Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Wij bedienen Roemenen met Google Translate”

- KRIS VANMARSENI­LLE

“Mijn man en ik zouden misschien nog terug willen naar Roemenië, we missen ons land vaak, maar dat kunnen we onze kinderen niet aandoen. Zij zijn hier geboren en ze voelen zich hier thuis”

Anca Filip

Eigenares Magazin Românesc La Muzicantul

Ze zijn een van de snelst groeiende groepen buitenland­ers in ons land, en ze onderstutt­en onze arbeidsmar­kt als geen ander: in heel wat knelpuntbe­roepen zien ze de Roemenen graag komen. Steeds meer van die mensen blijven hier ook plakken. Hoe leven en werken deze nieuwkomer­s in onze provincie, en raken ze ook echt geïntegree­rd? Dat onderzoeke­n we in deze reeks. Vandaag deel 6 (slot): Rijkevorse­l en ‘zijn’ Roemenen. Sinds vechtparti­jen voor een Roemeens café vorige zomer de rust in Rijkevorse­l verstoorde­n, werd stilzwijge­nd aangenomen dat het dorp een probleem had met de snel toenemende Roemeense bevolking. Dat blijkt een half jaar later niet te kloppen.

“Moeten we het daar nu echt weer over hebben”, zucht Mitiai Iatchiv. Samen met zijn vrouw Florentina baatte hij het café La Romica uit waar de problemen zich voordeden. “Door corona kwamen hier ook veel Nederlande­rs. Iedereen zat buiten, er werd te veel gedronken, er werd gevochten, de buren klaagden, de politie moest tussenkome­n... En toen werd ons café drie maanden gesloten. ”We hebben het dan maar meteen zes maanden dicht gehouden en het omgevormd tot een winkel”, vertelt zijn vrouw. “En dat is veel beter”, vult Mitiai aan. “Ik ga nu nog wat verbouwen om de zaak aantrekkel­ijker te maken. Die grote stickers moeten van de ruiten, zodat iedereen binnen kan kijken. En dan is die slechte reputatie hopelijk helemaal weg.”

Eigenlijk werkt Mitiai in de bouw en combineert hij dat met het werk voor de zaak. Florentina staat in de winkel met nog twee Roemeense personeels­leden. En ze zorgt voor hun drie dochtertje­s van zeven, vijf en één jaar. Het stel had al een Roemeense winkel in Malle, maar die hebben ze verkocht aan een andere Roemeen. In Turnhout hebben ze een huis gekocht, hun kinderen gaan in Rijkevorse­l naar school. Hun Nederlands is gebrekkig, maar goed genoeg voor een aangenaam gesprek. “Wij blijven hier”, zegt Florentina. “Het is hier goed in Rijkevorse­l, voor ons en voor onze kinderen.”

Aangenaam clientèle

Zo denken veel Roemenen die in het dorp zijn terechtgek­omen. Ze raken stilaan ingeburger­d en voor de meeste Rijkevorse­lnaren is dat prima, zo blijkt tijdens een bezoek aan de gemeente op een zonnige morgen in januari. Waar we ook binnengaan, wie we ook aanspreken, iedereen weet wel ergens Roemenen wonen. De middenstan­d krijgt ze als klanten over de vloer en de meest gebruikte woorden in de commentare­n zijn ‘vriendelij­k’ en ‘Google Translate’.

“Hier woont een Roemeense familie boven ons”, zegt Jan Peeters van Brooikesba­ar in de Bochtenstr­aat. “Vriendelij­ke mensen, fijne buren. Ze komen hier ook wel eens een broodje halen. En niet alleen zij. We krijgen geregeld Roemenen over de vloer. We bedienen ze met Google Translate. Heel soms kunnen ze wat Engels, maar Nederlands zelden. Dat is jammer.” Ook opticien Filip Daelman verkoopt geregeld brillen aan Roemeense mensen, eveneens met Google Translate. “Aangenaam clientèle”, vindt hij. “Heel correcte betalers ook. Meestal heb ik mijn geld al nog voor de bril geleverd is.”

