons veilig naar het hotel escorteren. Voor het hotel stonden dag en nacht soldaten de wacht te houden. In Peru en Costa Rica ging het er iets relaxter aan toe, maar ook daar hadden ze heel wat politiemensen opgetrommeld om de buitenlandse gasten te beschermen.
De manier waarop De Wever en co. werden ontvangen, zegt iets over de gastvrijheid van de Zuidamerikanen, maar vooral ook over hun wanhoop. In Colombia en Peru vechten ze al jaren tegen drugskartels, maar zien ze met lede ogen toe hoe steeds meer Europeanen hun neus vol coke steken. Om al die milieubewuste yogasnuivers te bedienen, kappen de drugskartels in Peru steeds meer regenwoud om nieuwe cocaplantages te kunnen aanleggen. In Costa Rica, een redelijk welvarend land in vergelijking met de buurlanden, vormt de drugsmaffia een regelrechte bedreiging voor het toerisme en de fruitexport. In Ecuador is de situatie gewoon uitzichtloos. De drugsbendes staan op het punt om het land helemaal over te nemen.
De Zuid-amerikanen schreeuwen om hulp. Ondanks de corruptie is er ook veel goede wil om de strijd met georganiseerde misdaad aan te gaan. Maar als je aan de politiemensen of magistraten vraagt waar het fout gaat, klinkt het verhaal heel herkenbaar. “We hebben niet de financiële middelen, noch voldoende personeelscapaciteit om de strijd met de drugsmaff ia aan te gaan.” Ze hebben scanners in de haven, maar onvoldoende personeel om beelden te analyseren. Scanners die uitvallen, blijven wekenlang defect omdat er geen geld is voor wisselstukken. Hun havens hangen inmiddels vol hightechcamera’s, maar er zijn maar een handvol agenten om de duizenden beeldschermen te bekijken. Er zijn onvoldoende politiemensen en magistraten om onderzoek te doen. In Ecuador worden politieagenten al maanden niet meer betaald, omdat de staat bankroet is.
De verhalen uit Zuid-amerika doen erg denken aan de klaagzang van politie en gerecht in eigen land. Ook bij ons zijn er altijd geld en middelen te weinig en is er onvoldoende capaciteit bij politie en justitie. Er bestaat alleen een groot verschil: België is een welvarend en modern land, terwijl een groot deel van de bevolking in Latijns-amerika straatarm is. Het tekort aan geld en middelen is dus een bewuste keuze van onze beleidsmakers in de Wetstraat. Of er in de Wetstraat echt de wil bestaat om de havengerelateerde georganiseerde misdaad aan te pakken, valt te betwijfelen. Onze politici in Brussel lijken vooral wakker te liggen van de verslaafden in de stations. Maar ja, die kunnen ook zo geweldig in de weg liggen, natuurlijk.