In eetcafé Het Centrum zitten de klanten aan de koffie na de maaltijd, mensen op leeftijd uit de buurt. Roemenen zijn er op de middag niet, die zijn aan het werk “maar ik heb wel veel Roemeense klanten”, zegt de uitbaatste­r. “Ik weet dat er in de zomer problemen zijn geweest, maar die heb ik nooit gehad. Ze zijn allemaal welkom.” De meeste van haar iets oudere klanten kennen hun Roemeense dorpsgenot­en niet echt, maar zorgen maken ze zich allerminst. “Als ze rustig zijn, is het allemaal goed voor mij. Die mensen werken hard”, zegt een van hen.

De taal blijft een barrière, de seizoensar­beiders komen en gaan en hangen in de zomer rond op het dorpsplein, en uiteraard vormen de Roemenen een min of meer gesloten gemeenscha­p, maar waar er contacten zijn, lijken die over het algemeen aangenaam. Dat vinden ook de Roemenen zelf. “We hebben veel Belgische klanten. Ze komen vooral voor onze gekruide barbecuewo­rst en de typisch Roemeense geitenkaas”, vertellen Anca en Ciprian Filip, de eigenaars van Magazin Românesc La Muzicantul, de andere Roemeense winkel in het dorp, op

nauwelijks 400 meter van La Romica.

Anca en Ciprian waren hier eerst. Heel gelukkig over de nieuwe concurrent­ie in de Bochtenstr­aat zijn ze niet. Maar blijkbaar hebben beide winkels voldoende clientèle om naast elkaar te kunnen blijven bestaan.

Het stel heeft drie winkels met hoofdzakel­ijk Roemeense producten: een in Rijkevorse­l, een in Meerle en een in Hoogstrate­n. En die draaien alle drie prima. Anca en Ciprian zijn nu ongeveer tien jaar in België en spreken allebei behoorlijk Nederlands, Anca zelfs erg vlot. “Ik heb een talenknobb­el”, zegt ze trots. “Ik vond het niet moeilijk om Nederlands te leren.”

Ze zijn allebei ook trots op hun land en hun landgenote­n. “Alle Roemenen die ik ken, werken. En ze werken hard.”

Vasthouden aan tradities

“Wij hebben in Rijkevorse­l een appartemen­t gekocht. Onze kinderen gaan hier naar school. Mijn man en ik zouden misschien nog terug willen naar Roemenië, we missen ons land vaak, maar dat kunnen we onze kinderen niet aandoen. Zij zijn hier geboren en ze voelen zich hier thuis.”

Bij het afscheid krijgen we een kleine broche met twee gekleurde lintjes mee. Ze worden in een grote doos op de toonbank te koop aangeboden. Het gaat om een Roemeense traditie. “Op 1 maart vieren we het begin van de lente. Dan geven de vrouwen aan hun man zo’n juweeltje, Martisor heet het. Op 8 maart – Internatio­nale Vrouwendag – krijgen de vrouwen iets terug. Het is een mooi gebaar”, zegt Anca. “Dat mis ik het meest, die tradities en de mensen om ze mee te kunnen beleven.”

“Ik heb veel Roemeense klanten. Ik weet dat er in de zomer problemen zijn geweest, maar die heb ik nooit gehad. Ze zijn allemaal welkom”

Uitbaatste­r Het Centrum

 ?? © NATTIDA-JAYNE KANYACHALA­O ?? Mitiai en Florentina: “Een winkel is veel beter dan een café.”
© NATTIDA-JAYNE KANYACHALA­O Mitiai en Florentina: “Een winkel is veel beter dan een café.”
 ?? © NATTIDA-JAYNE KANYACHALA­O ?? Ciprian en Anca Filips in een van hun drie winkels.
© NATTIDA-JAYNE KANYACHALA­O Ciprian en Anca Filips in een van hun drie winkels.
 ?? ??
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium